Al in de eerste maand na zijn aanstelling in 2018 als inspecteur-generaal van het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) kwam Theodor Kockelkoren erachter dat de lijnen tussen het ministerie van Economische Zaken en Klimaat en de NAM „heel erg kort” waren. Dat verontrustte hem, want hij kreeg het gevoel „van vier handen op één buik”, zei Kockelkoren vrijdag voor de parlementaire enquêtecommissie in Den Haag.
Als voorbeeld geeft hij aan dat na de beving van Zeerijp in januari 2018 de NAM weigerde een advies te geven over de beving en daarin gesteund werd door het ministerie. „De directeur van de NAM vertelde mij dat het departement van EZ hem had gevraagd geen concreet advies te geven”, zei Kockelkoren. Toen hij dat hoorde „viel ik van mijn stoel”, want daarmee droeg EZ de NAM op om af te wijken van de wet. Uiteindelijk kwam er toch een advies na een gesprek tussen Kockelkoren, EZ en de NAM.
Kockelkoren had vrijdag meer kritiek op het ministerie. Zo constateert hij uit de verhoren van de enquête en verhalen uit zijn eigen organisatie een gebrek aan „nieuwsgierigheid” vanuit het ministerie naar de veiligheid van de gaswinning. Al voor zijn tijd schreef het SodM in rapporten dat onduidelijk was of de gaswinning veilig is, maar Kockelkoren kreeg „niet het idee dat dat een trigger was voor het ministerie om door te vragen”.
‘Teleurstellend en beschamend’
Ook vindt hij het „frustrerend”, luisterend naar de verhoren, dat het ministerie rond het besluit in 2018 om de gaskraan dicht te draaien schermde met slechts 3.000 panden die mogelijk preventief versterkt hoefden te worden. Die cijfers, afkomstig van de NAM, „waren helemaal geen goede indicatie voor de omvang van de versterkingsoperatie”, zei Kockelkoren. „Dat is terug te voeren op onvoldoende kennis.” De huidige versterkingsopgave telt ruim 27.000 panden.
Eerder deze week zeiden de directeuren van Shell en de NAM tegen de enquêtecommissie dat de panden in Groningen zo goed als veilig zijn. Die uitspraken vindt Kockelkoren „teleurstellend en beschamend”. Hij noemt het „een verkeerde discussie” die „over de ruggen van mensen in Groningen gaat” en hij „hoopt dat dit stopt”. Volgens Kockelkoren slaan Shell en NAM de plank mis, omdat zij de verkeerde modellen gebruiken waarop die uitspraken niet te baseren zijn.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2021/06/data72248703-2c4ccf.jpg)
/s3/static.nrc.nl/liveblog/files/2022/10/parlementaire-enquetecommissie-aardgaswinning-groningen-3.jpg)