Nederland loopt vast: personeelstekorten zijn een groot probleem. Wat nu?

Krapte op de arbeidsmarkt De miljarden voor klimaat, defensie en woningbouw jagen ook het huidige, voorspelbare personeelstekort verder op. Het kabinet lijkt in oude fouten te vervallen.

Illustratie Tomas Schats

De nieuwskoppen beginnen al bijna te wennen: leerlingen die al maanden geen Duits of scheikunde krijgen. Strafzaken die tóch niet op zitting komen. Maar wie de inhoud tot zich door laat dringen, weet dat het alles behalve gewoon is: kinderen leren minder door een tekort aan juffen en meesters, en de rechtsstaat hapert doordat er te weinig rechters zijn.

Ook de horeca hapt naar adem, zeker met de zomer voor de deur. Klein leed: bij de Burger King in Kerkrade stond je zo lang in de rij dat het food niet fast meer was.

Nederland loopt vast. Maar ook in andere westerse landen hapert de dienstverlening door groeiende personeelstekorten. De rijen van Schiphol staan ook in Londen, Dublin en Lissabon. In Spanje en Italië blijven restaurants en cafés soms een extra dag dicht. En in Britse kassen blijven rijpe aardbeien aan de struiken hangen omdat er niemand is om ze te plukken.

Overal zijn nu handen tekort. Want op de harde economische klap van de coronalockdowns, volgde een razendsnelle opleving. In een periode waarin weinig mocht, is veel geld opzij gezet. Daarna kon het grote spenderen beginnen: een verre vakantie mocht weer, luxe uit eten kon weer en nu de energie zo duur wordt, kunnen extra zonnepanelen op het dak ook geen kwaad.

Om dat allemaal mogelijk te maken is personeel nodig. Maar terwijl de vraag ernaar in veel landen explodeert, blijft het aanbod achter. De reden: óók corona.

Overal zijn nu handen tekort. Want op de harde economische klap van de coronalockdowns, volgde een razendsnelle opleving

Want veel mensen zitten vast in zogeheten ‘zombiebanen’. Onder meer de Nederlandse, Duitse en Franse overheid hielden met miljardensteun banen overeind, ook bij bedrijven die al voor de coronacrisis niet levensvatbaar waren. Die mensen zijn nu niet beschikbaar voor het werk waar zoveel vraag naar is.

Babyboomers

Corona bracht de arbeidsmarkt weliswaar met een korte klap stevig uit balans. Maar de trend is breder. De personeelstekorten liepen al jaren langzaam op. Dat was geen verrassing: de westerse wereld wordt oud. De eerste babyboomers zijn al met pensioen, de komende jaren zullen er veel meer volgen. Méér dan er jonge mensen bijkomen op de werkvloer.

In het sterk vergrijsde Japan, een voorland van Nederland, zien bedrijven zich al genoodzaakt om die ouderen langer bij zich te houden. Bij ritsengigant YKK mogen werknemers sinds kort tot na hun 65ste doorwerken. Bij elektronicaketen Nojima zelfs tot na hun tachtigste - elk jaar een nieuw jaarcontract, is de afspraak.

Voor tekorten in maatschappelijk onmisbare beroepen wordt al zeker twintig jaar gewaarschuwd. Maak het vak van verpleegkundige en leraar snel aantrekkelijker, om grote tekorten te voorkomen, waarschuwden ambtenaren in 2001. Verhoog de lerarensalarissen fors, schreven expertcommissies in 2007 en 2008. Die boodschap kwam niet aan.

Lees ook: Hoe de overheid de personeelstekorten heeft laten oplopen

In de jaren erna nam de politiek zelfs averechtse besluiten. Door strengere toelatingstoetsen daalde het aantal studenten op de Pabo fors. En ondanks alle pleidooien voor een hoger loon, stond het loon van leerkrachten vier jaar lang stil, door bezuinigingen. Bezuinigingen in de zorg maakten die sector in elk geval tijdelijk minder populair als studie.

Déjà vu: ook nu neemt het kabinet grote beslissingen die het personeelstekort verergeren. Woningnood bestrijden met een miljoen extra huizen. Veiligheid in Europa vergt een grotere krijgsmacht. De klimaatcrisis verduurzaming van de economie. Al die strategische besluiten vragen om méér personeel. Juist in een periode dat de vergrijzing versnelt; pas tussen 2025 en 2030 is de pensioenpiek.

Een fikse recessie

Er is een scenario denkbaar waarbij dat níét tot megatekorten leidt: bij een stevige economische recessie kan de vraag naar personeel tijdelijk afnemen, om daarna weer in volle hevigheid terug te keren.

Denkt het kabinet wel na over wie al die huizen moet bouwen, tanks moet bedienen en warmtepompen moet installeren? Veel te weinig, zegt Hans Borstlap vanuit zijn tuin aan de Reeuwijkse plassen. De oud-topambtenaar van Sociale Zaken schreef ruim twee jaar geleden In wat voor land willen wij werken?, een rapport over het hervormen van de regels rond werk. Politici citeren daar nog steeds graag uit, maar er is vrijwel niets mee gebeurd.

Waarom is er zo weinig geld voor slim beleid op de arbeidsmarkt?

Hans Borstlap oud-topambtenaar

Borstlap snapt best dat er zoveel geld nodig is voor klimaat, bouw en defensie. Maar waarom geeft het kabinet dan zo weinig geld uit aan slim arbeidsmarktbeleid? Bijvoorbeeld voor de om- en bijscholing van mensen naar de beroepen waar zoveel vraag naar is. „Echt een omissie in het regeerakkoord. Dan heb je niet goed de toekomst voorzien.”

Schijnconstructies

Ook werkgevers ontdekken: personeelsbeleid kun je niet veronachtzamen. Jarenlang waren zij gewend aan de beschikbaarheid van relatief goedkoop personeel en konden ze wegkomen met het bieden van weinig zekerheid, in de vorm van flexcontracten en schijnconstructies. Nu schuift de macht naar de werkvloer. De lonen gaan omhoog: een kwestie van vraag en aanbod. Hoog tijd, vindt Borstlap. „Tot nu toe was de overheid gewend om ontoereikende lonen te compenseren met toeslagen. Nu zien we: dit kan niet langer.”

Gaan ook 55-plussers en mensen met een handicap daarvan profiteren? Zij solliciteren bijvoorbeeld volop maar grijpen steeds mis. Veel van hen hebben extra opleiding of ondersteuning nodig. Maar werkgevers zijn lang niet altijd bereid die te geven.

De arbeidsmarkt zal hoe dan ook veranderen. Het ‘Schiphol-model’ – lage lonen en maar doorgroeien – „is een metafoor voor de hele bv Nederland met al zijn flexbaantjes”, denkt Borstlap. „Je moet economische groei niet willen bereiken met volumegroei.” Dit is het moment, vindt hij, om de Nederlandse economie productiever te maken, met innovatie en technologie.

Door de lage lonen voelden werkgevers tot nu toe weinig noodzaak om te investeren in software of machines. Paradoxaal en cynisch: mensen waren lange tijd goedkoper dan robots. Nu kan niemand er meer omheen: de mens is wat waard.