Het was een ogenschijnlijk doodnormale scène uit Ridley Scotts familiedrama House of Gucci (2021) die mij, op kilometers hoogte, in het vliegtuig van Amsterdam naar New York, aan het wankelen bracht. De scène: Adam Driver en Lady Gaga, in de gedaanten van Maurizio Gucci en zijn echtgenote Patrizia Reggiani, zijn op skivakantie als hij ineens koeltjes opmerkt dat hij van haar wil scheiden. Het begon in mijn keel, die droog werd, slikken deed zeer. Mijn ogen werden nat. Ze opensperren bracht geen soelaas. Ik verduisterde mijn raam, dan was hopelijk minder goed te zien dat ik inmiddels ordinair aan het huilen was.
Doordat ik, wegens Covid-19 en uit milieu-overwegingen, ongeveer drie jaar niet had gevlogen, was ik bijna vergeten dat dit eerder regel dan uitzondering is: als ik naar een vliegtuigfilm kijk, ga ik huilen. Een gewoonte die des te vreemder is omdat ik zelden huil, en om dat ik inmiddels zo veel films heb bekeken dat ik zelden echt geraakt word; gruwelijke scènes choqueren me niet, spannende scènes doen mijn hart niet sneller kloppen, ontroerend bedoelde scènes ervaar ik snel als sentimenteel.
Ik weet nog welke film me, een jaar of acht geleden, deed beseffen dat ik er een merkwaardige emotionele relatie met vliegcinema op nahoud: het relatiedrama Marley & Me (2008), over de geliefden Owen Wilson en Jennifer Aniston, en hun tamelijk onhandelbare labrador genaamd Marley. Met die hond in hun midden maken ze alles mee wat veel mensen zonder hond ook meemaken. Voorspoed en tegenslagen, een miskraam, kinderen. En uiteindelijk is die hond natuurlijk oud en sterft hij. Gehuild dat ik heb. En ik was niet de enige; ik zag zeker vijf volwassenen grienen als ontredderde kinderen, en dat dankzij een film die volgens bijna alle denkbare standaarden ondermaats en kitscherig is, gespeeld door hooguit middelmatige acteurs. Na de ervaring met Marley & Me begon ik beter op mijn huilgedrag in vliegtuigen te letten. Mijn bevindingen waren opmerkelijk te noemen. Een greep uit de films waar ik bij gehuild heb: As Good As It Gets, Toy Story 3, The Bucket List, Romancing the Stone, House of Gucci en, jawel, Dirty Dancing 2: Havana Nights.
Tot voor kort dacht ik dat ik een van de weinigen was met dit type emotioneel gedrag. Maar na The House of Gucci ben ik op onderzoek uitgegaan. En tot mijn verrassing ontdekte ik dat vliegtuigtranen een veelvoorkomend fenomeen is. Op internetfora over vliegen zijn tal van getuigenissen te lezen van mensen die onverwacht, vaak zelfs tegen hun zin, geëmotioneerd zijn geraakt door kinderfilms, relatiedrama’s of horrorfilms. De Amerikaanse popcultuur-schrijver Brett Martin vertelde eens in de populaire podcast This American Life dat hij, op een vlucht van New York naar Puerto Rico, last kreeg van een ‘softbal in z’n keel’ bij het zien van Sweet Home Alabama. Bij het horen van een extreem kitscherige, door Reese Witherspoon uitgesproken zin – „The truth is, I gave my heart away a long time ago, my whole heart, and I never got it back” – brak de normaal zo kalme Martin naar eigen zeggen.
Deze grote groep mensen, laten we ze huilvliegers noemen, heeft zelfs een geuzennaam: de ‘mile cry club’, een variatie op de ‘mile high club’, waartoe je mag behoren als je tijdens een vlucht seks hebt gehad. Tot de mile cry club mag je pas toetreden als je om een vliegtuigfilm hebt gejankt; er zijn chatgroups voor, aparte websites, hoekjes op fora.
Huilen in groepen
Het is tamelijk zeldzaam dat mensen huilen in gezelschap of in groepen. In zijn boek Why only Humans Weep, beschrijft psycholoog Ad Vingerhoets dat mensen, als ze tóch in gezelschap huilen, dat vaak doen om een emotionele verbinding tot stand te brengen. Maar als je je al in een groep bevindt, lijkt me dat er betrekkelijk weinig reden is om tranen te gebruiken als middel tot contact; dan is het veel logischer om onze verbale vermogens aan te spreken, om een gesprek aan te knopen. Maar in vliegtuigen is er dus iets anders aan de hand.
Volgens de KLM Health Service, die ik erover mail, zeggen passagiers inderdaad dat ze in een vliegtuig vaker moeten huilen om een film. Ook andere vliegtuigmaatschappijen zien die tendens. In 2011 publiceerde Virgin Atlantic uitkomsten van eigen onderzoek, waaruit bleek dat 55 procent van haar reizigers überhaupt heftigere emoties ervaart wanneer ze vliegen dan aan de grond. Mannen en vrouwen zouden verschillen in de manier waarop ze deze emoties proberen te verbergen: 41 procent van de mannen kruipt weg onder hun dekentje om te vermijden dat medepassagiers hun tranen zien. Vrouwen zouden daarentegen vaker doen alsof er een vuiltje in hun oog zit.
55 procent van de reizigers van Virgin Atlantic ervaart heftigere emoties als ze vliegen
Om hun klanten tegemoet te komen stelde Virgin een ‘emotional health warning’ in, die vooraf werd getoond bij films waarbij het risico op tranen hoog was; zij met „a sensitive disposition to cry, weep, sob, wail, howl, bawl, bleat or mewl” konden bij het cabinepersoneel om een tissue of een „shoulder to cry on” vragen. In het bijzonder hadden ze in 2011 tien films aangemerkt als potentieel traanopwekkend, waaronder: Toy Story 3 (op nummer 1), Eat, Pray, Love , Brokeback Mountain en The Notebook ). De ‘saddest movie in the world’ is volgens gedragsonderzoekers trouwens The Champ, de remake uit 1979. Het gaat in het bijzonder om de scène waarin de protagonist, een bokser gespeeld door Jon Voight, voor de ogen van zijn zoontje (gespeeld door Ricky Schroder) sterft. De film is in de loop der jaren door wetenschappers gebruikt voor allerhande psychologische tests.
:strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/06/data86862266-a56dae.jpg|//images.nrc.nl/n-WTnuEYNjw6IuGYLhCKpwtv1mU=/1920x/smart/filters:no_upscale():strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/06/data86862266-a56dae.jpg)
Illustratie Mat
Huilen op hoogte
Dan de kernvraag: waarom? Waarom huilen wij op hoogte? Volgens de Health Service van de KLM speelt een aantal factoren mee die ons emotioneel ontvankelijk maken voor ontroering. Zo is er de stress die bij vliegen komt kijken. Het geregel, het pakken van je koffers, het eindeloos controleren van je documenten, het haasten naar de gate, maar ook het vooruitzicht van een weerzien met bekenden of de aankomst in een onbekend land. Het zijn omstandigheden die maken dat we gespannen zijn en heftigere emoties ervaren dan op zomaar een dag in een voor ons bekende omgeving. En als je eenmaal in het vliegtuig zit, kan de combinatie van lage luchtdruk en lage luchtvochtigheid je humeur nadelig beïnvloeden. Ook is er volgens KLM tijdens het vliegen sprake van een „naar binnen gerichte focus”, waarbij mensen „sneller bij hun emoties komen”. Met andere woorden: gedurende lange vluchten ben je even losgekoppeld van je dagelijkse leven, je bent op jezelf teruggeworpen. De voornaamste verbinding is die met je scherm en de koptelefoons die maken dat geluiden van medepassagiers niet of nauwelijks tot je doordringen.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2020/08/web-2808cultranen.jpg)
Dit alles verklaart misschien waarom mensen in een staat van emotionele ontvankelijkheid zijn als ze vliegen, maar niet waarom ze huilen, waarom uitgerekend tranen het resultaat zijn van die ontvankelijkheid. Om dit beter te begrijpen heb ik gekeken naar de geschiedenis van huilen. In hun artikel ‘Why we Cry: The Fascinating Psychology of Emotional Release’ beschrijven emeritus hoogleraar psychologie Jay Efran (Temple University) en sportpsycholoog Mitchell Greene (Haverford College, Pennsylvania) dat men lange tijd foutief of kortzichtig heeft gekeken naar de oorsprong van tranen. Dankzij Sigmund Freud, die emotionele uitbarstingen placht te zien als tekenen van het onbewuste dat zich plotseling uit in gedrag, denken mensen nog altijd vaak in ‘stoomketelmetaforen’, constateren Efran en Greene. Als we ons emotionele gedrag willen beschrijven, hebben we het over ‘stoom afblazen’, over te hoge druk, over ‘overkoken’. Volgens Efran en Greene schiet deze manier van denken tekort; waarom zouden mensen anders dikwijls huilen terwijl ze gelukkig zijn?
Zij gaan uit van de ‘Two-Stage Theory of Tears’, een theorie die twee emotionele fases veronderstelt die ten grondslag liggen aan tranen. Of eigenlijk gaat het om de plotselinge overgang van de ene fase (de ‘sympathische’ toestand van alertheid of spanning die ons lichaam aanneemt tijdens crises of mogelijk gevaar) naar de andere (de ‘parasympathische’, van herstel en rust). „Afhankelijk van de omstandigheden beschrijven mensen zo’n overgang als ‘loslaten’ of ‘opgeven’,” schrijven Efran en Greene. Het adrenalineniveau, zojuist nog verhoogd doordat de situatie erom vroeg, daalt snel. Als voorbeeld noemen Efran en Greene een kind dat zijn ouders kwijt is. Eerst zal het gaan zoeken, het kind zit in de ‘probleemoplosfase’, waarin over het algemeen niet wordt gehuild. Pas wanneer de ouder terecht is en de crisis bezworen lijkt, zal het kind ‘loslaten’ en zijn tranen de vrije loop laten. Vandaar ook dat tranen relatief vaak worden opgewekt door een vriendelijk gebaar, een aardige stem, door impliciete signalen van veiligheid. Mensen huilen daarentegen vrijwel nooit tijdens een crisis, of in het gezelschap van mensen die je niet mag. We huilen meestal niet uit stress, maar uit opluchting.
:strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/06/data86862263-3becf7.jpg|//images.nrc.nl/-28OPkb0A2-KRhwnJwdI7XBdpXs=/1920x/smart/filters:no_upscale():strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/06/data86862263-3becf7.jpg)
Illustratie Mat
Overgeleverd aan de piloot
Denk eens aan de situatie waarin je je bevindt aan boord van een vliegtuig. Een metalen buis op tien kilometer hoogte waarvan je de techniek volstrekt niet begrijpt, overgeleverd aan een piloot wiens gezicht je niet kent. Je bent tijdelijk in een vacuüm, de dagelijkse realiteit is even opgeschort, je hebt alle tijd om eens op de grootst mogelijke afstand naar je leven te kijken, er is geen contact met de buitenwereld mogelijk, je bent bezig met een onbevattelijke overgang, tussen hier en daar, tussen gister en morgen. De meest stressvolle momenten heb je doorstaan, de probleemoplosfase ligt achter je, je kunt niet anders dan loslaten. En ineens is daar op je schermpje een film over een labrador, over een gezin, over het leven, over grote veranderingen. En dan komen ze, de tranen. Dit is allerminst een schande. Sterker nog, het is tijd voor felicitaties. Je bent zojuist toegetreden tot de mile cry club.