‘Schept moed, ik heb de wereld overwonnen’ staat boven een kolossale afbeelding van een herrezen Christus op het altaargewelf van de Sint-Martinuskerk in Geulle aan de Maas. Daaronder preekt kapelaan Andreas Schmidt over een passage in het evangelie van Lucas, waarin Jezus zegt dat voor zijn volgelingen de liefde voor hem boven alles moet gaan.
Al minstens duizend jaar staat op deze plek in het Limburgse dorp een kerk. Twee nonnen en achttien parochianen zijn zondag naar de hoogmis in het dorp gekomen. Slechts een van hen oogt jonger dan zeventig. Kerkganger Frans Webers heeft in zijn jonge jaren andere tijden meegemaakt. Het zat vol tijdens de missen; Geulle aan de Maas had een eigen pastoor en twee kapelaans.
Nu woont de pastoor in Borgharen, twee dorpen verderop in het Maasdal, en de kapelaans (de Duitser Schmidt en een Chileen) minstens even ver weg in Ulestraten op het Heuvellandplateau. Samen bedienen ze zes parochies.
Webers denkt te weten waar het heengaat: „De Rooms-Katholieke Kerk gaat weer ondergronds met huiskamerbijeenkomsten, net als in het begin. Alleen in grote plaatsen met kathedralen en basilieken zal nog worden gekerkt.”
Anders dan bijvoorbeeld de leiding in het aangrenzende bisdom Den Bosch wilde het bisdom Roermond nooit overgaan tot grootschalige sluitingen van kerken. Oorlogen en dictaturen kunnen godshuizen vernietigen, zei Frans Wiertz, bisschop van 1993 tot 2017, „maar als de kerk zelf, de pastoor of de bisschop of het kerkbestuur God weghaalt uit het dorp en de Godslamp uitblaast, vernietigen we zelf fundamenteel het geloof in onze streken.”
Het bisdom verordonneerde dat in elke parochiekerk tenminste één eucharistieviering per weekeinde plaatsvond. Dat blijft de intentie, maar in een brief van de vicaris-generaal (een hoge functionaris van het bisdom) van eind vorige maand staat dat het eventueel ook eens in de twee weken mag. Bijvoorbeeld omdat het niet meer lukt vanwege te weinig priesters of vrijwilligers. Of om financiële redenen, vanwege het teruglopende kerkbezoek en de snel oplopende energieprijzen.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2019/02/data41032470-bcef0a.jpg)
Pastoor Paul Horsch begrijpt de beslissing, al is het in de kerken onder zijn hoede vooralsnog niet zo ver. In zijn pastorie in Borgharen schuift Horsch op zaterdagmorgen achter zijn computer om het gemiddelde aantal bezoekers van de weekendmissen op te lezen: „Bunde heeft als enige nog twee missen: een met 20 mensen op zaterdag en een met 25 op zondag. Geulle: 25 kerkgangers. Ulestraten: 60. Moorveld: 18. Itteren: 12. Borgharen: 20. In een deel van de kerken werd het afgelopen jaar geen enkel huwelijk gesloten. Het aantal doopsels nam de afgelopen twee decennia af van vele tientallen naar hooguit twee, drie per jaar. Communie en vormsel doen we om de twee jaar, zodat we genoeg kinderen hebben.”
Vrijwilligers worden ouder en schaarser. „Toen ik hier kwam, was er maar één kerkbestuurslid.” Inmiddels heeft Horsch wat nieuwe mensen kunnen vinden. Zelf is hij voorzitter van vijf kerkbesturen (Borgharen en Itteren vormen al een federatie). Op niet al te lange termijn moeten de parochies van Horsch met drie parochies in en om Meerssen een grote federatie gaan vormen. „Daarna komt de vraag ‘Hoe verder?’ ter tafel.”
Geestelijken vormen het minste probleem. Er zijn aankomende priesters uit India en Zuid-Amerika naar hier gehaald. Maar zij en alle kosten van de kerk moeten wel betaald worden. Rome doet dat niet. Parochies moeten zelf hun broek ophouden.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data90187008-5725ab.jpg|https://images.nrc.nl/UW0xvlgSdm3OaSP4tyhjwtOuEyA=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data90187008-5725ab.jpg|https://images.nrc.nl/4nXo_fdRuCZOzZAKZ7EcOdGWIeU=/5760x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data90187008-5725ab.jpg)
Op de plek van de huidige St. Martinuskerk in Geulle aan de Maas staat al zeker duizend jaar een kerk.
Foto Chris Keulen
Meer manager dan zielenherder
Dus het is op termijn de vraag of elke kerk open kan blijven en of elke kerk elk weekeinde een mis blijft houden. Kleiner kerken kan een optie zijn. Horsch: „Een gebouw met een handvol mensen heeft voor de bezoeker weinig sfeer en voor een priester is het niet leuk om er de mis te doen. In Geulle aan de Maas zouden we in elk geval in de winter de dagkapel kunnen gebruiken in plaats van de grote kerk. In Bunde wordt het gebouw hopelijk een multifunctioneel centrum.”
Horsch is 68 en krijgt al AOW. „Dat maakt mij goedkoper.” Hij werd pas in 1988 tot priester gewijd. „Door het lezen van een religieus boekje, nota bene geschreven door een dominee, ontstond een verliefdheid op God. Dat gevoel ervaar ik nog altijd weleens.”
Maar de huidige situatie in de kerk maakt dat hij tegenwoordig drukker is als manager dan als zielenherder. „Dat doet me veel pijn”, bekent hij, terwijl hij de emotie probeert weg te slikken. „Je wilt als priester echt wat betekenen voor mensen. Maar het is net als in het leven: geld is niet belangrijk, maar je kunt helaas niet zonder.”
:strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/09/data90183021-996fda.jpg|//images.nrc.nl/LIUjxUIaAC6DiH7eFgBIQSVLXuU=/1920x/smart/filters:no_upscale():strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/09/data90183021-996fda.jpg)
Kerkgangers in de Sint-Martinuskerk in Geulle aan de Maas. Foto Chris Keulen