„Hallo daar! Hallo? Kunnen jullie aan de kant gaan? Jullie staan in beeld!” De twee bezoeksters van museum Voorlinden kijken verbaasd de lange donkere tunnel in. „Ik hoor een stem”, zegt er een. „Hoort dat bij dit kunstwerk?”
Nee, dat was ik vanaf het andere einde van Antony Gormleys Passage (2016), een 12 meter lange stalen tunnel met de hoekige omtrekken van zijn eigen lichaam. Als je voor die smalle tunnel staat, zie je een meter of drie ver, omdat het einde gesloten is. Binnen is er net genoeg ruimte en licht om te voorkomen dat je angstig wordt. Terugkijkend vanaf het einde ziet de wereld er verrassend licht en hoopvol uit. Dat wilde ik vastleggen op een foto. Maar die dames verstoorden, vond ik, het prachtige kruis van licht dat het staal weerspiegelde.
Op de expositie Ground laat Voorlinden binnen in de zalen en buiten in het park hoogtepunten zien uit het oeuvre van beeldhouwer Antony Gormley (Londen, 1950). Zijn werk neemt altijd zijn eigen lichaam als uitgangspunt en gaat over de ruimte die we innemen met ons lichaam. Aan het einde van die tunnel voelde ik me erg bewust van die ruimte. Ik meende zelfs dat ik het recht had op het stukje wereld dat zich voorbij het einde ontvouwde.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data86344854-de70fc.jpg|https://images.nrc.nl/OByAOLSu21Qgo_-5Xgj4hs7GD1c=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data86344854-de70fc.jpg|https://images.nrc.nl/hZNhq8kzB-HknHrJ9hLph-RvYvI=/5760x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data86344854-de70fc.jpg)
Zaaloverzicht van de Antony Gormleys tentoonstelling GROUND in Museum Voorlinden in Wassenaar.
Foto Antoine van Kaam
Gormley is bekend van iconische beelden, zoals de Angel of the North (1998), een twintig meter hoge engel met gestrekte vleugels bij Newcastle, de 26 meter hoge zittende man Exposure (2010) op de dijk bij Lelystad, en Event Horizon, waar hij op daken tientallen mensbeelden plaatst, zoals in 2008 rond de Kunsthal in Rotterdam.
Gormley vindt dat kunst een vorm van scepsis is. Kunstenaars moeten vrij denken en via hun werk vragen stellen, vertelt hij tijdens een rondleiding. Het enige dat we volgens hem als zelfstandig denkende mensen zeker weten, is dat we in een lichaam leven. We zijn verantwoordelijk voor dat lichaam, voor het leven, al het leven. Handel daar naar.
Man van lood
Het besef van de ruimte die een lichaam inneemt zit al in een van zijn vroegste werken op de expositie: My Clothes (1980/2020). Zoals je een hol paasei in twee stukken kunt breken, zo heeft Gormley zijn kleding doorgesneden. De twee helften hangen nu aan de muur, met rechts de binnenzijde-achterkanten van een onderbroek van Brooks Brothers, daarachter een beige broek, rode sokken, rood onderhemd, wit overhemd en een donkerblauw jackje. Links hangt hetzelfde rijtje met de binnenkanten van de voorzijde. Je beseft dan dat ook jouw lichaam de ruimte vult binnen je kleding.
Zo’n ruimtebesef zit ook in de loden man die je met holle ogen doordringend aankijkt boven een grote plaat lood die hij voor zich houdt (Membrane, 1986). In diezelfde zaal scheert een ander beeld vlak boven de grond en een derde hangt hoog in een hoek als een schoonspringer klaar voor de sprong. Zij zijn op plaatsen in de ruimte waar jij niet bent. De sculpturen zijn grof afgewerkt, hun schoonheid ontstaat uit de pure eenvoud van het concept. Ze zijn bouwstenen in Gormleys betoog.
/s3/static.nrc.nl/images/stripped/0204kunsecond.jpg)
:strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/05/web-3005culantonygormleyextra.jpg|//images.nrc.nl/_adZxe14Qnd3p6uQPx5bRRS49gg=/1920x/smart/filters:no_upscale():strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/05/web-3005culantonygormleyextra.jpg)
Amazonian Field (1992) bestaat uit 24.000 poppetjes. Foto Antony Gormley
Kilometers buis
Het tweede spoor op de expositie is een spel met museumruimtes. Clearing VIII (2020) bijvoorbeeld, bestaat uit enkele kilometers rechthoekige aluminiumbuis die kriskras alle kanten op door een museumzaal slingert. Met stukjes ijzerdaad is de buis in vormen gedwongen en hier en daar aan de wanden vastgemaakt. Om in de volgende zaal te komen, moet je er overheen en onderdoor. Gormley maakt je bewust van de ruimte en dwingt je lichaam in posities. Het emotioneelst van de serie zalen is Amazonian Field (1992), waar de vloer volstaat met 24.000 beeldjes van roodgebakken klei. Het is een van zijn ‘Field’-werken, waar hij een lokale bevolking (in dit geval uit Porto Velho in Brazilië) van plaatselijke klei mensjes laat kneden die aan drie voorwaarden moeten voldoen: handgroot, kunnen staan, twee geprikte oogjes. Aan de rand van zo’n zaal vol kijkende beeldjes, voel je verantwoordelijkheid voor hun – ons – lot.
:strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/05/data86344869-7e315d.jpg|//images.nrc.nl/bvIQ5sg5Drtlp8-hrpgYKmumaAs=/1920x/smart/filters:no_upscale():strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/05/data86344869-7e315d.jpg)
De mensbeelden uit Antony Gormleys serie Critical Mass II uit 1995 spreiden zich uit over het duinlandschap rond Voorlinden. Foto Antoine van Kaam
Landschap
Na de expositie binnen heb je zo veel lichamen in zo veel houdingen gezien dat je buiten in het bos twijfelt over wat er twintig meter verderop bij het weiland zit: is het een boomstronk, een sculptuur of een mens? Het blijkt een van de zestig beelden van de groep Critical Mass II (1995). Ze staan, zitten of liggen en gaan heerlijk op in het landschap. In het heuvelige bos ben je al snel als een vogelspotter naar ze op zoek. Maar het werkt wel: je voelt verwantschap met dat beeld bij het weiland en wil zien wat hij ziet (drie lakenvelder koeien liggen te herkauwen in de schaduw, achter het weiland staat een landhuis tussen de bomen). Je beseft hoe een mens een stukje ruimte in het landschap is. Jij ook, op ieder moment, net als een voorbijganger en de hond die hij uitlaat.
Weinig kunstenaars stellen de kijker zo centraal als Gormley. Maar als je zijn overwegingen en bedoelingen niet kent, wat blijft er dan over? Zet de Passage-tunnel op een kermis, en het is een attractie tussen de andere. En wat dan nog? Zijn boodschap komt ook daar heus wel over: wees je bewust van de ruimte, heb respect voor de aarde, de biosfeer en elkaar. Zoek vaste grond – Ground heet de expositie – voor je leven.