De afgelopen twee jaar hebben minstens veertig mensen de organisatie van het International Film Festival Rotterdam (IFFR) verlaten. Dat blijkt uit een lijst die rondgaat onder (oud-)medewerkers van het festival. Ongeveer de helft vertrok uit eigen beweging, de andere helft onvrijwillig of ongelukkig, zeggen de medewerkers. In april kreeg een laatste lichting te horen of zij verder konden bij IFFR of door konden onder een andere functieomschrijving.
Het festival zegt te moeten bezuinigen: het heeft de komende editie 2 miljoen minder op een begroting die eerder ongeveer 9 miljoen euro bedroeg. De reorganisatie die daarop volgde, is begin april aangekondigd. Voor Pasen was een bijeenkomst georganiseerd waarbij medewerkers één voor één werden uitgenodigd voor een gesprek van vijf minuten, waarin ze te horen kregen of ze al dan niet konden aanblijven. Die dag is onder meer het vertrouwen opgezegd in alle senior programmeurs, zeggen meerdere bronnen.
Stijl van leidinggeven
Uit gesprekken met zeven (ex-)medewerkers van IFFR die NRC op basis van anonimiteit sprak, blijkt dat mensen al langer vertrekken bij de organisatie vanwege de stijl van leidinggeven van de directie. (Voormalig) personeel maakt zich zorgen om de toekomst van het festival. Met het vertrek van zoveel mensen verdwijnt er naast veel „expertise” en „passie” ook een groot deel van „het dna” van het festival, klinkt het.
De organisatie reduceert de personeelskosten met 15 procent, schrijft een woordvoerder in reactie op vragen van NRC. Het festival schreef half april in een persbericht dat de organisatie anders wordt ingericht, met een nieuwe visie en structuur. De nieuwe ‘team line-up’ zal worden gepresenteerd op het filmfestival in Cannes, dat 17 mei begint.
De gevolgen van de pandemie spelen financieel een rol, volgens een IFFR-woordvoerder. De organisatie ziet een veranderde filmwereld na de pandemie; publieksbezoek blijft achter in theaters en bioscopen. Volgens oud-medewerkers is IFFR gecompenseerd voor inkomstenverlies als gevolg van de pandemie.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/01/2web-2201rotiffrcover.jpg)
Verandering is nodig, volgens IFFR. „Om de komende jaren voorop te blijven lopen in een snel veranderende culturele omgeving, is een organisatie nodig die toegankelijk, duurzaam, divers, dynamisch en creatief is om impact te creëren bij het publiek”, schrijft de woordvoerder. Het nieuwe team en de andere organisatiestructuur moeten meer publiek trekken, meer „impact” hebben en meer diverse inkomsten genereren. „Dit is van vitaal belang om de toekomst van IFFR te verzekeren”, schrijft zakelijk directeur Marjan van der Haar in het persbericht.
Hoeveel mensen daarvoor ontslagen moesten worden, van hoeveel mensen het contract niet werd verlengd en hoeveel freelancers te horen kregen dat er niet langer met hen zou worden samengewerkt, wil de organisatie niet zeggen.
De (ex-)medewerkers met wie NRC sprak – hun namen zijn bij de redactie bekend – zien dat onder meer het merendeel van de programmeurs verdwijnt, naast onder meer medewerkers van IT, productie, marketing & communicatie. In aanloop naar de komende editie in 2023 is minstens de helft van het IFFR-team – ongeveer 70 medewerkers – niet meer verbonden aan het festival, blijkt uit de eerder genoemde inventarisatie.
Veel van de mensen die het festival opbouwden, zijn weg, inclusief hun netwerk
Veel van de mensen die de afgelopen decennia het filmfestival opbouwden, zijn daarmee weg, zien ze. Inclusief de netwerken die ze opbouwden met regisseurs, film- en kunstinstellingen en andere sleutelfiguren in de sector. Er zijn zorgen of het festival de concurrentiepositie ten opzichte van andere internationale filmfestivals kan behouden.
Het festival gaat in de toekomst voornamelijk nog met freelance programmeurs werken, zeggen (ex-)medewerkers. Die freelancers komen veelal niet uit Nederland en moeten vanwege de aard van hun contract ook vaak elders of voor andere internationale festivals werken, zeggen de betrokkenen. Dit in tegenstelling tot een aantal programmeurs die tot nu toe wel alleen voor IFFR werkten.
IFFR heeft onder meer de samenwerking opgezegd met freelance programmeur Shelly Kraicer, die vijftien jaar voor het festival werkte. De programmeur is gespecialiseerd in films uit China, Hongkong en Taiwan. Hij maakt zich zorgen om de positie van filmmakers voor wie hij en zijn collega’s jarenlang hebben gevochten voor een plekje, schrijft hij op Twitter.
Ook freelance programmeur Julian Ross, zeven jaar werkzaam voor het festival, heeft te horen gekregen dat hij niet langer voor Rotterdam mag werken, laat hij via Twitter weten. Hij schrijft gekwetst te zijn en zich zorgen te maken over de ontwikkelingen bij het festival en hoe het festival omgaat met zijn medewerkers. „We moeten praten over het kwetsbare van festivalwerk. We verdienen beter.”
Minder autonomie
Er is voor zover bekend geen onenigheid over de koers van het festival. (Oud-)medewerkers kunnen of willen niet on the record praten, onder meer omdat ze nog in ontslagonderhandelingen zitten, vanwege gemaakte afspraken of omdat ze vrezen voor hun reputatie nu ze op zoek zijn naar nieuw werk of elders nieuwe klussen hebben gevonden.
Sinds de komst van de nieuwe artistiek directeur Vanja Kaludjercic begin 2020, zou zij samen met de zakelijk directeur Van der Haar en strategic operations manager Melissa van der Schoor steeds meer beslissingen naar zich toe trekken en werden collega’s buitenspel gezet, ervoeren de medewerkers. Het managementteam, medewerkers en freelancers moesten steeds meer inboeten aan autonomie.
Medewerkers zeggen dat Kaludjercic alle films die geselecteerd moesten worden, zelf wilde zien – voorheen kregen programmeurs meer vrijheid. Ook andere medewerkers hadden niet langer de mogelijkheid om binnen hun portefeuille zelfstandig beslissingen te nemen.
De grote ontevredenheid op de werkvloer bleek lastig te kanaliseren. Een aantal medewerkers heeft aan de bel getrokken bij de raad van toezicht.