Ze is de moderne Marianne, naar het symbool van Frankrijk. Of beter gezegd: de postmoderne. En ze heet simpelweg France, naar het land dat in de gelijknamige satirische film van filosoof-provocateur Bruno Dumont stevig op de hak wordt genomen.
Dumont heeft geluk dat zijn mediakritiek sinds de première vorig jaar op het filmfestival van Cannes alleen maar prangender is geworden. De oorlog in Oekraïne, de tweede termijn voor president Macron en de grensvervaging tussen journalistiek en entertainment, maken dat zijn inkijkje in het leven en de breakdown van tv-verslaggever France de Meurs vervaarlijk langs de werkelijkheid scheert.
Dumont houdt ervan om per film van genre te veranderen, vertelt hij via een videogesprek. Hij maakte arthousefilms als La vie de Jésus (1997), een historische film over Camille Claudel met Juliette Binoche (2013), draaide de idiote komedie Ma loute (2016) en veranderde het leven van Jeanne d’Arc in een hardrockmusical (2019). En met France heeft hij een komedie in de stijl van het burgerlijke theater van de Comédie Française willen maken.
Alle grote toneelspelers uit de Franse theatergeschiedenis hebben er gespeeld. Maar voor Dumont, die zowel met geschoolde acteurs als amateurs werkt, vertegenwoordigt de Comédie Française ook hetzelfde cultureel-intellectuele milieu dat hij in France onder de loep legt: „Hogeropgeleid, en tegelijkertijd blasé en vulgair. Een rijke, invloedrijke elite die heel dicht op de politieke macht zit zonder zich rekenschap te geven van z’n eigen macht.”
Uitgangspunt voor de film waren zijn zorgen over „de manier waarop het nieuws steeds meer op fictie begint te lijken”. Als filmmaker is hij geïnteresseerd in de manier waarop audiovisuele beelden betekenis genereren, zegt hij. Maar: „Als filmmaker sluit je een pact met de toeschouwer dat je fictie maakt, dat je een artistieke visie op de werkelijkheid geeft. Het probleem ontstaat als journalisten iets wat in feite een constructie van de werkelijkheid is, presenteren als ‘echt’. Dan zijn manipulatie en propaganda niet ver weg.
„Als je kijkt naar de manier waarop de oorlog in Oekraïne wordt verslagen dan zie je het gebruik van filmische tactieken als montage, shot en tegenshot. Er wordt heel veel in scène gezet door mensen te vragen iets te herhalen, door het kader wat je kiest.”
France de Meurs wordt met volle overtuiging gespeeld door Léa Seydoux, die als een opgefokte kameleon van emotie en toon verschiet. Het ene moment is ze een meedogenloze nieuwsmachine, dan weer maakt ze platte grappen waar een zekere generatie mannen nog van zou moeten blozen. Vervolgens is ze geroutineerd empathisch, maar ze kan ook zo in labiele hysterie vervallen. Ze is een sterreporter, gekleed in couture, de hoofdrolspeler in de film die ze van haar eigen leven maakt. Dumont: „De journalistiek heeft zichzelf tot nieuws verheven.”
Toch heeft hij ook een zekere sympathie voor zijn hoofdpersoon. „Haar gewetenscrisis nadat ze een jonge man heeft aangereden is echt. Net zoals de morele vragen die ik in de film stel.
„Maar de theatraliteit van de situatie vind ik vermakelijk, het trashy melodrama van de film. Dat is heel karakteristiek voor de wereld van nu. De journalistiek laat het nieuws zien alsof het melodrama is. Ik keer me tegen die esthetisering van de journalistiek waarbij een oorlogsreportage eruit moet zien als een oorlogsfilm, en een interview over kindermisbruik als een psychologisch drama.”
Hij beseft dat hij met vuur speelt, want hij ontmaskert niet alleen, hij gebruikt ook dezelfde wapens als zijn tegenstander. En met plezier. „De journalistiek is spektakel geworden, maar als filmmaker heb ik het recht om spektakel te maken.”
In Frankrijk geloofden veel mensen dat hij Emmanuel Macron zover had gekregen om een cameo te spelen. Via een vernuftige montagetruc laat hij in de openingsscène France een persconferentie van de president verslaan. „We moeten nooit vergeten dat er in fictie vaak ook werkelijkheid kan schuilen. Maar zo makkelijk is het dus om de werkelijkheid te verdraaien.”