Over de merkwaardige, asymmetrische voorgevel van Hotel Moskva in Moskou gaat het verhaal dat deze te wijten is aan onachtzaamheid van Stalin. Omdat de socialistisch-realistische hotelkolos in de jaren dertig vlakbij het Kremlin zou worden gebouwd, kreeg de leider van de Sovjet-Unie de ontwerptekeningen ter goedkeuring voorgelegd. Maar hij begreep niet dat hij geacht werd te kiezen uit twee varianten van de voorgevel. Zijn goedkeurende handtekening zette hij precies in het midden op het vel waarop Alexej Sjtsjoesev, die eerder het Lenin-mausoleum had ontworpen, twee verschillende gevels had getekend. Omdat niemand de in terreur en massamoord gespecialiseerde leider durfde te vertellen dat hij moest kiezen, zijn beide varianten uitgevoerd.
Stalins onoplettendheid is een van de redenen dat historici menen dat hij minder in architectuur en kunst was geïnteresseerd dan zijn Duitse rivaal Adolf Hitler die de architecten van het Derde Rijk gedetailleerde aanwijzingen gaf voor nieuwe overheidsgebouwen. Daar hebben ze deels gelijk in. Anders dan de door architectuur geobsedeerde Hitler wist Stalin niet precies wat hij wilde inzake bouwkunst, zo laat de Britse architectuurcriticus Deyan Sudjic lezen in zijn meesterlijke en rijk geïllustreerde Stalin’s Architect. Power and Survival in Moskou. Alleen van wat hij niet wilde was hij zeker: constructivisme, de Russische variant van het Nieuwe Bouwen. Voor Sudjic, ex-directeur van het Design Museum in Londen die eerder onder meer The Edifice Complex schreef over de bouwwerken van de machtigen der aarde, is dit aanleiding om en passant op te merken dat ‘er geen verband bestaat tussen progressieve politiek en modernistische architectuur.’
Een Lenin van 70 meter
Toch heeft ook Stalin zich uitvoerig bezig gehouden met stedenbouw en architectuur, ontdekte Sudjic bij het onderzoek voor zijn boek over de overlevingskunst van de Oekraïense architect Boris Jofan in Stalins Sovjet-Unie, zoals hij zelf het hoofdonderwerp van Stalin’s architect omschrijft. Stalin wilde dat Moskou een soortgelijke klassieke, monumentale stad zou worden als Hitlers vernieuwde Berlijn dat naar de plannen van zijn hofarchitect Albert Speer zou worden verbouwd tot Welthauptstadt Germania. Als middelpunt van het nieuwe Moskou wilde Stalin het immense Paleis van de Sovjets bouwen. Bekroond met een beeld van Le-nin van 70 meter, moest dit het grootste en hoogste gebouw ter wereld worden.
:strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/06/data87134022-ee0c54.jpg|//images.nrc.nl/tQYzCICYrResklBgB4jTTBFCNp8=/1920x/smart/filters:no_upscale():strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/06/data87134022-ee0c54.jpg)
Het Paleis van de Sovjets in 1938, geschilderd door van Alexander Kotjagin Illustratie www.vmdpni.ru/data/collection// sovet_palace_plate/ index.php
Stalin nam hoogstpersoonlijk het besluit dat het Paleis van de Sovjets in de plaats moest komen van de Christus Verlosserskathedraal, de kolossale koepelkerk die was gebouwd ter ere van de overwinning op Napoleon. En hoewel oppermodernist Le Corbusier, die zichzelf toen al de belangrijkste architect van de twintigste eeuw vond, zeker wist dat hij de internationale prijsvraag voor het ontwerp van het Paleis van de Sovjets zou winnen, zorgde Stalin er achter de schermen voor dat de opdracht naar Jofan ging. Enkele jaren later gunde Stalin Jofan ook het legendarische paviljoen van de Sovjet-Unie voor de wereldtentoonstelling in Parijs in 1937, dat recht tegenover het door Speer ontworpen gebouw van nazi-Duitsland kwam te staan.
Bewoners geëxecuteerd
Boris Michaelovitsj Jofan (1891-1976), zoon van een Joodse hoteleigenaar in Odessa die eigenlijk Baruch Solomonovitsj heette, was eind jaren twintig een vooraanstaand Sovjetarchitect geworden nadat hij op instigatie van zijn vriend (en premier van de Sovjetregering) Aleksej Rykov het Huis van de Regering bouwde. Dit grote, luxe woningcomplex in de grimmige, Spartaans-klassieke stijl werd een gated community met eigen theaters en restaurants voor de politieke en kunstzinnige elite van de Sovjet-Unie, onder wie Rykov en Jofan zelf. Uitgebreid beschrijft Sudjic de moeizame bouw van dit berucht-beroemde appartementencomplex, waarvan in de jaren dertig ongeveer 800 van de 2400 bewoners werden gearresteerd en 300 geëxecuteerd. Lang staat hij stil bij Het Huis aan de Kade, de roman van Joeri Trifonov uit 1976 over het leven in de gated community; Yuri Slezkine’s monumentale tweedelige The House of Government uit 2017 noemt hij slechts in het voorbijgaan.
Nog voordat Jofan zijn ontwerp had voltooid, begon de bouw van het Paleis van de Sovjets in 1931 voortvarend met het opblazen van de Christus Verlosserskathedraal. Maar na de vernietiging van het symbool van het tsaristische Rusland liep het spaak. Door de voortdurende en talrijke aanwijzingen van Stalin moesten Jofan en zijn secondanten steeds weer nieuwe ontwerpen maken en werd het gebouw almaar groter en hoger. En toen Stalin eindelijk tevreden was met een toren van vierhonderd meter, die leek op een gigantische telescoop in een stijl die het midden houdt tussen classicisme en art deco, hadden de ontwerpers geen idee hoe ze de kolos moesten bouwen. Pas na een studiereis naar de Verenigde Staten begreep Jofan dat een skelet van staal onontbeerlijk was voor zijn wolkenkrabber.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/04/data84600878-26ff3d.jpg)
In 1937 begon eindelijk de bouw van het Paleis van de Sovjets. Maar ook die verliep uiterst moeizaam. Een jaar lang liep de dertig meter diepe immense bouwput steeds onder water en na vier jaar stond er slechts een kaal staalskelet met een hoogte van 40 meter. Dit werd na de invasie van nazi-Duitsland in 1941 afgebroken en omgesmeed tot Tsjechische egels.
Hoewel Jofan als architect van het Paleis der Sovjet-Unie onaantastbaar leek, raakte hij tijdens de Grote Terreur in de jaren 1936-1938 in het nauw. In 1937 werd Jofans beschermheer en buurman Rykov gearresteerd. Een jaar later werd hij na langdurige martelingen en een schijnproces geëxecuteerd. Ook Jofan werd beschuldigd van ‘samenzweren met contra-revolutionairen’, meer dan genoeg voor de doodstraf. Maar hij kwam er met een vermaning voor ‘gebrek aan waakzaamheid’ van af.
Jofans familie heeft altijd geloofd dat hij werd gered door Stalin, met wie hij regelmatig overlegde over het Paleis van de Sovjets, schrijft Sudjic. Stalin zou Jofan persoonlijk van een van de dodenlijsten hebben gehaald, die het hoofd van de geheime dienst, Lavrenti Beria hem regelmatig voorlegde. ‘Deze kan van nut zijn voor ons’, gaf Stalin als reden, zo gaat het verhaal in Jofans familie. Maar volgens Sudjic werd de toparchitect van de Sovjet-Unie gespaard voor Stalins willekeurige terreur door even willekeurig random luck.
Tragische figuur
Als motto van Stalin’s Architect heeft Sudjic gekozen voor de opmerking van George Orwell dat ‘halve kunstenaars als architecten kunnen profiteren van tirannie maar dat schrijvers slechts de keuze hebben tussen stilte en de dood.’ Misschien had Orwell Le Corbusier op het oog toen hij zijn uitspraak deed. Die bood zijn diensten eerst aan Stalin aan, vervolgens aan Mussolini en ten slotte aan maarschalk Pétain van het Franse Vichy-regime. Maar in de epiloog van Stalin’s architect stelt Sudjic vast dat Jofan uiteindelijk weinig profijt heef gehad van Stalin. Hij oordeelt mild over de opperarchitect van de Sovjet-Unie en zijn werk. Jofan was niet de Albert Speer van Stalins Sovjet-Unie, vindt hij, maar in de eerste plaats een tragische figuur die niet mocht bouwen wat hem voor ogen stond. Jofan was in zijn ogen een getalenteerde moderne architect die, als hij wilde bouwen, niets anders kon doen dan buigen voor Stalin en zo zijn ontwerp voor het Paleis van de Sovjets tot zijn afgrijzen zag uitgroeien tot een gedrocht dat hem de reputatie van monsterlijke architect gaf.
Na de Tweede Wereldoorlog verloor Stalin zijn belangstelling voor het Paleis van de Sovjets. Wel bleef Jofan werken aan nieuwe ontwerpen voor het paleis dat, vreemd genoeg, op aanwijzingen van Stalin nu steeds lager moest worden. Na Stalins dood in 1953 besloot zijn opvolger Chroesjtsjov dat de bouw niet zou worden hervat. Vanuit zijn appartement op de elfde verdieping van het Huis aan de Kade kon Jofan ten slotte zien hoe de enorme bouwput van wat het grootste gebouw ter wereld had moeten worden, veranderde in een openlucht zwembad dat ’s winters leek op een gigantische, dampende kookketel. Dat het zwembad aan het eind van de twintigste eeuw ten slotte weer plaats moest maken voor een replica van de Christus Verlosserskathedraal, symbool van het postcommunistische, reactionaire Rusland, heeft hij niet meer meegemaakt. Dertien jaar voor de val van de Muur overleed hij in een sanatorium bij Moskou uit de jaren twintig dat hij zelf had ontworpen in onvervalst constructivistische stijl.