Opinie

In de ggz verdwijnen de mensen onder een berg pillen

Geestelijke gezondheidszorg In het behandelen van psychisch kwetsbare mensen wordt te veel naar de ‘ziekte’ gekeken, constateert . Het verbeteren van de kwaliteit van leven wordt daardoor over het hoofd gezien.
Foto Daniel Niessen

Als ik met medicatie kom aanlopen, gaan als vanzelf de handen open. Hap, slik, weg. Anderhalf jaar geleden liep ik als verpleegkundige in opleiding de ggz binnen. Lang dacht ik dat medicatie en intensieve klinische behandelingen hét middel was om psychisch lijden te behandelen. Logisch, want mensen zijn ziek, dus worden ze in een ziekenhuis behandeld. Toch? Deze vanzelfsprekendheid leeft ook bij veel patiënten. Ik vroeg me af of het wel normaal is om zo’n grote hoeveelheden medicatie te slikken. En wat draagt een behandeling zo ver van de samenleving nou bij aan het leven van mensen?

De hoeveelheid medicatie per week is niet mis. Het wordt door de apotheek geleverd in grote rollen. Die van mijn cliënt Ans is veruit het grootst. Haar rol heeft de doorsnede van een voetbal. Dit is voor één week, bedenk ik me terwijl ik ’m opberg. Ik kijk nogmaals naar de rol. Hoeveel zou het zijn? Ik begin te rekenen. 4.000 milligram per dag = 4 gram per dag = 28 gram per week = 1.456 gram per jaar. Afgerond 1,5 kilogram, ruim een pak suiker. Ik reken even door. Ans is vanaf haar achttiende opgenomen. Dat zou betekenen dat Ans zo’n 75 kilogram aan medicatie binnen heeft gekregen. Ans weegt zelf 78 kilogram.

Dan slik je zo ongeveer je lichaamsgewicht aan medicatie, ben je je leven lang klinisch behandeld en dan is dit het. Ans is sinds jaar en dag opgenomen en komt nooit buiten het psychiatrisch ziekenhuisterrein. Ans heeft last van hallucinaties en wanen. Ze heeft last van dwanghandelingen en heeft veel donkere gedachten door deze hallucinaties en wanen. Ans is erg valgevaarlijk. Door bijwerkingen van medicatie loopt ze moeilijk en bijna met haar oor op haar heup. Iedere dag zorg ik voor Ans en iedere dag denk ik: hebben we er alles aan gedaan om haar een prettig leven te geven? Ik merk dat ik ervan overtuigd ben dat het antwoord nee is.

Menselijke maat

Maar wat dan wel, zijn er alternatieven? Die zijn er, maar dit vraagt eerst een kritische blik op hoe onze geestelijke gezondheidszorg nu ingericht is. Mensen zijn psychisch kwetsbaar en lopen vast in het leven. Dat kan, dat hebben we allemaal wel eens. Als het te veel wordt, klop je aan bij de ggz. Maar wanneer je bij een psychiater komt, wordt er te weinig gekeken naar dát aspect, hetgeen waar je op vastloopt. In plaats daarvan wordt er een classificatie gezocht bij je symptomen. Schizofrenie, depressie, angst, dat kan van alles zijn. Vanaf het moment dat je deze classificatie hebt wordt niet jij, maar deze classificatie behandeld. De gedachte dat symptoom A ziekte B geeft die behandeld dient te worden met behandeling C is achterhaald. Het wordt tijd dat we dat loslaten. Weg met de DSM-5 en de Diagnose Behandel Combinatie. De menselijke maat moet terug. We moeten mensen gaan behandelen, geen ziekten.

Lees ook dit artikel: Zorgverzekeraars laten ggz-patiënten en psychiaters stikken

Psychisch lijden en psychische kwetsbaarheid horen bij het leven. Als we dat accepteren en concluderen dat we deze niet weg hoeven te behandelen, kunnen we verder kijken. Dat creëert ruimte om te gaan behandelen om levens te verbeteren. Wat prima kan zónder de ‘ziekte’ weg te willen nemen. Dan kunnen we samen met deze persoon op zoek naar de plaats waar het knelt. Waarop loopt deze persoon nou precies vast? Als we dat weten, moet zo iemand laagdrempelige zorg kunnen krijgen. Geen vast behandeltraject.

Hervorming GGZ

Op verscheidene plekken in Nederland wordt voorzichtig geëxperimenteerd met een paradigmaverandering, het Ecosysteem Mentale Gezondheid (GEM) bijvoorbeeld. Dat wil een andere visie op psychisch lijden en vraagt een nieuwe inrichting van de ggz. GEM wil dat er een palet van mogelijkheden aanwezig is waaruit iemand met psychische problemen kan kiezen. Deze zorg moet zo laagdrempelig mogelijk blijven. Ook willen zij veel meer gebruikmaken van ervaringsdeskundigheid, welzijnsaanbod en het publieke domein.

Alternatieven zijn er, de noodzaak is er ook: 40.000 mensen wachten langer dan de wettelijke termijn van 14 weken. Het is tijd om te veranderen. We helpen mensen nu onvoldoende. Mensen verdienen beter, zij verdienen deze verandering. Maar die begint bij ons, zorgverleners. Voor Ans is het te laat, maar er zijn duizenden mensen die betere zorg kunnen en moeten krijgen.