Reportage

Binnen drie dagen is het hele nest met al die nuttige wespen dood

Wespenbestrijders in Twente Door de zachte winter hebben wespenbestrijders het „ongekend druk”. Maar de wesp heeft ook een imagoprobleem.

Ilja Jonker bestrijdt een wespennest dat zich in de muur van een schuurtje heeft gevestigd.
Ilja Jonker bestrijdt een wespennest dat zich in de muur van een schuurtje heeft gevestigd. Foto’s Eric Brinkhorst

‘Kan ik u zo terugbellen?”, vraagt Han Schorfhaar, van Ongediertebestrijding Schorfhaar. Hij heeft het te druk om te bellen. Jansen of Lorkeers Plaagdierbeheersing heeft de voicemail speciaal aangepast om te laten weten dat ze tijdelijk geen nieuwe wespenopdrachten aannemen, omdat ze eerder gemaakte afspraken anders niet na kunnen komen. En ook Henk Bos van Wespennest Twente heeft een volle agenda.

Twente wordt, ogenschijnlijk nog meer dan de rest van Nederland, overspoeld door wespen. Veel koninginnen hebben de zachte winter overleefd en zijn door het warme voorjaar vroeg begonnen met het leggen van eitjes. Uit die eerste eitjes zijn de werksters gekropen. Zij nemen de zorgtaak voor de larven van de koningin over, die zich dan kan focussen op eitjes leggen. Véél eitjes leggen.

Hoeveel wespen er in Nederland zijn wordt niet bijgehouden. De Wespenstichting wilde 30 april, op wespenkoninginnendag, voor het eerst een meting doen, maar het regende. „In augustus gaan we het weer proberen”, zegt Sjoert Fleurke. Hij richtte samen met twee anderen de Wespenstichting op omdat „alles voor de bij wordt gedaan, terwijl we de wesp verdelgen”.

Wolkje wit poeder

Dat de wesp met een imagoprobleem kampt blijkt wel uit de roodgloeiende telefoons van bestrijders. „We hebben het ongekend druk”, zegt Rein Jonker (66) van Insektokill. Elke dag zijn ze met drie wespenbestrijders op pad, die elk twintig tot dertig adressen op een dag bezoeken. In de veertig jaar dat hij dit werk doet heeft hij dat niet eerder meegemaakt. „En dan moet het seizoen dat de wespen vervelend doen nog beginnen.”

Bewapend met een verstuiver waar poeder met een kleine giftige component uit komt, een imkerjas, masker en handschoenen gaat Ilja Jonker (40) een nest in een achtertuin in Enschede te lijf. Het zijn Duitse wespen, ziet ze. Ze hebben zich gevestigd in de muur van een schuurtje. „Pas op, ik ga spuiten.”

Uit de lange buis, waarvan ze het puntje in de muur heeft geprikt, komt een wolkje wit poeder. Het desoriënteert de wespen, die paniekerig voor de ingang blijven hangen. „Doe daar nog een beetje”, wijst Liz Jonker (21). Het doel is om de aanvliegroute te bedekken in een laagje poeder. „Daarna doen de werksters voor ons het werk”, legt Liz uit. Zij nemen het poeder dat aan hun lijfje blijft plakken mee het nest in, naar de koningin. Als zij sterft heeft een nest geen bestaansrecht. „Binnen drie dagen na de dood van de koningin is het hele nest dood.”

Haal je te veel wespen weg, dan heb je volgend jaar waarschijnlijk een andere plaag

Ilja en Liz zijn de dochters van Rein, en de vierde generatie plaagdierbestrijders van de familie Jonker. In 1950 al begonnen zijn vader en opa het bedrijf, dat toen nog Ratmuka heette. Dat stond voor ratten, muizen en kakkerlakken. Die bestrijden ze nog steeds, maar er zijn andere plaagdieren bij gekomen. Zoals houtwormen, bedwantsen, mieren, vliegen en vlooien.

Regelmatig krijgen de zussen verbaasde blikken als ze bij een klus aankomen. Een vrouwelijke bestrijder? „Als ik aanbel, krijg ik vaak de vraag of ik naar het probleem kom kijken”, zegt Ilja. „Nou, ik kom het ook oplossen, zeg ik dan.”

Het nest dat ze nu onder handen nemen heeft zich gevestigd in een kleine tuin. Te klein voor een wespennest van dit formaat, zegt Rein. „We verwijderen alleen als er écht sprake is van overlast”, zegt hij. „Wij geloven niet in ongedierte, je hebt alleen plaagdieren. Die kunnen overlast veroorzaken, maar horen wél bij de natuur. Wat je kunt laten zitten, moet je laten zitten.”

Foto Eric Brinkhorst

Daar is insectendeskundige Eveline Verhulst van de Wageningen Universiteit het mee eens, en niet alleen omdat ze fan is van het geel-zwarte insect. „Wespen hebben belangrijke functies. Ze bestuiven bloemen en vangen veel andere plaaginsecten.” Eén nest wespen kan duizenden tot tienduizenden muggen vangen, per dag. „Dus haal je te veel wespen weg, dan heb je volgend jaar waarschijnlijk een andere plaag.”

Lees ook: Wespen blijven Seirian Sumner verbazen: ‘Ze zijn gewoon fascinerend’

Natuurlijk begrijpt ze dat een nest in een spouwmuur of op zolder onwenselijk is, maar als je een grote tuin hebt en er hangt achterin op een plekje waar je weinig komt een nest, laat dat dan vooral lekker hangen. „Je kunt ze stimuleren daar te blijven door er een schaaltje rottend fruit bij te zetten.” Het zou vooral fijn zijn als mensen minder panisch zouden zijn voor de wesp. „Laat ze hun gang gaan en eventjes op de rand van je glas zitten. Ze vliegen daarna weer weg, want ze willen jou niet.”

Ingenieus

Maar in het vogelhuisje in de tuin van Geert Westerhof (66) is een nest niet zo handig. Liz heeft een lange lans, waarmee ze vanaf de straat poeder in het nest spuit. „Jeeeeetje”, roept de vrouw van Westerhof vanuit de tuin, als ze de dieren uit het nest ziet komen. „Die ene is helemaal wit!” Eerder hadden ze ook een nest in de tuin, vertelt Geert. Op zijn telefoon laat hij een foto zien. „Prachtig hè, zo’n nest”, zegt Ilja. „Het is ingenieus.”

Straks, aan het einde van het seizoen, als de koninginnen dik, groot en sterk zijn, leggen ze eitjes waar nieuwe koninginnen uit komen, vertelt Rein. „De oude koningin sterft, de nieuwe generatie verstopt zich om te overwinteren.” Ook de rest van het nest sterft uit – nu nog. „Op dit moment zijn de winters nog streng genoeg ”, zegt Eveline Verhulst. Maar als het nog warmer wordt, kunnen ze de winters overleven. „Dan krijg je enorme nesten die bestreden moeten worden. Zo ver zijn we gelukkig nog niet.”