Kerosineslurper Airbus A380 is weer in de gratie

Airbus A380 De immense A380 maakt zijn rentree in de luchtvaart. Klimaatbezwaren tellen minder zwaar nu de vraag naar tickets stijgt.

Bezoekers van een luchtvaartbeurs in Duitsland bekijken een Airbus A380 van Emirates.
Bezoekers van een luchtvaartbeurs in Duitsland bekijken een Airbus A380 van Emirates. Foto Fabian Sommer/Dpa

Frédéric Deleuze zoekt een vliegtuig. Niet zo maar een, maar het grootste luchtwaardige passagiersvliegtuig van de wereld. De 39-jarige inwoner van Toulouse – die vijftien jaar werkte als technicus bij de lokale fabriek van vliegtuigfabrikant Airbus – zoekt een A380.

Anderhalf jaar geleden heeft Deleuze het plan opgevat om een A380 om te bouwen tot een luxe hotel. 29 kamers, één suite in de cockpit en één aan de achterkant, inclusief de originele trap die beide verdiepingen van de dubbeldekker verbindt.

Dat leek een goed idee voor het immense toestel dat in het begin van de coronacrisis bij de meeste luchtvaartmaatschappijen in ongenade was gevallen. Met plek voor 550 passagiers was de A380 veel te groot en te duur, en met vier motoren in plaats van de twee die veel moderne toestellen hebben, slurpte hij te veel brandstof en stootte hij te veel CO2 uit. Dat waren al de problemen bij de introductie in 2006.

‘De A380 komt duidelijk nooit meer terug’, zei de ceo van Lufthansa nog stellig in augustus 2021

Een hotel leek een grappig en klimaatvriendelijk alternatief voor het toestel dat anders wellicht tot schroot zou vergaan. Deleuze bouwde een website met mooie foto’s, ontwierp een naastgelegen receptie en restaurant in de vorm van een verkeerstoren en ging op zoek naar een tweedehands A380.

In het begin van de coronacrisis stonden er nog genoeg op vliegtuigparkings in onder meer de VS, Frankrijk en Spanje. Zo heeft de Duitse luchtvaartmaatschappij Lufthansa veertien A380’s in „deep storage” staan in het Spaanse Teruel en het Franse Tarbes. Zes daarvan heeft de maatschappij inmiddels verkocht.

„De A380 komt duidelijk nooit meer terug”, zei Carsten Spohr, bestuursvoorzitter van Lufthansa, nog stellig tijdens de presentatie van halfjaarcijfers in augustus 2021. Bestuurders van andere maatschappijen lieten zich uit in vergelijkbare bewoordingen. Qantas schreef in 2020 1,43 miljard Australische dollar (940 miljoen euro) af op met name zijn twaalf A380’s.

Alleen Emirates, met een vloot van 123 A380’s veruit de grootste afnemer van Airbus, toonde nog vertrouwen in de ‘giant of the skies’. Emirates probeerde zelfs Airbus te overtuigen de productie van de A380 voort te zetten, maar dat mislukte. Na 252 gebouwde toestellen viel eind december 2021 het doek voor de A380. De Frans-Duitse vliegtuigfabrikant leverde toen het laatste vliegtuig aan Emirates.

Lees ook: Alleen reizigers zijn verzot op de superjumbojet

Waterstoftanks

Maar tijden veranderen. Vorige maand zei Lufthansa-topman Spohr al dat hij „de gelukkigste man van de wereld” zou zijn als de vraag naar vliegtickets zo zou groeien dat hij de A380 weer in gebruik kon nemen. Maandag meldde de maatschappij dat het zijn grootste vliegtuig vanaf de zomer van 2023 weer in gebruik neemt. Lufthansa onderzoekt hoeveel toestellen het bedrijf zal reactiveren. De acht in Teruel en Tarbes blijven „voorlopig” onderdeel van de Lufthansa-vloot.

Het Duitse bedrijf volgt het voorbeeld van onder meer Singapore Airlines (in 2007 de eerste afnemer van het toestel), Qantas en British Airways, en binnenkort doen de Japanse maatschappij ANA en het Zuid-Koreaanse Asiana dat ook. Zij nemen de A380 vooral weer in gebruik omdat de vraag naar vliegreizen groeit. Het grote toestel wordt met name ingezet voor vliegverkeer tussen hubs (niet elk vliegveld kan zo’n groot toestel ontvangen; Schiphol wel).

Maar de A380 keert ook terug omdat modernere, vervangende toestellen die luchtvaartmaatschappijen hebben besteld veel later worden geleverd dan gepland. Zo heeft Boeing nog steeds forse (technische en bestuurlijke) leveringsproblemen met de 777X en de 787 Dreamliner.

De rentree van de A380 is desalniettemin opmerkelijk. Luchtvaartmaatschappijen worden geconfronteerd met torenhoge kerosineprijzen – die zijn in een jaar meer dan verdubbeld door de oorlog in Oekraïne. Bovendien moet de internationale luchtvaart vaart gaan maken met duurzamer vliegen. Luchtvaartmaatschappijen hebben in oktober 2021 beloofd om in 2050 volledig klimaatneutraal te vliegen. Dan helpt de terugkeer van een kerosineslurper als de A380 niet.

Qatar Airways – dat ruzie heeft met Airbus over vermeende mankementen aan zijn (iets kleinere, tweemotorige) A350-toestellen – publiceerde in januari 2021 een onderzoek naar de klimaatimpact van de A380. De conclusie: „Het is milieutechnisch niet verantwoord om zo’n groot viermotorig vliegtuig in de huidige marktomstandigheden te exploiteren.” Destijds lag het vliegverkeer vrijwel stil door nieuwe lockdowns.

Qatar Airways vergeleek de A380 (capaciteit: 550 passagiers) met de A350 (400 passagiers) op routes van Doha naar Guangzhou, Frankfurt, Londen, Melbourne, New York, Parijs en Sydney. De A380 stootte per uur 80 tot 95 procent meer CO2 uit dan de A350.

Maar de A380 zou ook een rol kunnen spelen in het verduurzamen van de luchtvaart. In februari maakte Airbus bekend dat een A380 wordt omgebouwd tot een vliegtuig op waterstof. Achterin het toestel – waar Frédéric Deleuze zijn lounge droomt – komen vier waterstoftanks. Airbus hoopt rond 2035 een eerste op waterstof vliegend passagiersvliegtuig te kunnen verkopen.