Bij een schilderij met rokende witte mannen hoort een bordje met uitleg

Kunst Moet er op de universiteit ook plek zijn voor een schilderij met rokende, oudere witte mannen? Ja, maar mét uitleg van de context.

Het schilderij dat Rein Dool in 1976-’77 maakte van het toenmalige college van bestuur van de Universiteit Leiden. „De symbolische betekenis van het weghalen van kunst omdat het niet bevalt, is niet gering.”
Het schilderij dat Rein Dool in 1976-’77 maakte van het toenmalige college van bestuur van de Universiteit Leiden. „De symbolische betekenis van het weghalen van kunst omdat het niet bevalt, is niet gering.” Foto Rob Dorresteijn / Universiteit Leiden

De initiator van het debat, promovendus Elina Zorina, liet vrijdag verstek gaan bij het symposium over wat er moet gebeuren met het in opspraak geraakte schilderij van Rein Dool in het Academiegebouw van de Universiteit van Leiden. „Mijn kennis van de Nederlandse taal is onvoldoende”, e-mailt ze desgevraagd – in het Engels – een paar dagen voor de bijeenkomst. Maar veel zin had ze ook niet, eerlijk gezegd.

De van oorsprong Russische politicologe liet in november 2022 via een tweet blijken geen liefhebber te zijn van een schilderij uit 1977, van een zestal witte rokende mannen van middelbare leeftijd. De 27-jarige vrouw, die in 2014 Rusland ontvluchtte vanwege de repressie door president Poetin, twitterde een foto van het schilderij in een vergaderruimte met de oproep „Thoughts?”

Die gevraagde gedachten kwamen er ruimschoots. Zorina werd bedolven onder een lawine van verwensingen. De storm van kritiek over wat gezien werd als de ‘woke brigade’ werd heviger toen de decaan van de rechtenfaculteit Joanne van der Leun steun betuigde omdat mensen zich volgens haar niet gerepresenteerd voelen door de prent van Dool. „Immediate action was taken today”, twitterde de bestuurder strijdvaardig met een foto van medewerkers die het kunstwerk van de muur haalden. „We were a bit fed up en some of us wanted action. We will surely find a better place for this picture.”

Beeldenstorm

Op de universiteit, in de Tweede Kamer en zelfs in het buitenland maakte de Leidse beeldenstorm de tongen los. Moet de Nachtwacht van Rembrandt voortaan ook omgekeerd tegen de muur, vroeg Remco Breuker, hoogleraar Koreastudies, zich af in de universiteitskrant Mare. Op sociale media kreeg vooral Van der Leun ervan langs. „Dear slappe keutel. How about een ruggengraat tonen in place of the ears laten hangen naar een small groepje klagende mensen”, twitterde Will Mikkelson, urban designer. Veel mensen namen er aanstoot aan dat uitgerekend de op het schilderij afgebeelde rector-magnificus Dolf Cohen, een man die de Holocaust had overleefd door onder te duiken, ruim 75 jaar na de bevrijding opnieuw moest verdwijnen.

Het schilderij werd teruggehangen en er werd een zevenkoppige commissie ingesteld. „Inzichten uit het symposium” en adviezen van de commissie moesten volgens het College van Bestuur duidelijk maken wat een universiteit wel en niet toont. Zorina is blij met die oplossing. „Het is een bevredigende manier om na te denken over de symbolische kracht van kunst en de interpretaties daarvan.”

Voor iedereen te zien

In het gebouw van de juridische faculteit volgde vrijdagmiddag een half jaar na de beroering de discussie. Kitty Zijlmans, emeritus hoogleraar kunstgeschiedenis en voorzitter van de commissie, haalde meteen de angel uit het debat en maakte het voorlopige advies bekend. „Het schilderij van Rein Dool wordt prominent opgehangen in het Academiegebouw, voor iedereen te zien en met alle relevante informatie”. De universiteit moet ook een kunstcommissie krijgen „die zoekt naar een nieuwe balans tussen verleden en hedendaagse eisen”. Die commissie wordt tevens het meldpunt voor klachten en suggesties op dit gebied.

Kantelmoment

De discussie over de wittemannenprent komt volgens Zijlmans op een „kantelmoment” in de geschiedenis. Het debat raakt volgens Zijlmans „een open zenuw”. Ze zag een interessante parallel met het gewraakte schilderij uit de jaren zeventig van de vorige eeuw waarop het eerste min of meer democratisch gekozen bestuursorgaan van de Leidse universiteit is afgebeeld. Destijds schreeuwde de universitaire gemeenschap om meer democratie, zo legden de zonen van Dolf Cohen, Floris en voormalig burgemeester van Amsterdam Job uit. Nu verlangen studenten vooral „inclusiviteit”. Ze willen zich kunnen identificeren met de mensen die in het gebouw aan de muur hangen. „Elke tijd heeft zijn eigen rel”, zuchtte Floris Cohen.

Unaniem smeekte het aanwezige publiek om meer uitleg bij de bonte, nogal gedateerde afbeeldingen in het universiteitsgebouw. „Geef context. Hang bordjes bij de schilderijen. Voetnoten passen immers in een universiteit”, zei een van de bezoekers. Een van de spaarzame studenten in de zaal, Hester, wees erop dat representatie niet zonder participatie kan. Ze wil mee schilderen. „Laat ons studenten zelf aan het woord. Geef ons een visuele stem”.

De discussie verliep, zeker vergeleken met de rel van een half jaar geleden, uiterst beschaafd. „Iets te vreedzaam zelfs”, mopperde Floris Cohen aan het eind. Terwijl er in november toch echt wel iets gebeurd is. „De symbolische betekenis van het weghalen van kunst omdat het niet bevalt, is niet gering.” Hij kreeg bijval van Hans Blom, voormalig directeur van het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie (NIOD). „Vernietiging van delen van het verleden, helpt nooit.”

‘Doodziek’

De inmiddels 90-jarige Leidse kunstschilder Rein Dool was ook uitgenodigd voor het debat maar vanwege een griepje en de praktische problemen om met zijn rolstoel in het centrum van Leiden te geraken, had hij er de voorkeur aan gegeven de discussie via een livestream thuis in Dordrecht te volgen. Ondanks dat hij tijdens het debat door alle deelnemers via de camera voortdurend werd geprezen als een groot kunstenaar, was Dool niet tevreden, zei hij aan het eind van de middag desgevraagd telefonisch.

„Ik word doodziek van die commissie”, aldus Dool. „Niemand heeft het gehad over de betekenis van de kunst. Hoe het is geschilderd. Daar moet dit over gaan.” Het geeft volgens hem geen pas schilderijen te zien als politieke instrumenten. Hij is wel blij met de belofte het doek van de paffende universiteitsbestuurders „prominent” te laten hangen. „Hoe meer het gezien kan worden, hoe beter.”

Lees ook ‘Een van de beste werken’ van kunstschilder Rein Dool is weggehaald door de Universiteit Leiden: ‘Ongelooflijk bekrompen’