Het einde van de klassieke cv-ketel komt snel dichterbij. Wie vanaf 2026 zijn gasketel wil vervangen is verplicht om voor een duurzamer alternatief te kiezen. Wat het kabinet betreft wordt de hybride warmtepomp „de nieuwe standaard” voor het verwarmen van huizen.
Zo’n hybride pomp, een combinatie van warmtepomp en cv-installatie, gebruikt alleen op koude dagen aardgas. Een ander duurzaam alternatief is een elektrische warmtepomp die helemaal geen gebruikmaakt van gas. Ook aansluiting op een warmtenet (ook wel stadswarmte genoemd) wordt door het kabinet als mogelijke, duurzame mogelijkheid voor na 2026 genoemd.
Door dinsdag expliciet een datum te noemen wil het kabinet niet alleen huiseigenaren maar ook fabrikanten en installateurs duidelijkheid bieden. Het gaat niet om kleine aantallen. Een cv-ketel gaat gemiddeld vijftien jaar mee en dat betekent dat jaarlijks zo’n 400.000 ketels vervangen worden. De productie van warmtepompen moet daarom omhoog en de installatiebranche moet over 3,5 jaar in staat zijn om op grote schaal warmtepompen aan te sluiten.
Uitzondering voor huis
Voor huizen die niet geschikt zijn, bijvoorbeeld oude huizen die moeilijk te isoleren zijn, wordt een uitzondering gemaakt. Nog onduidelijk is wanneer een huis precies als ongeschikt wordt gekenmerkt. Volledig elektrische warmtepompen vergen in de praktijk grotere aanpassingen aan het huis, zoals hoogwaardige isolatie en de aanleg van vloerverwarming. Die pompen werken niet met hoge temperaturen zoals gasketels.
Daarin komt geleidelijk verandering. Energiebedrijf Vattenfall maakte onlangs bekend een elektrische warmtepomp te hebben ontwikkeld die wel tot hoge temperaturen komt en die pomp vergt nauwelijks of geen aanpassingen van woningen. „De eerste warmtepompen worden deze zomer in huizen van woningbouwcorporaties geïnstalleerd die matig zijn geïsoleerd en geen vloerverwarming hebben”, bevestigt een woordvoerder van Vattenfall.
Voordeel van de hybride warmtepomp is dat die het gasverbruik meer dan halveert. Het stroomverbruik is wel substantieel. Gezien de hoge gasprijzen van dit moment noemt klimaatminister Rob Jetten (D66) de maatregel „goed voor de energierekening en voor het klimaat”.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data85679050-619b71.jpg)
Een hybride pomp zal in de praktijk een tussenstap zijn naar het volledig gasvrij worden van een woning. In 2050 moeten alle huizen in Nederland van het gas af zijn. Volgens het Klimaatakkoord zouden al in 2030 1,5 miljoen (van de 7,5 miljoen) huizen gasloos moeten zijn, maar die ambitie lijkt vooralsnog te hoog gegrepen. Hele wijken gasvrij maken blijkt in de praktijk moeizamer te verlopen dan gedacht. Als veel mensen individueel op een hybride warmtepomp overschakelen gaat op die manier het gasgebruik op een minder rigoureuze manier naar beneden.
Het dinsdag bekendgemaakte kabinetsbesluit past in een groeiende reeks verplichtingen op het gebied van duurzaamheid. Vanaf 2025 mogen alleen nog elektrische snorfietsen worden verkocht en vijf jaar later gaat, zoals het Klimaatakkoord beoogt, de verkoop van nieuwe benzine- en dieselauto’s in de ban. „Veel initiatieven dreven tot nog toe op subsidie”, zegt directeur Olof van der Gaag van de verenigde duurzame bedrijven (NVDE). „Je ziet aan dit soort voorbeelden dat we nu in de fase van normeren en verplichten komen.”
Minstens 5.000 euro
Dat wil niet zeggen dat er geen subsidie beschikbaar is. Een hybride warmtepomp is met minstens 5.000 euro ruim tweemaal duurder dan de traditionele cv-ketel. Tot 2030 is daarom jaarlijks 150 miljoen euro aan subsidie beschikbaar. Daarbij gaat het om een maximale vergoeding (achteraf) van 30 procent van de aanschafwaarde. De Consumentenbond tekent in een reactie aan dat niet iedereen in staat is om duizenden euro’s voor te schieten. Daarom zou volgens de bond „het probleem van de voorfinanciering” eerst moeten worden opgelost.
Om jaarlijks zeker 400.000 woningen te voorzien van warmtepompen moet de productie de komende jaren flink omhoog. Betrouwbare gegevens over het aantal al geïnstalleerde hybride warmtepompen zijn niet voorhanden. Naar schatting werden vorig jaar nog maar 70.000 volledig elektrische én hybride warmtepompen geïnstalleerd.
Nu al moeten mensen die hun huis willen verduurzamen maanden wachten. Behalve een gebrek aan installateurs speelt ook het gebrek aan grondstoffen en chips bij de productie momenteel een rol. De Barneveldse installateur Patrick Schimmel zei onlangs tegen NRC dat gegadigden voor een warmtepomp „pas in 2023 weer bij hem terecht kunnen”.
Volgens een woordvoerder van branchevereniging Techniek Nederland moet onder meer de komst van zo’n dertig nieuwe trainingsfaciliteiten voor monteurs uitkomst bieden. „Daarnaast kunnen zij-instromers sneller aan de slag dankzij een mbo-deelcertificaat warmtepomp. Verder moet de installatie minder tijd gaan kosten door meer te standaardiseren.” Die productie moet mede door de komst van extra productielocaties meer vaart krijgen. „We gaan ervan uit dat het materiaaltekort tijdelijk is.”
Volgens een woordvoerder van netbeheerder Stedin zullen „extra investeringen in het stroomnetwerk noodzakelijk” zijn om een snel groeiend aantal warmtepompen te kunnen aansluiten. Nog onduidelijk is hoe omvangrijk die investeringen in het zwaarbelaste stroomnet moeten worden.