Voor regisseur Vladlena Sandu (39) was het besluit om twee maanden geleden naar Nederland te vluchten niet eenvoudig. Ze had enkele belangrijke filmprojecten lopen in Rusland. Haar nieuwe tv-serie Identification was net in première gegaan op de Berlinale en was daarna te zien op een Russisch streamingplatform. De achtdelige serie gaat over Valeria, een weesmeisje dat zich tot de islam heeft bekeerd, in een immigrantengemeenschap woont en de hoofdverdachte wordt in een moordzaak op haar eigen bruiloft. „Die serie was een grote stap in mijn carrière”, zegt Sandu, die in 2016 afstudeerde aan het Gerasimov Instituut voor Cinematografie (VGIK) in Moskou. „Ik vond het daarom moeilijk om weg te gaan. Bovendien is mijn bankrekening bevroren. Ik had nergens om naar toe te gaan.”
Op 24 februari, de eerste dag van de Russische invasie in Oekraïne, stond Sandu op het Poesjkinplein in Moskou met een poster met de tekst ‘ik ben voor vrede’. „Ik was de enige demonstrant en ik werd meteen gearresteerd”, vertelt ze. „Omdat ik niet stilstond maar rondliep, zei een agent, was er sprake van een demonstratie.”
Je kunt altijd ontsnappen aan de cirkel van geweld, hoe moeilijk dat misschien ook lijkt
Veel van haar vrienden – uit de kunst- en filmwereld – overkwam hetzelfde. „Zij zijn inmiddels bijna allemaal gevlucht.” In de tweede week van de oorlog kregen filmproductiebedrijven een brief uit het Kremlin. Daarin stond opgesomd welke onderwerpen vanaf dat moment wel en niet waren toegestaan. „Films over een nationale held, een sterke vrouw die kan overleven in tijden van oorlog, of comedy’s kunnen nog, maar een film van een kennis van me over een transgender werd gecanceld.”
Op gebruik van het woord ‘oorlog’ stond inmiddels al een celstraf van maximaal vijftien jaar. En ook Facebook en Instagram waren alleen nog bereikbaar via een verboden VPN-verbinding. „Toen ik me realiseerde dat er geen enkele manier meer was om me te uiten, heb ik besloten Rusland te verlaten. Het was duidelijk dat ik niet wilde meewerken aan propaganda in een land dat fascistisch is geworden.”
:strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/05/web-1005culvladlena2.jpg|//images.nrc.nl/1sFeh1VYolwqEGF6px46NEgBows=/1920x/smart/filters:no_upscale():strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/05/web-1005culvladlena2.jpg)
Regisseur Vladlena Sandu voert actie met een knipoog naar de door haar bewonderde groep Pussy Riot tegen de oorlog in Oekraïne. Ze staat zonder kleren op de foto omdat ze als mens gezien wil worden. Foto Daniel Niessen
Oorlogstrauma
Sandu weet uit eigen ervaring wat oorlog is. Als kind heeft ze zelf vier jaar oorlog in Tsjetsjenië meegemaakt. „Ik weet heel goed wat oorlog met een mens doet. Oorlog maakt alles kapot. Als kind ben je puur en onschuldig. Oorlog vernietigt dat. Ik heb er PTSS aan overgehouden. Jarenlang kon ik niet slapen. Als tiener worstelde ik met een alcoholprobleem en wilde ik niet meer leven. Maar het maken van films werkt als een soort therapie, erover praten voelt als een opluchting.”
De 39-jarige regisseur verblijft, dankzij hulp van een filmmakersorganisatie, voor twee maanden in een appartement in Amsterdam. Op de eettafel in de woonkamer ligt een geleende Macbook en een microfoon – beide essentieel voor haar werk. Verder leeft Sandu uit de enige koffer die ze heeft meegenomen tijdens haar vlucht uit Moskou. Voor haar levensonderhoud is ze afhankelijk van vrienden. Toegang tot haar bankrekening in Rusland heeft ze niet. Haar vliegtickets naar Nederland hebben Tsjetsjeense vrienden voor haar gekocht.
Ze gaat naar demonstraties tegen de oorlog in Oekraïne en probeert zoveel mogelijk haar stem te laten horen. Ook werkt ze aan haar nieuwste film Memory, net als veel van haar werk een autobiografisch verhaal, waarvoor ze vorig jaar van het IDFA Bertha Fund 40.000 euro subsidie kreeg. In de documentaire onderzoekt ze de herinneringen aan haar jeugd. Dat begint al bij haar naam: ze is door haar vader vernoemd naar Vladimir Lenin. Volgens haar opa kon alleen een drugsverslaafde zo’n naam bedenken, herinnert ze zich.
Ik heb de vingers van mijn moeder moeten oprapen nadat zij door een bom was getroffen
Sandu werd in 1982 geboren op de Krim, toen Oekraïne nog onderdeel was van de Sovjet-Unie. Haar vader was Oekraïens, dj én drugsverslaafd, haar moeder een Russische die in Tsjetsjenië woonde, actrice was en na de oorlog worstelde met een alcoholprobleem en PTSS. Ook opa had een slechte dronk – overgehouden aan de Tweede Wereldoorlog. Ooit zat hij Vladlena’s moeder achterna met een bijl en jaren later zou Vladlena hetzelfde overkomen.
Na de scheiding van haar ouders verhuisde Sandu in 1989 met haar moeder en grootouders naar de Tsjetsjeense hoofdstad Grozny. Twee jaar later viel de Sovjet-Unie uit elkaar en gedurende de Eerste Tsjetsjeense oorlog (1994-1996) werd Grozny grotendeels platgebombardeerd door Rusland. Haar beste vriendinnetje van destijds was Tsjetsjeens, en even overwoog Sandu zich te bekeren tot de islam (net als de hoofdpersoon in haar tv-serie Identification). Maar het liep anders.
Ze maakte de meest gruwelijke dingen mee in Grozny, vertelt ze. „Dingen die geen enkel kind zou moeten meemaken.” Ze schaamde zich voor haar Russische nationaliteit, maar werd tegelijkertijd gediscrimineerd. ‘Blijf hier, Russen, we hebben slaven en prostituees nodig’, las ze tijdens de oorlog op borden in de stad. Als kind stond ze in de rij voor brood, maar werd weggestuurd nadat een man had gezegd dat ze Russisch was. Een Russische buurvrouw, die een paar huizen verderop woonde, werd verkracht en vermoord. Sandu trof haar eigen grootmoeder en tante thuis vastgebonden aan na een overval door Tsjetsjeense criminelen.
Lijken in de sneeuw
Tegelijkertijd zag ze hoe Russische soldaten de Tsjetsjenen behandelden. Ze zag als tiener de lijken op straat liggen in de sneeuw. Haar school werd gebombardeerd door de Russen, net als de muziekschool waar ze graag kwam én haar eigen huis. Terwijl Sandu erover vertelt rollen de tranen over haar wangen. Stilletjes: „Ik heb de vingers van mijn moeder moeten oprapen nadat zij door een bom was getroffen.”
Haar moeder overleefde het; in Rusland kon ze een medische behandeling krijgen. Daar kregen ze in 1998 de status van ontheemden. Toen Sandu’s moeder later bezweek aan de drank, bleef Vladlena alleen over met haar grootmoeder, die een belangrijke rol speelt in haar korte afstudeerfilm Holy God (2016). Ook daarin vertelt Vladlena over de oorlog in Tsjetsjenië en probeert ze daar – tevergeefs – over te praten met haar oma, die aan het eind van de korte documentaire opgebaard ligt in haar appartement.
De film, die op meerdere internationale festivals werd bekroond, werd voor een deel gefinancierd door het Russische ministerie van Cultuur, maar kwam in eerste instantie niet door de strenge regels van de censuur. „De film zou ‘anti-Russisch’ zijn”, zegt Sandu. „Maar waarom zou mijn eigen familiegeschiedenis anti-Russisch zijn? Ik vertel alleen maar over wat we zelf hebben meegemaakt. We hebben een nieuwe versie ingeleverd, waarin op veel momenten muziek over mijn stem heen was geplakt. Die werd wel goedgekeurd. Maar we hebben het origineel gewoon vertoond op filmfestivals, in Rusland maar ook internationaal.”
Vluchteling
Met hulp van een vriend kon Sandu half maart een ticket naar Dubai bemachtigen. Van daaruit vloog ze door naar Amsterdam. Nederland kende ze al goed – twee van haar korte films, Holy God en Eight Images from the Life of Nastya Sokolova (2017), waren eerder te zien op het International Film Festival Rotterdam (IFFR).
Hoe gaat ze nu verder met haar nieuwe film Memory? „Ik ben voor ongeveer 80 procent klaar. We hebben al gedraaid in Tsjetsjenië en op de Krim”, zegt Sandu. „Ik denk dat we deze film nog kunnen afmaken. Dat geeft hoop. Misschien is de wereld toch nog niet helemaal gek geworden.”
Het is belangrijk voor Sandu dat de twee meisjes die haar in Memory als kind spelen van Tsjetsjeense afkomst zijn. „Daarmee wil ik een universele boodschap uitdragen: dat het mogelijk is om te ontsnappen aan de cirkel van geweld, hoe moeilijk de omstandigheden ook zijn waarin je bent geboren.”
Volgens Sandu hebben Nederland en de EU geen duidelijk standpunt als het gaat om de opvang van Russische vluchtelingen die tegen de oorlog in Oekraïne zijn. „Waarom wordt er niets voor ons geregeld? Ons bestaan is erg onzeker, terwijl juist wij in strijd zijn met Poetins regime.”
Ze zet die strijd nu voort vanuit Nederland door brieven te schrijven aan Russische soldaten. „Ook zij zijn slachtoffer van de Russische propaganda. Soldaten hebben geen leuk leven. We hebben in Rusland veel werkloosheid en slecht onderwijs. Soldaten zijn slaven van de dictatuur. Ik wil het persoonlijke gesprek met ze aangaan.”
Sandu hoopt daarnaast dat haar films en eigen oorlogservaringen anderen kunnen helpen. Maar bereiken haar films wel het juiste publiek? „Natuurlijk vind ik het belangrijk dat veel mensen mijn films zien, maar zolang het regime van Poetin er zit, zal mijn werk niet worden uitgezonden op de staatstelevisie. Toch krijg ik veel positieve reacties. Dat mensen die mijn werk hebben gezien anders zijn gaan kijken, andere vragen zijn gaan stellen.”
Vooralsnog verblijft Sandu in Nederland op een Spaans visum, maar 20 juni moet ze het land uit. Een oplossing heeft ze nog niet, vertelt ze. Voor asiel komt ze niet in aanmerking, denkt ze. Bovendien mag ze niet werken als ze asiel aanvraagt. „Ik kan in ieder geval niet terug naar Rusland. Dan word ik meteen aangemerkt als buitenlands agent en verdwijn ik in de cel.”