Het was angstvallig stil in de Keniaanse hoofdstad Nairobi op maandagochtend, vlak voordat het Opperste Gerechtshof zijn vonnis velde over de presidentsverkiezingen van begin vorige maand. Mensen bleven thuis uit vrees voor geweld, zo hoog lopen de spanningen op in tijden van verkiezingen.
Het vonnis schokte de natie echter niet: de zeven rechters bevestigden de zege van William Ruto (55) en stuurden de nooit aflatende oppositieleider Raila Odinga (77) met pensioen. Odinga deed al vijf keer tevergeefs mee met de verkiezingen.
Vijf jaar geleden schreef het Opperste Gerechtshof geschiedenis door voor het eerst in Afrika verkiezingen ongeldig te verklaren, wegens de slordige organisatie door de Kiescommissie. Deze keer wezen de zeven rechters alle aantijgingen in de petities unaniem af, hoewel ze nog steeds vonden dat de Kiescommissie de volgende keer moet zorgen voor een betere organisatie. „Dit in het belang van de versterking van de democratie”, aldus een van de rechters na de uitspraak.
Flinterdunne meerderheid
In zijn petitie betoogden de advocaten van Odinga dat de servers van de Kiescommissie waren gehackt om vervalste uitslagformulieren in te voeren. Ruto had met een flinterdunne meerderheid van 50,5 procent van de stemmen gewonnen, tegen 48,5 procent voor zijn uitdager. De rechters besloten dat er geen bemoeienis door mensen van buiten de Kiescommissie is geweest in de overdracht van de uitslagen. Opperrechter Martha Koome sprak zelfs over „regelrechte vervalsing” van de door Odinga aangevoerde bewijslast.
Op één punt kreeg Odinga gelijk. De uitslag was bekendgemaakt door alleen de voorzitter van de Kiescommissie, niet door álle leden. Dat was onrechtmatig, maar „onvoldoende om de hele verkiezing ongeldig te verklaren”. Vlak voor de bekendmaking waren vier van de zeven commissieleden opgestapt, omdat ze de telling „ondoorzichtig” vonden. De vier dissidente leden hadden ook een petitie ingediend, maar die werd door de rechters afgewezen. „Waarom meldden de vier zich met hun kritiek pas helemaal aan het einde, terwijl ze geen kritiek hadden geuit tijdens de tellingen de dagen ervoor?”, vroegen de rechters zich af.
Zee van hossende mensen
In de steden die gelden als bastion van Ruto verscheen er direct na de uitspraak een zee van hossende gele mensen op de straten. Geel is de partijkleur van Ruto. In Kisumu, een bolwerk van Odinga waar het al weken onverstandig is om met gele kleren op straat te verschijnen, gingen er direct veiligheidswaarschuwingen uit om niet de straat op te gaan. Maar het bleef er rustig.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data89307168-2b8d48.jpg)
Vorige omstreden verkiezingen leidden wel tot geweld. Begin 2008 dreigde Kenia zelfs in een burgeroorlog te belanden toen – naar verluidt – Ruto zijn aanhangers aanzette tot moordpartijen, aantijgingen waardoor de tegenwoordige president bij het Internationaal Strafhof in Den Haag belandde. Het Strafhof kon de beschuldigingen tegen Ruto niet waarmaken, door intimidatie van getuigen en tegenwerking van de Keniaanse staat. In 2008 kwamen er meer dan duizend mensen om, bij geweld na verkiezingen in 2017 honderd.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2017/10/25c20bbe-0c6a-4d50-963d-f6ba520ad46f.jpg)
Tribale basis
Kenianen bedrijven politiek met passie, mede omdat politici hun achterban op tribale basis opbouwen. Geweld wordt echter doorgaans georganiseerd door de politici, zoals in 2008, toen relschoppers 5 euro kregen om te plunderen en 10 euro om te moorden. Naarmate de stembusgang beter werd georganiseerd en er door hervormingen eerlijkere rechters kwamen om over onregelmatigheden te oordelen, ontstonden er minder redenen voor geweld.
De verkiezingscampagnes begonnen vier jaar geleden en al maanden staan de kranten er vol van. „Nu hebben we er genoeg van, nu moeten we weer aan het werk”, is wat de meeste Kenianen zeggen. Want verkiezingen zijn duur. Tobias Alando, hoofd van de Kenia Vereniging van Fabrikanten, waarschuwde onlangs: „Er vindt zoals gebruikelijk een vertraging in het zakenleven plaats, investeerders uit binnen- en buitenland nemen een afwachtende houding aan.” Al sinds 1992, toen de eerste meerpartijenverkiezingen werden gehouden, loopt de economische activiteit tijdens verkiezingsjaren gemiddeld met enkele procenten af.