Liefst zou de 32-jarige Tiina zo snel mogelijk verhuizen. Weg uit de Zweedse achterstandswijk Årby, in Eskilstuna, ruim honderd kilometer ten westen van Stockholm. „In deze buurt is het niet veilig meer.” Haar vierjarige zoontje neemt ze mee naar een speeltuintje aan de rand van de buurt. De grotere speeltuin dichterbij mijdt ze sinds een schietpartij vlakbij, twee weken geleden. Tiina wil haar achternaam niet geven uit vrees voor buurtcriminelen.
Veiligheid, immigratie en integratie staan hoog op de agenda bij de Zweedse parlementsverkiezingen van zondag. In de eerste acht maanden van 2022 vielen al 47 doden – tegenover 45 in heel 2021.
„We moeten echt af van de drugs en de schietpartijen – ik kies daarom voor de Zweden Democraten”, zegt Tiina. Ze groeide op in Eskilstuna, een industriestadje. De bewoners van de flatgebouwen in de parkachtige omgeving werden eind augustus opgeschrikt door een schietpartij waarbij een moeder en haar zoontje geraakt werden door kogels. Zij waren, vermoedt de politie, waarschijnlijk niet het doelwit, maar slachtoffer van een geweldsspiraal tussen een drugsbende uit Årby en een andere, uit de noordelijkere wijk Skiftinge.
Volgens de rechts-radicale, anti-immigratiepartij Zweden Democraten, waar Tiina op wil stemmen, is de schietpartij hét bewijs dat de integratie in sterk gesegregeerde buitenwijken zoals deze heeft gefaald. De Zweden Democraten willen veroordeelde criminelen met een migratie-achtergrond uitzetten – een voorstel dat op juridische blokkades stuit omdat velen minderjarig zijn en de Zweedse nationaliteit hebben. Een aanzienlijk deel van de kiezers ziet wel iets in het plan; de partij staat in de peilingen op een kleine winst, tot boven de 20 procent van de stemmen.
:format(jpeg):fill(f8f8f8,true)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data90429655-6af6a9.png)
Kwetsbaar gebied
Årby is wat Zweden een ‘utsatt område’ noemt, een kwetsbaar gebied. De categorisering is omstreden, omdat die gebaseerd is op subjectieve en potentieel discriminatoire factoren als nationaliteit, kennis van het Zweeds en inkomensniveau. De meeste bendeproblematiek speelt zich in deze kwetsbare buurten af.
Elke Zweedse stad heeft wel een buurt zoals Årby: gebouwd in de jaren zestig en zeventig tijdens het zogeheten Miljonprogrammet, toen sociaal-democratische regeringen het op zich namen de snel groeiende bevolking te huisvesten. Flatgebouwen van zeven of elf verdiepingen stampten ze uit de grond, meestal in een wijds opgezette wijk rond een winkelcentrumpje en een basisschool. De woningen – allemaal huur – waren nagenoeg identiek en gericht op lagere inkomens.
Die segregatie op inkomensniveau werkt nog steeds door, alleen zijn de armere mensen nu vooral migranten die arriveerden ná het Miljonprogrammet: van migranten uit het voormalig Joegoslavië tot vluchtelingen uit landen als Syrië die in 2015 en 2016 naar Zweden kwamen. In Årby heeft 53 procent van de bevolking een ‘lage financiële standaard’, tegenover 15 procent in het hele land.
Dezelfde valkuilen
„Kijk, zo proberen ze onze jeugd te verleiden”, zegt Tomas Öhling van het arbeidsbureau in Årby, wijzend op een gloednieuwe witte Mercedes die stationair staat te draaien voor de bibliotheek. ‘Ze’, dat zijn drugsdealers. Hoewel Öhling niet zeker weet of de chauffeur in kwestie werkelijk een drugsdealer is, zinspeelt hij op de tactiek van de criminelen om verveelde jongeren te rekruteren.
Murat Tosun (39), al 36 jaar inwoner van ‘kwetsbaar gebied’ Skiftinge, beaamt dat. „We moeten iets doen aan de hebzucht.” De jeugd in Skiftinge en Årby „moet een pad zien richting eigen verdiensten.” Ouders van deze jongeren missen veelal de connecties met werkgevers, zegt Tosun. „Drugsbendes springen in dat gat met merkkleding en dure auto’s.”
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2018/01/data23977518-609ce5.jpg)
Zelf werkte hij vanaf zijn dertiende omdat hij een hekel had aan thuiszitten. „Drugs waren toen niet zo’n groot probleem, maar verveling en gebrek aan rolmodellen wel. Ik zie dat ook bij onze jeugd.”
Werk aantrekkelijk maken is precies wat Öhling nastreeft. In de zomer regelde hij ‘Sommarjobs’ voor de jeugd, in de dierentuin of bij een distributiebedrijf. Maar hij moet toegeven dat het een druppel is op een gloeiende plaat. „De jongeren gingen elke week een paar uur naar deze bijbaantjes. Of dat voldoende is?”