De natuur spreekt in nieuw museum aan het Artisplein

Artis | Groote Museum Het Groote Museum naast de dierentuin in Amsterdam is open. „In de geschiedenis van Artis is de menselijke blik leidend geweest, dat willen we nu veranderen.”

De grenzeloze expeditie door de natuur in de Westzaal van het Groote Museum.
De grenzeloze expeditie door de natuur in de Westzaal van het Groote Museum. Foto ARTIS / Maarten van der Wal

Verbondenheid, dat is het grote thema van het gloednieuw gerestaureerde en gerenoveerde Groote Museum van Artis aan het Artisplein in Amsterdam, dat afgelopen week is geopend. Sinds 1947 stond het monumentale hoofdgebouw leeg, waar voorheen de Amsterdamse culturele middenklasse en elite samenkwam, natuurwetenschappelijke kennis vergaarde en uitdroeg. Op de eerste verdieping, met de Oost- en Westzaal, stond de wereldwijde natuur tentoongesteld, achter glazen deuren en in dichte laden. „Het was een koloniale opstelling”, zegt Haig Balian, artistiek leider van het Groote Museum. Volgens de stijl van die tijd werden de ‘naturalia’ zoals skeletten, opgezette dieren, fossielen, schelpen en specimen op sterk water getoond om de superioriteit van de westerse mens te bevestigen. Die stond immers boven de natuur, waartoe ook de zogenoemde ‘natuurvolkeren’ behoorden.

Dezelfde zaal als boven, circa 1861. Prent uit boek ‘Souvenir Natura Artis Magistra’. Prent E. Spanier naar H.W. Last

Dat is vanaf nu allemaal definitief veranderd en voorbij, zegt Balian, die tot 2017 Artis-directeur was. De oude collectie ging naar Naturalis in Leiden; het Groote Museum is een compleet ander museum geworden. „De interactieve tentoonstelling is als een persoonlijke expeditie die met behulp van installaties, kunstwerken en videobeelden laat zien dat de mens niet naast de natuur staat, maar er onderdeel van uitmaakt. De tentoonstelling stelt ons vragen, zoals wie ben je, wat is het om mens te zijn en ben je alleen of ben ik verbonden?”

Foto ARTIS / Maarten van der Wal

Bij de entree van de tentoonstellingszalen staat een installatie met een groot vraagteken: wie ervoor gaat staan, ziet zichzelf terug op een monitor terwijl rode en blauwe draden als plantenwortels van je wegschieten door het hele museum.

Ander voorbeeld: ga voor een camera staan en dans, beweeg, zwaai met je armen en een scherm laat zien dat een pinguïn, tijger of chimpansee dezelfde bewegingen maakt. Of trek aan een koord dat is als een navelstreng, en op een scherm zie je dat je een paar miljard jaar teruggaat in de tijd, tot aan je verste voorouders. Nog een: de mens is geëvolueerd vanuit microben en leeft daarmee in symbiose, vergelijkbaar met het leven in het plantenrijk.

In Micropia kon de bezoeker al kennismaken met de nagenoeg onzichtbare wereld die ons omringt; het Planetarium bood de ruimtelijke blik en in het Groote Museum is de mens geen buitenstaander maar hoofdrolspeler. En de verantwoordelijke. „Door de afname van biodiversiteit en de klimaatverandering stevenen we af op een catastrofe”, aldus Balian, „daarover moeten we als mens gaan nadenken”.

Buitenzijde van het Groote Museum aan het vrij toegankelijke Artisplein. Foto ARTIS/Maarten van der Wal

Allure van toen is behouden

In 1855 werd het Groote Museum ge-opend als toonbeeld van ongekend Nederlandse grandeur. Vanaf 2005 lag er een door Balian en zijn team opgesteld masterplan klaar met een vrij toegankelijk nieuw plein in het centrum van Amsterdam met daaraan een restaurant en twee musea, Micropia en het Groote Museum. In een later stadium werd architect Evelyne Merkx, die ook het interieur van het Koninklijk Concertgebouw vernieuwde, gevraagd. Veel van de allure van toen is behouden, zoals de monumentale eikenhouten vlindertrap met gietijzeren ornamenten bij de entree, de houten vloeren en de karakteristieke houten overkapping gedragen door siersmeedwerk. In de geheel nieuwe onderkeldering bevindt zich de ingang, met alle faciliteiten.

Balian wijst op een uitspraak van de Franse schrijver Victor Hugo die in grote letters in een van de museumkasten staat geschreven. „Het is een droeve zaak te bedenken dat als de natuur spreekt de mens niet luistert.” Voor hem is dat de leidende gedachte bij de inrichting van het Groote Museum. „De mens drukt een enorm stempel op de natuur in dit tijdperk van het antropoceen. Het is heel moeilijk naar de natuur te kijken met de ogen van de natuur zelf, en niet met de menselijke blik. De coronacrisis maakte duidelijk dat de mens via allerlei dwarsverbanden met de natuur is verbonden. In de geschiedenis van Artis is de menselijke blik altijd leidend geweest, dat willen we nu veranderen.”

Foto ARTIS / Maarten van der Wal

De nieuwe opstelling wijst niet beschuldigend naar de mens die de planeet dreigt te verwoesten, maar spoort aan tot bewustwording. Zo laat een fotomontage zien dat er eigenlijk 4,8 aardbollen nodig zijn om het leven zoals mensen dat in Europa leiden voort te zetten, vanwege de reusachtige ecologische voetafdruk. Dit zet aan het denken over onze toekomst en de rol van de mens daarin – wij dus allemaal, de mens die veel te weinig luistert naar de stem van de natuur.

Nieuwe technologieën, zoals het gebruik van robots, of morele vraagstukken als het eten van vlees komen nadrukkelijk aan de orde. Een installatie van een bloedende robot met een hakbijl in zijn nek stelt ons de vraag: mag je een robot straffen als hij iets doet wat je niet wilt?

De expositie komt op de bezoeker over als een enorme overdaad, een vloed van beeld en tekst, objecten, interdisciplinaire installaties, audiovisuele middelen, kunstwerken, zelfs beleving als je door een geurtunnel loopt en je je associaties mag noteren op kleine vellen papier die in een slinger worden opgehangen. In het museum zijn dagelijks vrijwilligers aanwezig die de bezoeker op verzoek antwoord geven op vragen, of die zelf op de bezoeker af stappen. Mensen kunnen deelnemen aan workshops. In die waaier van aanbod is het niet altijd eenvoudig de samenhang te vinden, de rode draad vast te houden. De overdracht aan kennis en ervaring is, kortom, grenzeloos, en niet altijd bestemd voor de jongste museumbezoeker.

Foto ARTIS / Maarten van der Wal

Wat we niet weten

Eén kast is nadrukkelijk leeg gelaten met daarin het opschrift: „Ruimte voor wat we niet weten.” Balian voegt daar aan toe: „Eigenlijk weten we nog zo weinig, dat is een besef dat iedereen aangaat. Toen in de negentiende eeuw dit Groote Museum werd geopend, was de mens overtuigd van zijn natuurhistorische kennis. Rationeel had men alles doorgrond. Maar hoe verder we denken, hoe minder we weten”, vertelt hij. „In deze opstelling laten we van planten en bomen vooral ook de wortels zien die hun voedsel halen uit schimmels diep in de aarde. Dankzij fotosynthese is hieruit alle hogere leven voortgekomen, maar we weten er nog steeds weinig van. Eén ding is zeker: we kunnen niet leven zonder planten. Dat in de plantenwereld communicatie bestaat, is een ontdekking van meer recente datum. Maar hoe gaat dat in zijn werk? Allemaal fascinerende vragen.”

Er is een fotomontage van in de stormwind wild heen en weer bewegende bomen en struiken – nu weet je hoe diep geworteld die zijn. ‘Spankracht, veerkracht, zwiepkracht’ staat erbij. Drie krachten die de natuur beheersen, en dus ook de mens.

Artis Groote Museum, Artisplein, Plantage Middenlaan 41. www.grootemuseum.nl

Reageren

Reageren op dit artikel kan alleen met een abonnement. Heeft u al een abonnement, log dan hieronder in.