Een buitenlandse ambassadeur in Den Haag toonde zich afgelopen week, in een privégesprek, verbijsterd over de boerenprotesten. Hoe kon een maatschappelijk conflict hier zo uit de hand lopen? Juist in Nederland dat internationale faam heeft als land van redelijk overleg, slimme compromisvorming en poldertraditie. Hoe kon de overheid juist hier zo’n ramkoers tegen de boeren inzetten, en het imago van Nederland als toonaangevende landbouw-supermacht in één klap te grabbel gooien?
De ambassadeur maakte zich serieus zorgen. Ze vroeg zich af of er geen verzoenende figuren in stelling kunnen worden gebracht om de angel uit dit explosieve conflict te halen. Want wat zich hier op straat begon af te spelen, de wegblokkades, de grimmige stemming, deed haar sterk denken aan het voorspel van de gele-hesjesbeweging in Frankrijk. Dat was een opstand van La France périphérique tegen grootstedelijk Frankrijk. Een opstand over stijgende brandstofprijzen en kosten van levensonderhoud en gebrek aan respect voor ‘het traditionele Frankrijk’.
Ik vrees dat de ambassadeur gelijk heeft. Dit maatschappelijk conflict is Nederland onwaardig. Los van alle voorgeschiedenis en de klonten boter op veler hoofden, had deze boerenopstand nooit zo ontketend mogen worden. Randstedelingen zien het niet, maar het halve land hangt vol omgekeerde Nederlandse vlaggen en boerenzakdoeken. Hele dorpen zijn solidair met de boeren. Het stikstofplan van het kabinet heeft een schokgolf van wantrouwen door niet-grootstedelijk Nederland veroorzaakt. Boeren en buitenlui voelen zich respectloos overvallen en speelbal gemaakt van diepingrijpende inbreuken in hun manier van leven.
In de randstedelijke media is obsessief aandacht voor de levensgevaarlijke boerenprotestacties van de laatste tijd. Terecht. Asbest op straat gooien, wegblokkades opwerpen waardoor auto-ongelukken ontstaan: dat zijn vanzelfsprekend misdrijven die veroordeeld moeten worden. Dat doen de meeste Nederlanders dan ook. Men wijst dit type roekeloos boerenprotest af, maar uit peilingen van I&O Research, Hart van Nederland en Op1 blijkt tegelijkertijd dat een grote meerderheid van de bevolking de boeren steunt.
Liefdeloos en respectloos
Zo’n 70 procent heeft begrip voor de boosheid van de boeren. Die 70 procent zie ik noch in de landelijke media, noch in de Haagse politiek terug. Integendeel. Er is alle aandacht voor de ontsporingen en excessen, veel minder voor het achterliggende verhaal, voor de vertrouwensbreuk tussen bestuurlijk Nederland en de regio.
Bijna net zo liefdeloos en respectloos als de stikstoflandkaart van minister Van der Wal, is de benadering in veel media. De Volkskrant waarschuwt voor een „boerenvrijstaat” en meent dat het kabinet niet mag zwichten voor intimidatie. D66-politici nemen het woord „terroristen” in de mond. Boeren worden in columns weggezet als „extreem-rechts”, verwende „vastgoedmiljonairs” of „dierenmishandelaars”.
In kranten wordt laconiek gediscussieerd over het einde van de veeteelt en worden melk drinken en vlees eten gedemoniseerd. Voor stikstofloze groene millennials zijn boeren (terecht) uitstervende dinosauriërs uit een vervuilend en dieronvriendelijk tijdperk. Bouwbedrijven azen openlijk op het land van uitgekochte boeren voor woningbouw. Boeren krijgen het gevoel dat zij, hun kinderen en hun bestaanswijze geen deel meer uitmaken van het toekomstverhaal van Nederland. Is het tegen dit decor gek dat boeren zich existentieel bedreigd voelen en opstandig worden?
De hedendaagse politiek wordt gekenmerkt door de tegenstelling tussen technocratie en populisme. Zie de politieke toestand in Italië, waar de technocraat Draghi dreigt te worden afgelost door populistische krachten. Zie Frankrijk, waar de botsing tussen technocratisch establishment en populistisch anti-establishment bij de laatste verkiezingen riskant aan de oppervlakte kwam.
Randstedelingen zien het niet, maar het halve land hangt vol omgekeerde Nederlandse vlaggen en boerenzakdoeken
Waar het aan ontbreekt is een zelfbewuste politiek van het midden die zowel de schrille stem van het populisme als de wereldvreemde laptop-wereld van de technocratie tegenspreekt en daartussen een eigen koers uitzet. Dat mist totaal.
Het kabinet-Rutte doet in dezen bijna alles fout. Het ontketent – bewust of onbewust – een boerenopstand en gaat vervolgens met vakantie. Het wijst vervolgens precies de verkeerde bemiddelaar aan, maar laat de onvrede daarover lopen. Het gooit olie op het vuur van de spanningen tussen grootstedelijke hoogopgeleiden en middelbaar opgeleiden in de regio’s die het gevoel hebben er minder toe te doen.
Die spanningen veroorzaken politieke instabiliteit in meer westerse democratieën (zie red states tegenover blue states in Amerika, de Brexit of Le Pen), maar zelfs in het kleine, egalitaire Nederland is voor deze nieuwe kloof gewaarschuwd, zoals in de Atlas van Afgehaakt Nederland die zaterdag in een rake analyse in NRC aangehaald werd.
In plaats daarvan overrompelt het kabinet de boeren met ‘klimaatdwang’, met juridische en ecologisch-technocratische onwrikbaarheden, zoals de kritische depositiewaarde van stikstof. Waarom zitten alleen de boeren in de beklaagdenbank, en niet de hele agroketen, met supermarkten, ‘Big Agro’ en de Rabobank voorop? Waarom toont de Haagse politiek geen besef van collectief falen? Zoals we op een bepaalde manier allemaal Shell zijn, zo zijn we ook allemaal de boeren. We hebben met elkaar deze voedselproductiesystemen laten ontstaan, en de boeren in een schaalvergrotings- en intensiverings-fuik geloodst. Het is een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid om daar met een slimme en beheerste transitie uit te komen die Nederland opnieuw het toonaangevende duurzame landbouwland van de wereld maakt. Met respect voor de natuur én de boeren en buitenlui die dichterbij de natuur staan dan de beleidsmakers in hun stedelijke kantoortorens.
Gevaarlijke jaren
Om de angel uit het conflict te halen, zal men terug moeten naar de polder-tekentafel. Moet de bemiddeling van Remkes niet verbreed worden tot een ‘Toekomst van de Landbouw’-Verzoeningscommissie? Neem in deze gevaarlijke jaren van oorlog, inflatie en energiearmoede vooral meer tijd. Laat niet D66, de partij met nul wortels buiten de grote steden, het marstempo van de transitie bepalen.
Mensen gaan altijd boven ‘natuur’. Zaak is ervoor te zorgen dat klimaatdwang stad en regio, stedelingen en buitenlui niet uit elkaar drijft. Voorkom een gele-hesjesbeweging in Nederland.