Hoe hoorbaar is een verschil in geluidsterkte van 3 decibel? Er is een website waar je dat testen kunt. Veel is het niet. Ja, als een toon uit het middensegment plotseling 3 dB in sterkte daalt dan hoor je dat. Maar als je dezelfde toon nu eens op 50 dB en dan weer met 53 dB krijgt aangeboden heb je moeite met het verschil. Zo zit het ongeveer.
Drie decibel geluiddemping is wat zo’n modern ‘groendak’ onder speciale omstandigheden teweegbrengt, als alles meezit. In Eindhoven vielen metingen aan verkeerslawaai op een binnenplaats achter een flat in 2012 zo’n 3 dB lager uit nadat op de flat een groendak was uitgerold. Sinds die tijd gelden groendaken als ‘geluiddempend’.
Groendaken hebben de wind mee, links en rechts worden platte daken waarop zich tot dusver alleen dode vogeltjes verzamelden omgezet in milieubewuste daktuinen. Er is een complete groendakindustrie ontstaan.
Betere biodiversiteit
De gemeente Amsterdam trok miljoenen subsidie uit om particulieren over te halen groendaken aan te leggen. Want die namen wateropslag bij hoosbuien voor hun rekening, hielpen energie besparen, hielden de stad koel en verbeterden de biodiversiteit. Anderen hadden ontdekt dat de daken de lucht zuiverden en de leefbaarheid versterkten. Het laatste IPCC-rapport wist zelfs te melden dat ze koolstof vastlegden en een bijdrage konden leveren aan de voedselproductie. De stichting Natuur en Milieu becijferde dat er in Nederland nog 21 miljoen vierkante meter plat dak is dat groendak kan worden. ‘Je zou de aanleg verplicht moeten stellen.’ Dat gaat vast nog gebeuren ook, want met idealisten is het kwaad kersen eten.
De Volkskrant bracht op 13 mei een ontnuchterend artikel over de natuurwaarde van groendaken. De daknatuur bleek bij nader inzien uit niet meer te bestaan dan een handvol plantensoorten en wat ongewervelde dieren zoals insecten, spinnen en slakken en misschien een enkele vogel die er even uitrustte en het zijn heus wel aardige insecten die de hoge daken weten te bereiken (het zuidelijk spitskopje, het icarusblauwtje, etcetera) maar het probleem is dat ze door de verkeerde planten worden aangetrokken.
De meeste groendaken zijn sedumdaken, mono- of mengcultures van planten uit het geslacht Sedum: onderhoudsvrije vetplanten die goed tegen droogte kunnen. Nederland heeft aantrekkelijke eigen sedumsoorten zoals muurpeper en wit vetkruid, maar voor groendaken worden bij uitstek uitheemse soorten en variëteiten ingezet. Daar wringt ’m de schoen. De exoten dreigen zich onomkeerbaar te vermengen met onze vaderlandse flora, zoals eerder de vervloekte Amerikaanse vogelkers, Perzische berenklauw en Japanse duizendknoop. Floristen zien zwetend aan hoe de verkeerde diversiteit vooruit wordt geholpen. De soortensamenstelling van de groendaken moet autochtoner worden.
De Amsterdamse gemeente stak nooit veel subsidie in sedummatten want die hielden te weinig water vast en ze is inmiddels helemaal gestopt met het steunen van kleinschalige groendakprojecten. Ze lijkt in een fase van bezinning beland. Misschien heeft ze ingezien dat er te veel groendaken werden aangelegd op plaatsen waar helemaal geen wateroverlast dreigt. Of heeft ze ingezien dat er tegenover de nuttige wateropslag tijdens hoosbuien een pijnlijk verbruik aan water in droge tijden staat. Geen groendakbezitter kan aanzien hoe zijn groendak verdort als het een tijd niet regent en bij droogte houdt hij met het laatste schaarse water zijn groen overeind. Er is geen groendak zonder sproei-installatie. Als dan tegen november dat hele groendak vergeten is bevriest in januari de waterleiding en spuit in maart het water alle kanten op. Bedenk dat goten en afvoerpijpen vol zitten met verwelkte plantenresten.
Woud aan publicaties
Hoe goed de groendaken zijn voor het waterbeheer staat dus nog helemaal niet vast. Ook over een gunstig effect op de warmtehuishouding bestaat maar weinig zekerheid. Er is weliswaar een woud aan publicaties waarin wordt benadrukt dat een stevig groendak de isolatiewaarde van een dak vergroot, maar wie had eigenlijk anders verwacht? De vraag is wat de groendakisolatie toevoegt aan de al bestaande isolatiewaarde van het dak. Als daarin al voldoende polystyreen of steenwol was verwerkt is de winst maar marginaal. Het valt op dat de energiebesparing van de ruimtes direct onder een groendak meestal wordt berekend en maar zelden gemeten.
Maar groendaken helpen in ieder geval de steden koel houden, wordt er dan gezegd, ook door het IPCC, ze bestrijden het Urban Heat Island-effect. Boven het groen wordt het ’s zomers overdag lang zo heet niet als boven een plat dak van asfaltpapier of wit grind! Tja, voor zover dit al opgaat is het een invloed die zich uitstrekt tot hoogstens een halve meter boven het groen en is het maar zeer de vraag wat de praktische betekenis is van ‘minder opwarming’ op grote hoogte voor de luchttemperatuur op straatniveau.
Pijnlijk is dat al een paar keer is aangetoond dat het boven een sedumplantage wel degelijk heel heet wordt, het is waargenomen in Utrecht en Braunschweig. Het komt doordat sedumplanten overdag hun huidmondjes gesloten houden en zich niet, zoals andere planten, kunnen koelen door waterverdamping. In Utrecht werd het boven sedum warmer dan boven wit grind. Ook al daarom moet de sedummassa worden vervangen door een dek van andere planten, liefst inheemse.