Toen de accountants van EY in 2020 definitief geen goedkeuring gaven voor de jaarrekening van de Duitse betaaldienstverlener Wirecard, waren ze tot de conclusie gekomen dat ze wel misleid moesten zijn. Niet alleen door het bedrijf zelf, maar ook door de Aziatische bank waar Wirecard zogezegd 1,9 miljard euro had geparkeerd. Bij een digitale controle – vanwege de lockdownbeperkingen wereldwijd – had de accountant te maken gehad met acteurs die zich voordeden als medewerkers van de niet bestaande bank.
Wirecard bleek de rekeningen kunstmatig te hebben opgepompt om zich groter voor te doen en zo aantrekkelijker te zijn voor investeerders. Bijna 2 miljard euro op de balans bleek in werkelijkheid niet te bestaan. Toch was het bedrijf al sinds 2013 beursgenoteerd en bereidde het zelfs een overnamebod op Deutsche Bank voor.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2020/07/data59389262-995c0e.jpg)
Dat de controleurs van EY in 2020 onraad roken, was dus rijkelijk laat. Jaar na jaar ondertekenden de accountants zonder morren de jaarrekening. Voor aandeelhouders is dergelijke goedkeuring door een van de Big Four-kantoren – naast EY zijn dat KPMG, PwC en Deloitte – een belangrijk signaal dat de boekhouding in orde is. Nu wacht de accountant nog altijd een flinke claim van beleggers in meerdere landen, die hun investering in Wirecard in korte tijd zagen verschrompelen.
Hoewel de tekortschietende controle lijkt toe te schrijven aan de accountants van het kantoor, zou een eventuele schadevergoeding voor rekening komen van het gehele bedrijf. Dus ook bij die andere grote tak van het kantoor: consultancy. Naast boekenonderzoek verdient EY veel geld met het adviseren van grote klanten, vaak multinationals, bijvoorbeeld over juridische en fiscale constructies en overnames – zaken die niets van doen hadden met de Wirecard-zaak.
Ook in enkele andere zaken kan EY een mogelijke boete tegemoet zien vanwege haperende controles. Toch spelen deze verschillende rechtszaken volgens EY-topman Carmine Di Sibio „totaal geen enkele rol” bij de aanstaande splitsing die het bedrijf donderdag bekendmaakte. „Nul.”
Accountants losgeweekt
EY was deze week het eerste van de vier grote wereldwijde accountants- en advieskantoren dat aankondigde haar controle- en adviestaak te willen splitsen – een besluit dat eerder dit jaar al werd aangekondigd, maar ook enkele keren werd uitgesteld. De consultants worden dan losgeweekt van de accountants en zullen als losstaande onderneming volgend jaar waarschijnlijk naar de beurs gaan. Het is de grootste stap in de accountantssector sinds het faillissement van Arthur Andersen begin deze eeuw. De Big Five werd hierdoor een Big Four.
Het motief van EY is naar eigen zeggen vooral commercieel gedreven: gescheiden kunnen de twee afdelingen sneller groeien dan wanneer ze onder één dak blijven opereren. In een aantal landen, waaronder de VS, het Verenigd Koninkrijk en ook Nederland, is het nu zo dat er een scheiding moet zijn tussen advies- en controletaken. Die mag EY dus niet tegelijkertijd voor hetzelfde bedrijf doen, volgens de wetgever zou het anders tot belangenverstrengeling kunnen leiden.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data90428120-3e1c40.jpg|https://images.nrc.nl/quxISJWMgXeK7OE_f8c0xlgSSlc=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data90428120-3e1c40.jpg|https://images.nrc.nl/jzaA5OuVK2C0tTUJIQc65XHbfbc=/5760x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data90428120-3e1c40.jpg)
EY boekte in 2021 voor 45 miljard dollar aan omzet. Daarvan kwam 18 miljard dollar bij de accountants vandaan. Volgens zakenkrant Financial Times zou de omzet van de adviestak na de splitsing tot 18 procent kunnen groeien, die van de controletak tot 7 procent.
Het doorgaan van het plan is afhankelijk van de instemming van de 13.000 EY-partners wereldwijd. De accountants zullen hierbij de doorslag geven. Zij zien de lucratievere adviestak verdwijnen, en dus ook een deel van de winst die zij als partners opstreken. Om hen daarvoor te compenseren zou de accountants twee tot vier jaarsalarissen per partner in het vooruitzicht zijn gesteld. Volgens de Wall Street Journal zou dat gemiddeld neerkomen op 2 miljoen dollar per partner. Ook voor de consultants heeft de splitsing financieel voordeel: zij mogen waarschijnlijk 75 procent van de aandelen in het nieuwe adviesbedrijf verdelen, wat ook zou neerkomen op miljoenen dollars per partner.
Een ander mogelijk twistpunt zijn de schadeclaims die er nog aankomen voor EY. De accountants willen genoeg geld in kas overhouden om eventuele boetes en schadevergoedingen te kunnen betalen. De opbrengst van de gedeeltelijke beursgang van het adviesbedrijf zou hiervoor onder meer gebruikt moeten worden.
Verwacht wordt dat de gewenste instemming er wel gaat komen. EY is in 150 landen aanwezig, maar de kantoren in de vijftien grootste landen – samen goed voor 80 procent van de 45 miljard dollar aan omzet in 2021 – steunen volgens topman Di Sibio de plannen. Ook EY Nederland heeft zich inmiddels voor splitsing uitgesproken. Topman Jeroen Davidson staat „achter de strategische heroriëntatie om te komen tot twee sterke ondernemingen”. Volgens hem is dit „de juiste richting” om „zelfstandig te kunnen groeien” in „eigen markten”.
Enron-schandaal
Dat grote accountantskantoren tegelijkertijd veel geld verdienen met het aanbieden van adviesdiensten, staat al jaren ter discussie. De rol van kritische boekencontroleur botst volgens critici met die van adviseur in de bestuurskamer. Hoezeer dat inderdaad mis kan gaan, bleek nadrukkelijk rond het Enron-schandaal in 2001. Het energiebedrijf uit Texas bleek jarenlang te hebben gerommeld met de boekhouding met steun van de huisaccountant, het kantoor Arthur Andersen. Een van de betrokken accountants verklaarde later zelfs opdracht te hebben gegeven om belastende documenten door de papierversnipperaar te halen.
Dat de onafhankelijke accountants bij Enron weinig kritisch waren, was mede te verklaren door de lucratieve adviesdiensten die Arthur Andersen verleende: het kantoor factureerde Enron jaarlijks tientallen miljoenen dollars voor zowel boekenonderzoek als advies. Nadat het schandaal boven tafel kwam ging zowel Enron als Arthur Andersen failliet.
In Nederland kwam Deloitte in 2003 ernstig onder vuur te leggen vanwege het boekhoudschandaal bij Ahold. Het supermarktconcern had geknoeid met de cijfers van dochterbedrijven in de VS en Scandinavië, zonder dat de controleurs van Deloitte dat doorhadden – volgens de rechter was sprake van „een grote mate van passiviteit”. Uiteindelijk schikte Deloitte in 2018 voor 10 miljoen euro met een groep gedupeerde beleggers.
De jaren daarna volgden wereldwijd nog tientallen boekhoudschandalen waarbij de naam van elk groot kantoor wel eens opdook. Maar volgens Pieter de Kok, registeraccountant en oprichter van bureau Coney Minds, speelde de vermenging van accountants- en adviespraktijk daarbij minder een rol. „De afgelopen twintig jaar zijn veel maatregelen genomen om die activiteiten te scheiden, ook binnen de kantoren zelf. In de praktijk kan het tegenwoordig bijna niet meer voorkomen dat die rollen door elkaar lopen.”
Dat EY heeft besloten de activiteiten te splitsen, juicht hij desondanks toe. „Dit is natuurlijk al jaren een grote maatschappelijke wens, dan lijkt het mij goed wanneer een van de Big Four-kantoren dat wil aanjagen. Dit is een enorme shift in de positie van de grote kantoren.”
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2021/07/data73355235-8a4783.jpg)
Ook in Nederland zijn de regels streng: zo is het wettelijk gezien al verboden om als accountant die de jaarrekening controleert ook belastingadvies te geven aan dezelfde klant. Toenmalig minister van Financiën Wopke Hoekstra (CDA) wilde vorig jaar nog een stap verder gaan. Hij gaf toen opdracht om uit te zoeken of kantoren gedwongen kunnen worden de consultancytaken helemaal af te splitsen. Dit onderzoek is nog gaande.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data90428151-3ed253.jpg|https://images.nrc.nl/Ycd0DplPHZGY73yaHY6WhQnb8js=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data90428151-3ed253.jpg|https://images.nrc.nl/iGxxpeRfI31vWL8n5foP8CUlom4=/5760x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data90428151-3ed253.jpg)
De grote vraag nu is of andere kantoren de stap van EY zullen volgen. In het Verenigd Koninkrijk haalde een wet om de kantoren te verplichten hun diensten te splitsen het niet in het parlement. Wel vroeg de toezichthouder hen om hier toch over na te denken. Ook is nieuwe Britse wetgeving in voorbereiding om de bedrijven te verplichten een betere interne scheiding aan te brengen tussen de diensten.
Zowel Deloitte, KPMG als PwC zeggen tegen NRC dat zij vooralsnog advies- en controlewerk onder één dak blijven combineren. Hoogleraar Pheijffer verwacht dat zij wellicht nog zullen bijdraaien: „Als je ziet dat zo'n splitsing een miljoenenbonanza wordt voor zittende partners aan beide kanten, zal de druk toenemen van partners van die andere kantoren om die stap te volgen.”
Pheijffer wijst op Deloitte. Bij dat bedrijf kwam in boekjaar 2022 – dat eindigde op 31 mei 2022 – minder dan 20 procent van de inkomsten van de controle-activiteiten. Het overgrote merendeel kwam dus van de consultants. „Dat maakt dat zij eigenlijk de eerste kandidaat zijn om ook zoiets te doen. Ik hoor dat de discussie niet alleen bij EY gevoerd wordt.” Het bedrijf zelf zegt tegen NRC: „Deloitte blijft gecommitteerd aan haar huidige businessmodel en partnerstructuur.”