Raakt Nederland verstopt? Hoe de wachttijden soms ingrijpende gevolgen kunnen hebben

In de wacht | Buurtonderzoek Nederland dreigt verstopt te raken. De wachttijden voor essentiële zaken, van een woning tot een operatie, zijn lang en de gevolgen soms ingrijpend. Verslaggevers vroegen ruim honderd mensen in negen wijken wat zij daarvan merken. „Mijn man betaalt zorgkosten maar zit kortademig op de bank te wachten.” Deel één van de serie In de wacht.

Maurice van der Wel (55) wil stoppen met roken, maar krijgt moeilijk toegang tot de verslavingszorg. „Twee jaar geleden heb ik bij de GGZ aangegeven dat ik wil stoppen, het kost teveel geld. Maar ik moest een intrinsieke motivatie hebben, zeiden ze. Daarom zocht ik hulp via de huisarts, en nu wacht ik op een afspraak met de praktijkondersteuner.”
Maurice van der Wel (55) wil stoppen met roken, maar krijgt moeilijk toegang tot de verslavingszorg. „Twee jaar geleden heb ik bij de GGZ aangegeven dat ik wil stoppen, het kost teveel geld. Maar ik moest een intrinsieke motivatie hebben, zeiden ze. Daarom zocht ik hulp via de huisarts, en nu wacht ik op een afspraak met de praktijkondersteuner.” Foto Merlin Daleman

Elke keer dat Jeanne Meerman haar toilet doortrekt, is het weer spannend. Zou het werken? Sinds ze verleden jaar naar een seniorenflat in Almere verhuisde, is er gedoe met het riool. „Als het goed is, is het nu verholpen. Maar dat zeggen ze elke keer.” De verhuurder is steeds onbereikbaar. „Die gasten hebben gewoon te weinig personeel.”

Meerman vindt het niet kunnen, huurders zo lang laten zitten met een verstopt toilet. Ze betaalt er toch voor? En dan is zij – met haar 69 jaar de jongste uit de flat – nog een beetje handig met internet en bellen én assertief genoeg om er iets van te zeggen. „Er zijn er zat die dat niet doen. Die denken: ik ga wel op de emmer.” Als je niet assertief bent, delf je het onderspit.

„Je moet blijven drukken, blijven duwen”, antwoordt Jeroen Bolte (54) als we hem vragen hoe hij omgaat met wachten. Zijn moeder moest een knieoperatie, maar vanwege uitgestelde zorg tijdens de coronacrisis moest ze eigenlijk maanden wachten . „We hebben gewoon iedere ochtend gebeld”, zegt hij in de deuropening van zijn ruime nieuwbouwwoning in Weesp. „Iedere ochtend.” En op een gegeven moment was er ineens plek, veel eerder dan gedacht.

Negen verslaggevers hebben in negen wijken verspreid door Nederland met ruim honderd mensen gesproken over wat zij (dringend) nodig hebben of graag willen, maar waar zij (lang) op moeten wachten. Het onderzoek is voortgekomen uit een hypothese: het lijkt alsof Nederland verstopt raakt, en de rijen voor essentiële zaken steeds langer worden. Wat merken de inwoners van Nederland daarvan?

De Ketheltunnel bij Rotterdam moest dicht blijven tijdens de ochtendspits omdat er vanwege twee zieke werknemers geen toezicht gehouden kon worden, met lange files tot gevolg

De oorzaken van al dat wachten zijn diffuus: de zorg raakte verstopt tijdens de coronacrisis, toen er ook een schaarste aan bouwmaterialen ontstond, en in allerlei sectoren is een personeelstekort. Dat tekort aan medewerkers tot wachten leidt, werd de afgelopen weken heel zichtbaar: de Ketheltunnel bij Rotterdam moest dicht blijven tijdens de ochtendspits omdat er vanwege twee zieke werknemers geen toezicht gehouden kon worden, met lange files tot gevolg. Op Schiphol waren er ook te weinig werknemers, waardoor lange rijen passagiers in de meivakantie op inchecken moesten wachten – sommigen moesten de vakantie uitstellen.

Misschien maakt wachten wel meer indruk in deze tijd waarin de dingen juist snel, sneller, snelst lijken te kunnen: met de flitsbezorgers die binnen tien minuten een boodschapje aan huis brengen als twijfelachtig uithangbord. Het lijkt alsof we de laatste jaren, middenin tijden van ongekende versnelling, een stap terug hebben gedaan.

„Er kan meer, en dus zijn we ongeduldiger geworden”, concludeert Henri (73) uit Almere. „Paprikachips moet er binnen tien minuten zijn, terwijl: kort geleden kon je niet eens op zondag winkelen.”

Wachten is niet altijd erg

Van de ruim honderd mensen die we spraken, was er ook een deel dat de schouders ophaalde en het hoofd schudde: zij wachten nergens op. Op een zonnige dag in het Groningse Hoogezand-Sappemeer, beantwoordt Guus Kloosterhuis (73) onze vraag met een wedervraag. „Wachten, wachtlijsten, waarvoor dan?” Vaak beseffen mensen na iets langer praten dat ze wel degelijk ergens op wachten. Kloosterhuis woont nu in een eengezinswoning waarvan hij lang niet alle ruimtes gebruikt, hij wacht al een poosje op een betaalbare seniorenwoning.

In Weespersluis, een nieuwbouwwijk in Weesp, benadrukt een bedrijfsarts dat wachten niet altijd erg is. „In de medische zorg kan wachten goed doen”, zegt ze. „We vinden altijd maar dat het meteen moet, maar vaak gaan klachten vanzelf weer weg”, merkt zij. „Zoals buikpijn.”

Het valt tijdens de gesprekken op dat mensen vooral wachten op zaken die essentieel zijn voor een goed – geen luxe – leven. Op woningen, scholing, en op zorg.

Bij een gezondheidscentrum in de Molenbuurt in Almere zijn de wachttijden voor een afspraak met de huisarts meestal een week, zegt Hennie van de Noort-Verbeek (65). Haar man heeft de longziekte COPD, dus ze moeten regelmatig naar de dokter. „Dan zit m’n man kortademig op de bank, daar word ik nerveus van. Hij betaalt wel zorgkosten, en dan zo lang moeten wachten?”

Ook de specialistische zorg stokt. Marian van der Ploeg (64) uit Tilburg heeft sinds december last van haar schouder. Ze moet geopereerd worden – er zit kalk op. Maar ze heeft pas eind deze maand haar eerste afspraak in het ziekenhuis. En dan is het weer wachten op de operatie. Ondertussen gaan er dagen voorbij waarop ze niets kan. „De pijn is er altijd.”

Oetze Veenstra (54) wacht op glasvezelinternet. „Een half jaar geleden kwam hier een bedrijf aan de deur om te vragen of ik belang heb bij glasvezel. Natuurlijk, zeg ik. We hebben hier alleen 4G en dat is niet stabiel.” Hoewel het materiaal al maanden voor de deur ligt, heeft hij nog geen verbinding. Het bedrijf zegt steeds dat het ‘in de planning’ ligt.” Foto Kees van der Veen

Suzanne (33) zit met haar zoon Bram en haar moeder op een bankje in winkelcentrum Overvecht, in Utrecht. Ze eten een broodje, want ze hebben net gewinkeld. Bram heeft bijna een jaar op de wachtlijst gestaan voor begeleiding op school. Hij heeft autisme. „Ik kan me bijvoorbeeld niet inhouden als er een vraag wordt gesteld, dan wil ik altijd antwoorden, maar dat is niet de bedoeling.” Een begeleider zou de schakel moeten zijn tussen de leerkracht en Bram. „Soms begrijpen ze niet wat hij heeft, en dat leidt tot onbegrip.” Als Bram thuis komt van school zit zijn hoofd soms zo vol dat hij niet ook nog eens huiswerk kan maken. „Dan ontploft hij, en is het huilen.”

Wie zijn verslavingsprobleem eindelijk onder ogen heeft gezien en om hulp vraagt, moet daar soms zorgwekkend lang op wachten

Lammie Frijlink uit Valthermond in Drenthe mag niet autorijden tot ze aan haar staar geopereerd is, maar ze wacht nu al maanden op de operatie, die ook nog eens werd uitgesteld omdat ze met corona in het ziekenhuis belandde. „Ik vind het wel lastig, want ik zie heel wazig. Maar ik hou mijn kop der veur. Ik ga gewoon door.”

Een 43-jarige vrouw uit Almere wacht al anderhalf jaar op een hernia-operatie. „Intussen moet ik het doen met injecties en wortelblokkades, dat is het alternatief.” Die medicijnen hebben stevige bijwerkingen: ze kan heel duizelig worden.

Wie zijn verslavingsprobleem eindelijk onder ogen heeft gezien en om hulp vraagt, moet daar soms zorgwekkend lang op wachten, blijkt uit het verhaal van Willem Wubben (34). „Ik was verslaafd. Aan cocaïne. Of ik ben verslaafd, moet je zeggen.” Van de GGD kreeg hij te horen dat hij drie maanden moest wachten. „ Mijn wereld pleurde in elkaar. Ik stond op het punt mezelf van kant te maken.” Uiteindelijk kon hij sneller terecht in een duurdere privékliniek.

Ook oud-militair Maurice van der Wel krijgt maar moeilijk toegang tot de verslavingszorg. „Twee jaar geleden heb ik bij de ggz aangegeven dat ik wil stoppen met roken, omdat het te veel geld kost. Ik rook twee pakjes per dag. Ik kan het financieel niet aan. Maar dit vonden ze geen goede reden. Ik moet een intrinsieke motivatie hebben, zeggen ze.” Daarom moet hij hulp zoeken via de huisarts, en nu wacht hij al een poosje op een afspraak met de praktijkondersteuner, die nu met vakantie is.

Snackbar gekocht

Tijdens de gesprekken lijkt het wel alsof iedereen die niet in een enorm koophuis woont, wacht op een beter geschikte woning. Op het terras van Cafétaria Wilhelminaplein in Waddinxveen neemt Rob de Vette (57) een laatste hap van zijn sateetje. Als de woningmarkt niet zo oververhit was geweest, zat hij hier waarschijnlijk niet. De snackbar is van hem: hij kocht ’m een paar maanden geleden. „Ik had een beetje knaken en eigenlijk wou ik dat gebruiken om een huis te kopen.” Maar ja, daar kon hij geen hypotheek voor krijgen.

Nu zit hij „vast” in een duur huurhuis (1.100 euro per maand), met zijn volwassen kinderen – een tweeling van 27 jaar die nog thuis woont. „Ik ben er wel klaar mee, maar waar kunnen ze heen?”

Dat horen we vaker: volwassen kinderen die maar niet weggaan omdat ze nergens voor in aanmerking komen. Ze staan jaren, soms meer dan een decennium, op de wachtlijst voor sociale huur, of verdienen er net te veel voor maar kunnen het bedrag voor een woning in de vrije huursector niet ophoesten. Een hypotheek is meestal ook geen optie.

In Overvecht ontstaat op een bankje in het winkelcentrum een geanimeerd gesprek tussen twee ouders van wie de kinderen maar niet weg kunnen: „Er wordt zoveel gebouwd! Maar waarom is er niks voor mijn kinderen”, vraagt Safia (49) uit Utrecht zich af. Ze heeft er vier, allemaal volwassen en de oudste bijna dertig. „Het is vreselijk! Die van mij zijn al ouder dan dertig: niks”, zegt de man naast haar.

Ouderen die graag plek willen maken, kunnen niet weg. Lia Smid (61), die net haar Jack Russell Dribbel uitlaat, wacht op een „levensloopbestendige woning”, zegt ze. „Ik zit nu in een groot huurhuis en daar wil ik uit, maar dat lukt niet. Als het gaat over het woningtekort, zeggen ze altijd dat het aan ouderen ligt, maar geef die ouderen dan ook kans om te verhuizen. Ik ga niet weg als ik geen onderdak heb snap je?”

Er wordt zoveel gebouwd, ziet Safia (49) uit Utrecht. Maar niet voor haar kinderen

Nog zo’n essentiële levensvoorwaarde waar mensen op veel plekken moeilijk toegang tot krijgen: scholing en kinderopvang. Vaak heeft dat met personeelstekort te maken. In Weespersluis is het voor de vele jonge ouders die daar wonen nog maar de vraag of hun kind op de school of de opvang in de buurt terecht kan. Op deze kille woensdagmiddag doen in veel huizen oppassende oma’s open. Een moeder die net thuis komt heeft opvang en school voor haar beide kinderen. „Maar ze hebben op school al wel gezegd dat er voor een derde kind geen plek meer is.” Het gaat nu al amper, hoe moet het als die meganieuwbouwwijk hiernaast af is? „De gemeente heeft onderschat hoeveel kinderen er komen wonen.”

Wachten op hulp of zonnepanelen

Waarop je wacht, zegt veel over hoe bevoorrecht je bent. In Schiemond in Rotterdam wachten ze niet op luxe producten. „De armoede is hier gigantisch”, zegt Rachid el Zohri (43). „Ieder dubbeltje wordt drie keer omgedraaid voor het wordt uitgegeven.” Hij komt als coördinator van een welzijnsorganisatie bij veel gezinnen thuis, en ziet hoe schrijnend de situatie is. Voedsel wordt duurder. „Het is wachten tot ze de energierekening niet meer kunnen betalen.” Laatste hebben ze energieboxen uitgedeeld: pakketten met isolatiemateriaal en besparende lampen.

In deze buurt wordt gewacht op de woningbouwvereniging die het afbladderende hout moet bijwerken en een lekkend kozijn moet repareren. „Ik mag niet klagen”, zegt Sandra Wijnaldum (58), die lekkage heeft, want ze komen over een paar weken repareren. „Het regent niet de hele tijd naar binnen. Het hangt er maar net vanaf hoe de wind staat.”

Lia Smid (61) wacht op een „levensloopbestendige woning”, zegt ze. Ze wil voorkomen dat ze moet verhuizen als ze slechter ter been wordt. „Ik wacht al zeker een jaar. Als het nu gaat over het woningtekort dan zeggen ze altijd dat het aan ouderen ligt, maar geef die ouderen dan ook de kans om te verhuizen. Ik ga niet weg als ik geen onderdak heb, snap je?” Foto Kees van der Veen

Veel welvarende huiseigenaren wachten op allerlei verduurzamingsingrepen, of verbouwingen. Een manager van een ingenieursbureau uit Apeldoorn, heeft bijna drie maanden gezocht naar een beschikbare installateur die zijn bestaande „1-fase-aansluiting” kan verzwaren naar een „3-fasenaansluiting”. „We willen een nieuw elektrisch fornuis en de elektrische auto opladen, dus we moeten onze capaciteit uitbouwen.” Uit veel gesprekken blijkt dat het lang duurt voordat de zonnepanelen gelegd kunnen worden.

Oetze Veenstra (54) uit Valthermond wacht al zes maanden op een glasvezelverbinding die zijn huidige trage 4G-internet moet vervangen. Het hele dorp wacht, zegt de eigenaar van forelvijver Oetz, maar het is onduidelijk waarom het er nog niet is.

We leven in een „buitengewoon welvarend land”, zegt Henri (67) uit Almere. „Ja, het duurt allemaal wat langer door grote tekorten, in alle opzichten, maar ik klaag eigenlijk nergens over”, zegt hij. „Ik heb zelf een prachtig huis en het geluk dat ik de zorg niet nodig heb.”

Met medewerking van: Ratiba Basir, Nina Folkerts, Mark Middel, Lineke Nieber, Freek Schravesande, Paul van der Steen en Rosa Uijtewaal.

Mensen die niet met hun (hele) naam worden genoemd wilden anoniem blijven, hun gegevens zijn bekend bij de redactie.
Illustratie Myrthe van Heerwaarden