Interview

Wopke Hoekstra: ‘We hebben te lang gedacht dat Amerika ons wel kwam helpen’

Nederland is terughoudend over toelating van Oekraïne tot de EU. Minister Wopke Hoekstra van Buitenlandse Zaken legt uit waarom. „Het weigeren van een vriend in nood is per definitie ingewikkeld.”

Doet de Europese Unie genoeg voor Oekraïne? In 2014 was het antwoord op die vraag duidelijk negatief, zegt minister Wopke Hoekstra (Buitenlandse Zaken, CDA). Eerder, in 2008, had Rusland al delen van Georgië bezet. In 2014 volgde de annexatie van de Krim. Er waren genoeg signalen dat de machtshonger van Poetin letterlijk geen grenzen kent. Een scherpe koerswijziging vanuit de EU bleef echter uit. Het kopen van Russisch gas en olie ging door. „Achteraf gezien is de reactie natuurlijk uiterst lauw geweest”, zegt Hoekstra tijdens een gesprek op zijn ministerie. „We wilden de realiteit niet zien voor wat hij is.”

Inmiddels zijn er lessen geleerd, vindt Hoekstra. „Wat de EU laat zien op het gebied van sancties en al helemaal op het gebied van wapenleveranties hebben we in de naoorlogse geschiedenis op deze manier nooit eerder gezien.” Volgens de minister is Europa bezig met een „enorme inhaalslag”. Dat is het ook voor zijn ministerie: jarenlang was Buitenlandse Zaken het sluitstuk van menige rijksbegroting. Diplomatie werd niet gezien als topprioriteit. Toen Hoekstra in januari minister werd, als opvolger van tussenpaus Ben Knapen, kon niemand bevroeden dat zijn departement nog geen twee maanden later een sleutelpositie zou innemen in de Nederlandse oorlogsinspanningen. Hoekstra, tevens politiek leider van het CDA, was in de afgelopen maanden veel onderweg. Onlangs reisde de minister ook naar Kiev, waar hij met eigen ogen de door Rusland aangerichte verwoesting aanschouwde.

Op Europadag (9 mei) hield Hoekstra een toespraak in Maastricht waarin hij de oorlog beschreef als „een krachtmeting tussen autocratie en democratie”. Hij waarschuwde dat „onze manier van leven” door landen als Rusland en China „fundamenteel” wordt bestreden. Dat inzicht, dat in deze oorlog veel meer op het spel staat dan alleen de soevereiniteit van Oekraïne, verklaart volgens Hoekstra mede waarom Europa anders dan in 2014 nu wél stevig reageert.

Lees ook: Oekraïne is ook voor Hoekstra een ideologisch slagveld, daar wordt Europa verdedigd

Toch is opnieuw de vraag of de EU genoeg doet en, vooral, hoeveel het wíl doen. Op een recente top werden regeringsleiders het met hangen en wurgen eens over een zesde sanctiepakket, inclusief een olieboycot – de eerste grote sanctie die óók de EU zelf echt pijn doet. Het verbod op de import van Russische aardolie kwam zo moeizaam tot stand dat betwijfeld wordt of een boycot van Russisch gas haalbaar is. Daarvan is de Europese afhankelijkheid nog groter.

Op de eerstvolgende top, op 23 en 24 juni, wacht een nieuwe test voor de Europese eenheid. Dan wordt er gepraat over een mogelijk EU-kandidaat-lidmaatschap van Oekraïne. Dat is pas het begin van de lange weg naar toetreding, benadrukken Oekraïense politici en maatschappelijke organisaties. Wat ze willen is een politiek signaal dat ze bij de Europese familie horen, en dat kan helpen in de strijd tegen Rusland. Oost-Europese lidstaten zien het als een historische plicht om het belaagde land dit perspectief te bieden. Juist nu de oorlog steeds meer het karakter van een uitputtingsslag krijgt, zou dit een boost zijn voor het Oekraïense moreel.

West-Europese EU-landen zijn minder enthousiast, al zou er maar een handjevol nog echt dwarsliggen, waaronder Nederland, Denemarken en mogelijk Oostenrijk. Zij vinden het niet eerlijk om de uitbreidingsregels voor Oekraïne open te breken. Andere landen zitten immers al jaren in de wachtkamer van de EU.

Het roept de vraag op hoe ver de EU wil gaan als het erop aankomt. En of er toch niet veel ruimte zit tussen de grote woorden over geopolitieke verschuivingen en de bereidheid om daar ondubbelzinnige conclusies uit te trekken.

In een recent interview met Nieuwsuur riep de Oekraïense president Zelensky Nederland op om klare taal te spreken. „Als je vindt dat er in de EU geen plek voor ons is, moet je dat duidelijk zeggen.” Zelensky noemde de Nederlandse opstelling „niet eerlijk”.

Waarom is Nederland terughoudend over een EU-kandidaatlidmaatschap van Oekraïne?

„Wat wij hebben gezegd vind ik echt afgewogen en verstandig. Het weigeren van een vriend in nood is per definitie ingewikkeld. Maar er zijn allerlei zaken die je bij uitbreiding van de EU moet meewegen.”

We zijn als Nederland een totaal andere weg ingeslagen. Als je ziet wat wij in financiële termen en militair doen: dat is zonder enig precedent

De discussie gaat nu niet over uitbreiding van de EU, het gaat over symbolische steun.

„Ook bij een kandidaat-lidmaatschap spelen allerlei elementen mee. Je moet meewegen wat het betekent voor een brede groep landen die ook bij de EU willen: Georgië, Moldavië, zes Balkanlanden. Over de implicaties wordt in verschillende hoofdsteden verschillend gedacht. Daarom hebben wij aan de Europese Commissie gevraagd: weeg alle argumenten nou eens. Wat is redelijk en in het belang van Oekraïne en de lange-termijn-toekomst van Europa?”

Waarom heeft u daar de Commissie voor nodig? U kunt toch ook zelf een standpunt innemen?

„We zullen met een open blik kijken naar waar de Commissie mee komt. Ik verwacht hun oordeel binnenkort. Ga je daar dan sowieso ja op zeggen? Nee, natuurlijk niet. Dat moet je dan wegen, ook in dialoog met het parlement.”

Met uw toespraak in Maastricht heeft u hoge verwachtingen geschapen, maar zodra de discussie concreet wordt, wijst u naar Brussel.

„Het is uw goed recht om het zo samen te vatten, maar in mijn optiek is het echt anders. We zijn als Nederland een totaal andere weg ingeslagen. Als je ziet wat wij in financiële termen en militair doen. Dat is zonder enig precedent. Datzelfde geldt voor de sancties waarbij we ons er terdege van bewust zijn dat er een prijs betaald moet worden. De sancties hebben ook voor Nederland gevolgen. Dat is echt anders dan drie, vier maanden geleden.”

We hebben nog steeds geen argument tegen een kandidaat-lidmaatschap gehoord.

„Volgens mij heb ik de Nederlandse positie duidelijk geschetst. U bent op zoek naar een ander antwoord.”

We zijn op zoek naar een antwoord.

„Ik heb elementen genoemd die wat mij betreft bij de discussie betrokken moeten worden. Dus hebben we tegen de Commissie gezegd: kom met een voorstel dat recht doet aan de situatie in Oekraïne en aan de situatie van de andere kandidaten.”

U zegt: Oekraïne voert een strijd voor het behoud van Europese waarden. Tegelijk zegt u: we kunnen niet helpen, want dat is sneu voor Albanië. Botst dat niet?

„Dat is niet wat ik zeg. Maar je moet de diverse elementen nu eenmaal meewegen bij zo’n besluit.”

Nederland was voortvarend met wapens en sancties en kreeg daar lof voor. Bent u niet bang dat veel van dat krediet teniet wordt gedaan door deze discussie?

„Daar is geen sprake van. Ik nodig u uit om te kijken hoe dit in andere hoofdsteden ligt. Veel landen worstelen met de complexiteit van deze puzzel.”

Uw partij, het CDA, hoort bij de EVP, de Europese christendemocraten. Op het EVP-congres vorige week in Rotterdam, waar u ook was, overheerste de gedachte dat Oekraïne perspectief verdient. Was dat niet ongemakkelijk voor u?

„Ik ben in Oekraïne geweest en ik heb mensen gesproken die verschrikkelijke dingen zijn overkomen. En als ik de afgelopen maanden iets heb geprobeerd is het recht doen aan die mensen. Dat is precies waarom we meer dan onze fair share doen. De discussie gaat nu over de vraag of symbolen van belang zijn. Of zijn symbolen alleen maar symbolen? Vanzelfsprekend zijn ze belangrijk, en dus moet je ze meewegen. Daar ben ik graag tot ieders dienst. Tegelijkertijd: u heeft op het EVP-congres enthousiasme over het kandidaat-lidmaatschap van de EU gehoord. Ik verkondig hier echter het standpunt van de Nederlandse regering.”

Europese landen, inclusief Nederland, hebben zich de afgelopen decennia afhankelijk gemaakt van Russisch gas. Het CDA speelde indertijd een sleutelrol in de eerste grote deals met Moskou [over gaspijpleiding Nordstream]. Gaat u het morele kompas van uw partij herstellen?

„Dat sterke morele kompas hebben we altijd gehad, dat hebben we nu ook en dat zullen we blijven houden. In het voorlaatste partijprogramma zie je thema’s als mensenrechten en investeringen in defensie prominent naar voren komen. Het klopt dat het thema van energie-onafhankelijkheid onvoldoende prioriteit heeft gekregen, net als de versterking van de oostflank van de EU. We hebben inderdaad signalen gemist, maar als men over tien jaar terugkijkt naar de huidige tijd zal blijken dat er ook weer allerlei signalen zijn gemist.”

Als het gaat om maatregelen tegen Rusland en het leveren van wapens aan Oekraïne tekent zich een tweedeling af in Europa. Waar het Verenigd Koninkrijk, Polen en de Baltische landen een harde lijn bepleiten, stellen Frankrijk en Duitsland zich enigszins gematigd op. President Macron en bondskanselier Scholz willen in gesprek blijven met Poetin.

Als men over tien jaar terugkijkt naar de huidige tijd zal blijken dat er ook weer allerlei signalen zijn gemist

Waar staat Nederland op dat spectrum?

„Ik denk dat de cesuur tussen die twee posities niet zo scherp is. Duitsland en Frankrijk leveren allebei zeer forse militaire bijdragen en doen ten volle mee aan de sancties. Eerlijk gezegd is die eenheid de grote winst van dit dossier. Ik durf de stelling wel aan dat velen in Europa, ik zelf ook, met verbazing hebben gekeken naar die grote eenheid. Alleen de totstandkoming van het zesde sanctiepakket ging niet van een leien dakje. Laten we direct beginnen met het zevende pakket.”

Hoe heeft de EU zich zo kunnen verkijken op de intenties van Poetin?

„We hebben te lang gedacht dat de waarden die wij in Nederland als vanzelfsprekend beschouwen universeel zijn. We dachten dat de landen zonder democratie, mensenrechten en vrije pers zich in onze richting zouden bewegen. De realiteit is dat deze landen fundamenteel anders denken over deze zaken. Dat ze kiezen voor een ander model. Wat betreft defensie-uitgaven zijn we in Europa ook te lang free riders geweest. We hebben steeds gedacht: uiteindelijk komen de Amerikanen toch wel om ons te helpen. Dat vredesdividend hebben we echt volledig opgesoupeerd. Door die fase zijn we nu gelukkig heen: alle NAVO-lidstaten zijn bereid om zeer forse extra investeringen te doen in hun defensie.”

Vindt u dat het Westen met Poetin moet blijven praten?

„Iedere oorlog eindigt uiteindelijk met een wapenstilstand, en daarna met vrede. Dus zal je een keer moeten plaatsnemen aan de onderhandelingstafel. Zelensky heeft vaak gezegd dat hij bereid is om met Poetin te praten. Tegelijkertijd is het de bittere realiteit dat de gesprekken die tot nu toe zijn gevoerd tot niks hebben geleid. Niet door Oekraïne, maar door de instructies die de onderhandelaars van Poetin evident hebben meegekregen.

„We moeten ook niet uit het oog verliezen wie deze oorlog begonnen is, wie oorlogsmisdaden begaat, wie steden aan puin schiet en wie de burgerbevolking de meest verschrikkelijke dingen aandoet. Uiteindelijk is het allerbelangrijkste dat wij Oekraïne een zo sterk mogelijke positie verschaffen op het slagveld. Zodat ze de best mogelijke positie aan de toekomstige onderhandelingstafel krijgen.”

Wat vindt u van de omstreden uitspraak van de Franse president Macron, vorig weekend, dat we Rusland niet moeten vernederen?

„Ik vind het in z’n algemeenheid niet verstandig om het commentaar van collega’s of bevriende regeringsleiders zelf ook weer van commentaar te voorzien. Vaak gaat het om uitspraken die in een specifieke context zijn gedaan en die worden er dan uitgelicht. Ik licht liever toe hoe Nederland erin zit.”

Is het denkbaar dat Oekraïne territoriale concessies moet doen?

„Daar wil ik niet over speculeren. Ik zou het echt misplaatst vinden als anderen zouden bepalen wanneer Oekraïne in gesprek zou moeten gaan over eventuele concessies. Ik heb niet de vrijheid van een deskundige die op tv met een landkaart erbij gaat voorschrijven hoe het zou moeten. Onze taak is Oekraïne zoveel mogelijk steunen, langs diverse wegen. En onze tweede taak, die de laatste tijd een beetje uit het zicht is geraakt, is zorgen dat de vlam niet nog breder in de pan slaat. Waardoor je het risico loopt op een derde wereldoorlog. Daarom heb ik soms een moeilijke boodschap richting een vriend in nood. Wat wij bijvoorbeeld niet kunnen doen is een no-fly zone instellen, want dan loop je echt een levensgroot risico op escalatie.”

Wat zou een aanvaardbare afloop zijn?

„Dat vind ik echt aan Oekraïne. Het laatste dat ik wil doen is iets afdoen aan de onderhandelingspositie van Oekraïne. Wat wel heel relevant is, is dat uit deze oorlog in ieder geval één conclusie moet volgen, en dat is dat imperialisme in de 21ste eeuw nooit, maar dan ook nooit beloond wordt.”