Europa moet zich krachtiger verweren tegen de Russische agressie en Vladimir Poetin stoppen. Anders dreigt eenzelfde situatie als in 1938, toen Europa instemde met Hitlers annexatie van Oostenrijk en Sudetenland in de hoop dat die concessies tot vrede zouden leiden. Poetin zal geen genoegen nemen met Oekraïne. Als Europa Oekraïne laat vallen, ligt een grote oorlog in het verschiet.
Aldus Emine Dzjaparova, eerste viceminister van Buitenlandse Zaken van Oekraïne, dinsdag tijdens een bijeenkomst van denktank Clingendael in Den Haag. Dzjaparova spreekt deze week met Nederlandse politici en journalisten over hét lobbythema van de Oekraïense regering: toekenning van het kandidaat-lidmaatschap van de Europese Unie. Levering van zware wapens is Oekraïne’s eerste wens, maar de EU-status is een goede tweede.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data87129553-681d23.jpg)
Buitenlandminister Dmytro Koeleba en een delegatie van corruptiebestrijders reisden al eerder door Europa om het kandidaat-lidmaatschap te bepleiten. Nederland krijgt als een van de ‘sceptische’ landen extra aandacht. De tijd dringt. Vrijdag komt de Europese Commissie vrijwel zeker met een aanbeveling aan de lidstaten om Oekraïne het kandidaat-lidmaatschap te verlenen. Het besluit staat op de agenda voor de EU-top van 23 en 24 juni.
Politiek signaal
De Oekraïense boodschap is lastig. Enerzijds benadrukken de voorstanders dat het kandidaat-lidmaatschap niet meer is dan een politiek signaal, een symbolische steunbetuiging die laat zien dat Oekraïne tot de Europese familie behoort. Daadwerkelijke toetreding tot de EU is nog ver weg en pas mogelijk als Oekraïne aan alle voorwaarden voldoet. Dzjaparova: „Als een man een vrouw een ring geeft, betekent dat niet dat ze volgende week gaan trouwen. Als die man toch niet wil trouwen kan hij er nog onderuit.”
Tegelijk staat de toekomst van Europa op het spel, is de andere kant van de boodschap. Onlangs publiceerden 233 maatschappelijke organisaties uit Oekraïne in een open brief. Uitstel van toenadering tot de EU, zo schrijven zij, „zal de naoorlogse hervormingen in Oekraïne vertragen, de democratie in andere landen, waaronder de Westelijke Balkan, ondermijnen, de last van de EU-begroting vergroten en leiden tot nieuwe instabiliteit in Europa”. Uitstel zal ook Poetin in de kaart spelen, het bevestigt immers de verdeeldheid binnen de EU.
Definitief afscheid
Vanuit Oekraïens perspectief is de eerste stap richting EU, hoe klein ook, een cruciale stap. Het is een bevestiging van de ambities richting Europese democratie en rechtsstaat, een definitief afscheid van de Russische invloedssfeer. Meer dan 90 procent van de bevolking wil die kant op.
Dat de kandidaatstatus decennia kan duren – Turkije begon in 1999, Noord-Macedonië in 2004 – nemen ze op de koop toe. De EU-wachtkamer zal Oekraïne aansporen om de reeds ingezette hervormingen door te zetten, zo is de redenering. Er is immers een doel om naar te streven.
We zijn niet geïnteresseerd in alternatieven. Kandidaat-lidmaatschap is wat we nu willen en verdienen
Emine Dzjaparova eerste viceminister van Buitenlandse Zaken van Oekraïne
Oekraïense politici pareren de bezwaren van de sceptische landen. Corruptie? Ja, dat is er, net als in tal van EU-landen. Sinds het begin van het associatieverdrag met de EU in 2016 zijn tal van hervormingen en anti-corruptieprogramma’s ingezet. De rechtspraak, het bankwezen, de oligarchen, de ambtenaren, het is allemaal al aangepakt, zegt minister Koeleba. Dat president Zelensky onlangs in een interview met Nieuwsuur geïrriteerd reageerde op de corruptievraag begrijpt Dzjaparova wel. „Het is alsof je een kankerpatiënt vraagt hoe het met zijn oor gaat. We zijn aan het overleven.”
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data85889668-949c0e.jpg)
Nederland en Duitsland willen de zes Westelijke Balkanlanden, die al zo lang op toetreding wachten, niet schofferen door Oekraïne voor te laten gaan. Onzin, zegt Dzjaparova, onze stap voorwaarts staat los van de toetreding van de Balkanlanden. Ze vindt het een gezocht argument. „Waar een wil is, is een weg. Waar geen wil is, is er altijd wel een reden om iets niet te doen.”
Mogelijk rolt er op de EU-top een compromis uit de bus. Een toekenning als ‘potentieel kandidaat-lid’ bijvoorbeeld, of het idee van president Macron voor een nieuwe pan-Europese organisatie. In The Economist werken EU-experts Luuk van Middelaar en Hans Kribbe dat laatste idee enigszins uit. Ze noemen het de E40, naar de snelweg tussen Calais en Oekraïne. Daar is het land meer mee gediend dan met een vage belofte over toetreding, ooit. Dzjaparova wijst het idee af: „We zijn niet geïnteresseerd in alternatieven. Kandidaat-lidmaatschap is wat we nu willen en verdienen.”