De man die vorige week zijn hoofd vastlijmde aan het schilderij Meisje met de parel van Johannes Vermeer heeft twee maanden celstraf opgelegd gekregen, waarvan één voorwaardelijk. Dat heeft de rechtbank van Den Haag woensdag geoordeeld. De rechter achtte vernieling volledig bewezen en noemde de protestactie „schokkend”.
De uitspraak werd gedaan in een supersnelrechtzitting. Eerder op de dag had het Openbaar Ministerie vier maanden cel, waarvan twee voorwaardelijk, geëist tegen M. en een tweede verdachte, Pieter G.. Laatstgenoemde filmde de actie en zou van tevoren op de hoogte zijn geweest van de plannen, iets wat G. zelf ontkent. „Zonder het filmen zou deze actie het grotere publiek nooit hebben kunnen bereiken”, aldus het OM. „Mijn cliënt was geen activist, maar een journalist”, betoogde G.’s advocaat. „Hij wist dat ze aandacht zouden vragen voor klimaatverandering, niet hoe ze dat zouden doen.” Ook hij kreeg twee maanden cel, waarvan één voorwaardelijk.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data92582456-0e5130.jpg)
‘Boven de wet verheven’
De officier van justitie nam het de Belgische klimaatactivisten kwalijk dat zij zich boven de wet verheven zouden beschouwen. „Ze gingen ervan uit dat hun boodschap voorrang had boven al het andere, dat voor hen strafrechtelijke grenzen niet gelden”, aldus de officier. „De openbare orde is in gevaar gebracht.” De rechter liet bij het vaststellen van het vonnis meewegen dat zij niet het demonstratierecht wil ontmoedigen.
Twee verdachten stonden woensdag voor de politierechter. Hoofdverdachte M. nam de verantwoordelijkheid voor de actie geheel voor eigen rekening. Hij had zich er van tevoren van vergewist dat het schilderij zelf niet beschadigd zou worden. Dat gebeurde inderdaad niet, maar de lijst en het achterpaneel liepen wel schade op.
De derde verdachte was er woensdag niet bij, hij ging niet akkoord met een snelrechtprocedure en moet zich later verantwoorden. Hij plakte zijn hand op het achterpaneel van het schilderij en goot een rode vloeistof over M.’s hoofd. Zijn zaak wordt komende vrijdag behandeld.
Correctie 2 november 2022: In een eerdere versie werd een citaat van de officier van justitie per ongeluk toegeschreven aan de rechter. Dat is hierboven aangepast.