Vijf maanden wonen ze hier nu. Het gezin van zes, uit Syrië, zit onder de luifel, rond een tafeltje voor hotel ’t Elshuys in Albergen. Vader Radwan (48), moeder Fatima (44), en hun dochters van 11 en 18, en twee zoons van 14 en 19 jaar. Ze kijken naar wat zich voor hen, op de normaal rustige Gravendijk, afspeelt.
Op de Gravendijk hebben zich woensdagmiddag rond 16.00 uur een stuk of twintig mannen verzameld. Het zijn vooral veel tieners en twintigers uit het dorp. Tractoren blokkeren de toegangsweg naar het hotel. Er is geen politie.
De Twentse jongeren zijn druk bezig met spaanplaten en stiften. Midden op straat een rode heftruck. Wat ze hier doen „is toch wel duidelijk”, zegt Ben (59), een van de weinige oudere mannen in het groepje. Hij wil niet met achternaam in de krant. Aan het hotel hangen borden van spaanplaat. ‘Wat doe je ons mooie dorpje aan?’ ‘Houd Albergen schoon!’
Met veel gekraak rijdt de heftruck het heggetje omver dat het terras van de parkeerplaatsen scheidt. De arm van het voertuig schuift uit, recht boven de hoofden van het gezin op het terras. Fatima staat op en gaat opzij. In de schep zitten twee jongens met een bord: ‘Straks nog 10 procent allochtonen. Kunnen wij hier straks nog veilig wonen??? Geen AZC in ons mooie Albergen.’ Het harde geluid van een boormachine klinkt als het bord, recht boven de hoofden van het gezin, wordt vastgeschroefd. Fatima gaat weer zitten. Ze knippert langzaam met haar ogen, om haar tranen te bedwingen.
Foto’s Roland Heitink/ANP en Eric Brinkhorst
Hoteleigenaar vertrekt
Dinsdagavond werd de gemeente Tubbergen, waartoe Albergen behoort, naar eigen zeggen compleet overvallen door een telefoontje van de staatssecretaris Eric van der Burg (Asielzaken, VVD). Tubbergen wordt als eerste gemeente in Nederland verplicht tot het huisvesten van asielzoekers: er komt een azc met plaats voor driehonderd mensen, in hotel ’t Elshuys. Een uur later stuurt Van der Burg een brief met deze boodschap naar de Kamer.
Als buurtbewoners ervan horen, verzamelen zij zich met een club van zo’n 150 mensen voor het hotel. Er wordt vuurwerk afgestoken, muziek gedraaid en bier gedronken. Regionale krant Tubantia omschrijft de sfeer als „gemoedelijk”. De eigenaar van het hotel is ondertussen op last van de politie vertrokken voor de nacht. Dorpsbewoners nemen het haar kwalijk dat ze het dorp niet heeft ingelicht.
Het COA ging in april dit jaar in gesprek met de gemeente over opvang van asielzoekers. Die zei niets te zien in een grote locatie van 150 tot 300 mensen, zeggen burgemeester Wilmien Haverkamp-Wenker (partijloos) en verantwoordelijk wethouder Ursula Bekhuis-Groothuis (Gemeentebelangen/VVD) woensdagmiddag op een persconferentie. „We proberen altijd met onze inwoners in gesprek te gaan”, zegt Bekhuis-Groothuis. „Als je dan zelf door een mede-overheid anders behandeld wordt, maakt dat je boos. En het geeft veel onrust.” Het COA zegt al maanden met de gemeente in gesprek te zijn, maar geen medewerking te krijgen.
„Vandaag is onze zorg: de inwoners”, zegt de wethouder. „Voor hen moeten we er zijn.” Dan pas gaat de gemeente kijken hoe verder; 300 asielzoekers op een dorp van net meer dan 3.500 inwoners lijkt de gemeente hoe dan ook te veel.
Even voor de persconferentie gingen burgemeester en wethouders op het gemeentehuis met de buurt in gesprek. „Ik heb er een goed gevoel aan overgehouden”, zegt Ben Boerrigter (63) voor het gemeentehuis. Boerrigter woont pal tegenover het hotel. Hij heeft nu ook wel door dat de gemeente echt overvallen is. „Zij willen dit ook niet. 300 mensen is niet in verhouding.” Van de families die er nu wonen, had hij helemaal geen last, zegt hij.
„Het nieuws ging gisteren in een buurtapp rond”, zegt Julian Nijenhuis (53). „Ja, schrikken”, zegt hij. Hij ging niet naar het protest ’s avonds, maar wilde eerst de feiten op een rijtje krijgen. Hij las dinsdagavond een rapport over overlast door azc’s. „Dan maak je je wel zorgen.” Hij snapt niet waarom de lokale overheid, „die veel meer met haar bewoners heeft”, dit niet mag beslissen. „Weet Van der Burg wel waar Albergen ligt?”
Weet staatssecretaris Van der Burg wel waar Albergen ligt?
Julian Nijenhuis boze Albergenaar
Gewend aan explosies
Terug in het hotel, na de persconferentie. Hoteleigenaar Maria Olde Heuvel wil absoluut niet ingaan op vragen. Het gaat „beroerd”, zegt ze. De telefoon gaat elke paar minuten. Intussen maakt ze een diner klaar voor de paar gasten die nog niet zijn vertrokken. Blijven slapen doet vanavond niemand meer.
Lana (11), de dochter van Fatima en Radwan, rent in haar geruite broek en shirt met paarden over de gang. Haar vlecht danst op haar rug. „Wij hebben kamer 29”, zegt ze trots in het Nederlands. Zij vertaalt voor haar ouders. Haar vader gebruikt een vertaalapp op zijn telefoon.
Ze doet de deur open naar hun kamer. Er staan een tafel en het bed waar Fatima en Radwan slapen. In de kamer gaat een trap naar een kleine bovenverdieping met de bedden van de vier kinderen. Lana schrok van het vuurwerk gisteren, vertelt ze. De anderen waren minder onder de indruk. Radwan draait zijn telefoon om waarop staat: ‘Wij zijn explosies wel gewend’. Moeder Fatima komt binnen met Praxis-verhuisdozen. Ineens komt iedereen in beweging. Dochter Hala (18) vouwt de dozen uit. Fatima stopt wc-papier in een tas. Ze moeten weg, uit voorzorg.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data89528028-30db63.jpg)
:strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/08/tubb1.jpg|//images.nrc.nl/CFVHyGvVONp-Fx2xCklc33ewODk=/1920x/smart/filters:no_upscale():strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/08/tubb1.jpg)
Foto Eric Brinkhorst
Roselien Slagers (63) van Vluchtelingenwerk komt hen halen. Druk belt ze in de loungehoek van het hotel, op zoek naar een nieuwe verblijfplaats voor het gezin dat zich in de grote leunstoelen naast haar heeft verzameld met hun spullen.
Door de gordijnen ziet Slagers het protest groeien. Sommigen hebben kratten bier bij zich. Er komen twee politieagenten het hotel binnen. Zij denken dat er ook buitenstaanders op het protest zijn afgekomen en raden iedereen af te blijven slapen. Binnen deelt Slagers ijsjes uit. Het is benauwd en de ramen moeten dicht blijven. „Dit heeft níets met jullie te maken”, zegt ze een paar keer tegen het gezin. „Mensen zijn boos. Ze zijn bang dat hier 300 mensen komen.” Radwan houdt zijn telefoon voor haar neus om het te vertalen.
Ronkend rijden er auto’s voorbij. Buurtbewoners filmen het hotel. Maria Olde Heuvel kust een aangedane Fatima op haar wangen. „Good luck”, zegt ze. Via een zij-ingang gaat het gezin naar een nieuw hotel, in Hengelo.
Correctie (18 augustus 2022): In een eerdere versie van dit artikel werd abusievelijk ‘De Gelderlander’ aangehaald waar dit de krant ‘Tubantia’ had moeten zijn. Dat is hierboven aangepast.