Een museum dat Benthem Crouwel architecten een uitbreiding laat ontwerpen, loopt grote kans dat het een ‘zwevende’ nieuwbouw krijgt. Zo werd de in 2012 voltooide uitbreiding van het Stedelijk Museum in Amsterdam een gigantische zwevende ‘badkuip’. En de negentig meter lange nieuwbouw van het Museum Arnhem, dat vrijdag na een vier jaar durende verbouwing naar een ontwerp van Benthem Crouwel weer open gaat voor het publiek, heeft een spectaculaire overstek van vijftien meter gekregen. Anderhalf jaar geleden werd de stalen constructie van de cliffhanger, zoals het uitkragende deel van de nieuwbouw al wordt genoemd, met behulp van een techniek uit de bruggenbouw langzaam over de rand geduwd van de Rehberg waarop Museum Arnhem ligt. Als een ruimteschip dat op het punt staat in de richting van de Rijn te vertrekken, zweeft de ‘cliffhanger’ nu over de bomen die op de steile helling van de berg staan.
Een van de punten van kritiek op Benthem Crouwels museumuitbreiding in Amsterdam was dat de badkuip ondanks de bizarre vorm een saai gebouw is dat, net als een distributiedoos op een bedrijventerrein, in één oogopslag kan worden gezien en begrepen. Dit komt vooral doordat de compleet gesloten, egaal witte en gladde gevels nietszeggend zijn. Maar hoewel de uitbreiding van Museum Arnhem in wezen een simpele modernistische doos is die rust op een deels in de stuwwal gebouwde onderbouw, hebben Saartje van der Made en Joost Vos van Benthem Crouwel architecten dit keer de gevels laten tintelen en kwinkelen. Het ruimteschip met expositieruimtes is bekleed met 82.000 keramische tegels die niet alleen allemaal een ander patroon hebben, maar ook van kleur verschillen. De gevels van de uitkraging aan de Rijnzijde hebben lichtblauwe en bijna witte tegels gekregen, een verwijzing naar de schuivende gletsjer die 150.000 jaar geleden de Rehberg omhoog stuwde. Maar bij de ingang van het museum aan de Utrechtseweg is de museumbalk dankzij tegels met bruin-beige tinten veranderd in een aards gebouw dat stevig in de stuwwal is verankerd.
:strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/05/data85601963-c9744d.jpg|//images.nrc.nl/PajSPqstEAJKythGIHVzv6dnHGk=/1920x/smart/filters:no_upscale():strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/05/data85601963-c9744d.jpg)
:strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/05/data85602099-e4fa06.jpg|//images.nrc.nl/nLmG8XFAc0Ave75IpXYNlJqrwuY=/1920x/smart/filters:no_upscale():strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/05/data85602099-e4fa06.jpg)
:strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/05/data85601942-12f30f.jpg|//images.nrc.nl/bpWWTMW5p9XWEtRS8VrT3j82LEs=/1920x/smart/filters:no_upscale():strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/05/data85601942-12f30f.jpg)
:strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/05/data85601963-c9744d.jpg|//images.nrc.nl/PajSPqstEAJKythGIHVzv6dnHGk=/1920x/smart/filters:no_upscale():strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/05/data85601963-c9744d.jpg)
:strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/05/data85602099-e4fa06.jpg|//images.nrc.nl/nLmG8XFAc0Ave75IpXYNlJqrwuY=/1920x/smart/filters:no_upscale():strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/05/data85602099-e4fa06.jpg)
:strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/05/data85601942-12f30f.jpg|//images.nrc.nl/bpWWTMW5p9XWEtRS8VrT3j82LEs=/1920x/smart/filters:no_upscale():strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/05/data85601942-12f30f.jpg)
Versleten museumcomplex
Niet alleen met de nieuwbouw maar ook met de verbouwing van het oude, versleten museumcomplex hebben Benthem Crouwel prachtig werk afgeleverd. Hart van het vernieuwde Museum Arnhem is nu het zeshoekige koepelgebouw, waar het ook voor niet-museumbezoekers toegankelijke, door studio Modijefsky ontworpen, café en de (bescheiden) museumwinkel zijn gevestigd. In de loop van de jaren was dit eclectische gebouw uit 1873, dat tot 1920 het onderkomen was van de Heerensociëtiet, vol gezet met tussenwanden en waren de deur en ramen dichtgemetseld. Maar nu is het koepelgebouw rigoureus opengebroken en heeft het museumhart, met een ouderwetse terrazzovloer en de weer zichtbare ranke gietijzeren zuiltjes, zijn negentiende-eeuwse allure teruggekregen.
Vanuit het koepelgebouw zijn de twee oude, verbouwde vleugels bereikbaar. Hier bevinden zich klassiek-moderne museumzalen met parketvloeren, waarvan sommige bovenlicht hebben en andere ‘black boxes’ zijn, geschikt voor video- en mediakunst. Een van de armen aan weerszijden van het koepelgebouw komt uit in het ruimteschip waar de eerste zaal, met betonnen vloer, een enorm panaromaraam heeft, met uitzicht over het bos op de stuwwal. Net als in het café kunnen de bezoekers hier twee kanten op. De linkervleugel wordt beëindigd met een groot hoekraam dat uitzicht biedt op de stad, de Rijn en in de verte de Betuwe.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/05/data85602186-bb6b0c.jpg)
Vanuit het koepelcafé is ook de nieuw ingerichte beeldentuin voor niet-museumgangers toegankelijk. Door de sloop van het oude, provisorische restaurantpaviljoen is de tuin, ontworpen door Karres en Brands, niet meer in tweeën verdeeld. De schitterende rode beuk is er blijven staan en wordt nu omgeven door een gazon waarop beelden staan van kunstenaars als Rebecca Horn en Maria Roosen. Speciale attractie is nog altijd de Ondergrondse Fontein van Thom Puckey in een eenpersoons bunkertje uit de Tweede Wereldoorlog. Het kronkelende tuinpad voert ook langs een betonnen plak vanwaar een trap voert naar het uitzichtspunt op de open eerste verdieping van het ruimteschip. De trap dient ook als tribune voor de voorstellingen die op het betonnen podium gaan worden gegeven.
Zo ligt het ruimteschip niet als gesloten Fremdkörper boven op de stuwwal, maar vormt het met de tuin en het oude koepelgebouw een schitterend coherent geheel op de mooiste plek van Arnhem.