Carlos Gonçalves is sinds december voorzitter van de Rotterdamse Raad voor Kunst en Cultuur.

Foto Eric Fecken

Interview

‘Opheffen van de Rotterdamse Raad voor Kunst en Cultuur stond al vast’

Carlos Gonçalves, voorzitter Rotterdamse Raad voor Kunst en Cultuur

Het stadsbestuur wil het adviesorgaan van de gemeente ontbinden, tot verbijstering van RRKC-voorzitter Carlos Gonçalves. „We zouden niet meer van deze tijd zijn. Waarom dan?”

Na een kritisch rapport van adviesbureau Rijnconsult wil het college de Rotterdamse Raad voor Kunst en Cultuur, het adviesorgaan van het stadsbestuur, per 1 januari 2023 ontbinden. De adviezen van de RRKC zijn „niet effectief” en nauwelijks bekend binnen de cultuursector, schrijven de onderzoekers. Daarnaast constateren zij dat de verhoudingen met cultuurwethouder Said Kasmi (D66) en ambtenaren slecht zijn. RRKC-voorzitter Carlos Gonçalves is verbijsterd.

Wat voegt de RRKC nog toe?

„Wij zetten kwesties die spelen in de cultuursector op de politieke agenda. Onlangs bijvoorbeeld brachten wij een advies uit over sociale veiligheid [racisme, discriminatie, seksuele intimidatie]. Wij kaartten aan dat de sector daar gevoelig voor is. Vervolgens is het aan de politiek om daar iets aan te doen. Ook houden we de gemeente een spiegel voor. En we fungeren als vraagbaak voor de culturele sector. De RKS [Rotterdamse Kunststichting] bestaat al sinds 1946, we hebben daardoor enorm veel kennis in huis en dat delen we met instellingen en makers.”

Lees ook dit artikel: Rotterdam stopt met kunstraad RRKC

De meeste kritiek in het evaluatierapport gaat over de slechte relatie tussen RRKC en de cultuurwethouder. Hoe is uw relatie met Kasmi?

„Tussen een onafhankelijk adviesorgaan en het college heerst altijd een bepaalde spanning. Dat hoort erbij. Met Kasmi zelf heb ik een goede relatie. We kennen elkaar al lang. Bij mijn aanstelling als voorzitter van RRKC in december ben ik met hem in gesprek gegaan. Het was een kans om tot een nieuwe, betere relatie te komen. Maar dat moet van twee kanten komen. Kasmi bleef terugkomen op twee situaties waar het fout was gegaan. Eén daarvan is een advies over de Rotterdamse Culturele Basis [acht grootste gesubsidieerde culturele instellingen]. Dat stuurden we ook naar de gemeenteraad. Omdat wij enkel adviseur zijn van het college, was dat niet de bedoeling. Daar is excuses voor aangeboden.

„Andersom heeft de gemeente ook fouten gemaakt. Zo kregen wij meerdere keren minder tijd dan was afgesproken als het college ons om advies vroeg. En in een gesprek heeft Kasmi beloofd dat pas in een nieuwe bestuursperiode een besluit zou worden genomen over RRKC, dat komt hij niet na.”

Had de RRKC politiek sensitiever moeten zijn?

„Misschien. Mijn benoeming als voorzitter was een eerste stap. Ik heb veel ervaring in de politiek [hij was deelraadsvoorzitter van Delfshaven en raadslid voor de PvdA]. Het is me gelukt om een begin te maken met het verbeteren van de verhoudingen. We wilden meer rekening houden met elkaar. Maar ik heb het idee dat ik, zonder het zelf te weten, in een proces ben gestapt waarvan de uitkomst al vastlag: het opheffen van RRKC.”

Als voorbeeld noemen onderzoekers jullie advies over ‘cultuur en corona’, terwijl de wethouder daarvoor al een denktank had aangesteld. Waarom deden jullie dubbel werk?

„Corona is de ingrijpendste gebeurtenis voor de cultuursector van de afgelopen vijftig jaar. Dan heb je als college een adviesorgaan vóór deze sector en dan passeer je die door een denktank in te schakelen? Dat is je goed recht, maar wel vreemd. Wij waren al begonnen met het advies en informeerden de wethouder. Die zei toen: ‘doe maar niet, ik heb al een ander plan’. Waarom heeft hij dat niet eerder gecommuniceerd? Uiteindelijk ontstond er een samenwerking met de denktank en hebben we in overleg besloten elk een eigen advies uit te brengen. Ons plan lag er eerder.”

Wat zegt het dat ruim een week voor de presentatie van een nieuw college de RRKC nog wordt opgeheven?

„Ik snap dat niet. Kasmi heeft gezegd: ‘voordat er een nieuw college komt, ga ik geen besluit nemen over RRKC’. En wij zouden de gelegenheid krijgen een zienswijze in te dienen op het evaluatierapport. [RRKC stuurde wél een eerste reactie met de boodschap ‘wij willen door’]. We zijn twee volwassen bestuurders die daar afspraken over maken, vervolgens stapt hij daar wel heel makkelijk overheen.”

Lees ook dit artikel uit november 2020: Rotterdamse politiek wil onderzoek na harde kritiek op lokale kunst- en cultuurraad

De relatie met de onderzoekers was slecht. In het rapport stellen zij dat er heel veel druk was vanuit RRKC en dat de „grens van betamelijkheid” mogelijk werd overschreden.

„Ik heb het idee dat het rapport vooral gericht is op het in diskrediet brengen van RRKC. Er is een andere werkwijze dan andere jaren. Toen werd er een commissie ingesteld als opdrachtgever voor de evaluatie en het begeleiden daarvan. Ook het college en de instellingen werden destijds geëvalueerd. Dat vond de wethouder nu niet nodig. Archteraf heb ik daar een slecht gevoel bij. Het rapport verweet ons te hard bezig te zijn ons bestaansrecht te bevechten. Welke instelling doet dat niet? Ook zouden we niet meer van deze tijd zijn, maar waarom dan? Wat past dan wel?”

Wat is de impact op de cultuursector als RRKC verdwijnt?

„We zijn een club die veel tijd en energie in de sector steekt, uit liefde voor de stad. Daar moet je als overheid op een andere manier mee omgaan. Dit is een voorbeeld van een overheid die steeds meer powerplay doet. Wat straks wegvalt is de mogelijkheid om onderwerpen te agenderen, kritisch na te denken over de toekomst.”

Hoe nu verder?

„Het opheffen van RRKC is een bevoegdheid van het college. Wij komen met een reactie. Die sturen we eind volgende week naar de gemeente. In de politiek kan van alles gebeuren. Misschien dat de raad hier nog iets over gaat vinden, of de sector.”