Na de Duitse grijpt ook de Franse overheid in bij een energiebedrijf dat in nood dreigt te komen door de hoge energietarieven. Het gaat om EDF, voorheen bekend als Électricité de France – na het Italiaanse Enel het grootste energieconcern van Europa. De Franse regering trekt 9,7 miljard euro uit om EDF van de beurs te halen en volledig te nationaliseren, zo werd dinsdag bekend.
EDF leunt voor zijn energie voor een belangrijk deel op de 56 kerncentrales die het bedrijf bezit in Frankrijk. Die kampen de laatste jaren steeds vaker met technische problemen, waardoor ze stil komen te liggen. De problemen zijn het gevolg van een jarenlang gebrek aan onderhoud. De meeste reactoren stammen uit de jaren tachtig en sindsdien is onvoldoende geïnvesteerd in vernieuwing.
Meer dan de helft van de Franse kerncentrales van EDF is nu buiten bedrijf, omdat ze te kampen hebben met corrosieproblemen of vanwege onderhoud. Volgens de Franse nucleaire waakhond kan het jaren duren voordat de problemen verholpen zijn. Voor volgend jaar houdt EDF rekening met verstoringen bij 43 centrales.
De problemen hebben grote gevolgen voor de hoeveelheid energie die EDF zélf kan opwekken. Waar het concern tot 2018 jaarlijks vaak rond de 400 terawattuur kon genereren, valt de opbrengst dit jaar naar verwachting zeker een kwart lager uit. De laatste keer dat EDF minder dan 300 terawattuur per jaar opwekte in zijn kerncentrales is meer dan dertig jaar geleden.
Financieel wordt het elektriciteitsbedrijf daar flink door getroffen, en de hoge energieprijzen versterken die problemen. Niet alleen verdient EDF minder aan de energie die het zelf opwekt, maar het bedrijf moet ook inkopen bij andere producenten om de beloften aan afnemers waar te kunnen maken. Omdat die leveringstarieven vastliggen en de inkoopprijs momenteel torenhoog is, moet EDF daar geld op toeleggen.
EDF verwacht dat de operationele winst ruim 26 miljard euro lager zal uitvallen dan vorig jaar, toen het bedrijf voor belastingen en afschrijvingen 18 miljard overhield. Daardoor zal de schuld van het bedrijf – vorig jaar zo’n 43 miljard euro – verder oplopen.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/07/data88030059-403bc1.jpg)
‘Lehman van energiecrisis’
Door het ingrijpen van de Franse staat verandert EDF nu na zeventien jaar weer in een volledig publiek bedrijf. Dat was het bedrijf tot 2005 ook al, maar in dat jaar besloot de Franse regering EDF gedeeltelijk naar de beurs te brengen. Wel hield Frankrijk een groot deel van de aandelen – zo’n 84 procent – zelf in handen.
EDF is niet de eerste Europese energiegigant die klem zit door de torenhoge energieprijzen. Hetzelfde overkwam Uniper, een Duits gasbedrijf, dat door het gebrek aan goedkoop gas uit Rusland zijn verplichtingen aan bedrijven en gemeentes niet kon nakomen en daarom voor piekprijzen energie moest inkopen voor de daghandel.
Twee weken geleden vroeg Uniper officieel staatssteun aan. Hoewel nog niet duidelijk is hoe die steun eruit gaat zien, heeft de Duitse regering beloofd te doen „whatever it takes” – wat ook maar nodig is. Duitsland vreest namelijk dat Uniper het „Lehman Brothers” van de energiecrisis wordt: een eerste dominosteen die ook andere ten val kan brengen.