Reportage

Voel de hiphop in de oosttunnel van CS

Schilderproject Een tunnel in Amsterdam Centraal wordt over een paar jaar gesloopt, maar is nu nog vol in gebruik door United Painting. Voorbijgangers schilderen spontaan mee.

Foto Olivier Middendorp

„Hier onderaan is het het lastigst”, zegt Abdelaziz Mamon (29), terwijl hij languit op de grond ligt en met tape heel precies randjes afplakt die nog wat scherper geverfd moeten worden. Plaats van handeling: de oosttunnel van Amsterdam CS, die tussen 2025 en 2028 gefaseerd wordt gesloopt. De bijna volbrachte taak: een kunstwerk schilderen op de tunnelmuren. De kunstenaars: het team van United Painting, en iedereen die wil helpen de tunnel een mooi afscheid te geven.

Drijvende kracht achter United Painting, opgericht in 2005, is Dre Urhahn. Een geboren en getogen Amsterdammer, maar dat hij ooit zo’n groot project in zijn geboortestad zou doen, lag niet voor de hand. Hij werkte sinds 2005 onder andere in sloppenwijken in Brazilië, in Haïti en in de armste wijken van grote steden in de VS. Er waren kleinere projecten in Nederland maar doorgaans maakt dichtgetimmerde Nederlandse regelgeving de vrije manier van werken van United Painting onmogelijk. Urhahn: „We werken graag in schaduwgebieden, in tijdelijkheid, in plekken die in transformatie zijn.”

Ik roem het lef dat de opdrachtgever heeft getoond om ons deze opdracht te geven

Dre Urhahn United Painting

Daaraan voldoet de oosttunnel van Amsterdam CS perfect: de sloop is al gepland. Dat maakt de weg vrij voor het loslaten van regels, ook die van, bijvoorbeeld, de huisstijl van NS. Urhahn: „Ik roem het lef dat de opdrachtgever heeft getoond om ons deze opdracht te geven. Onze kunst ontstaat organisch en we kunnen dus niet van tevoren een ontwerp presenteren. Onze enige belofte is dat we ons best doen iets passends te maken.”

Foto Olivier Middendorp

Zelfs wie ‘we’ zijn, staat van tevoren niet vast. Er is het kernteam van Urhahn, hoofdontwerpster Marije Lytske Hester, projectleider Thamon van Blokland en een aantal ‘schilderaars’ die graag aansluiten als ze tijd hebben. Verder draait het werk van United Painting erom al schilderend en ontwerpend niet alleen een kunstwerk te vormen, maar ook een gemeenschap.

Foto Olivier Middendorp

Een foto of selfie

Dat lijkt een nogal wonderlijk streven op een plek waar mensen elkaar juist in drommen gehaast voorbij-lopen. Maar wie tijdens het schilderen gaat kijken, ziet en voelt die gemeenschap meteen. Voorbijgangers maken een foto of selfie, een ukkie in een buggy wijst naar de muur en kraait het uit van de pret, al lopend naar de trap naar het perron bewonderen mensen het resultaat in wording. Er komt een schoonmaker met een enorme container op wieltjes uit een zijgang. „Vandaag kom ik helpen!”, roept hij naar Urhahn. Ze lachen hard. Urhahn: „Dat zegt ’ie elke dag en hij komt nooit, maar hij hóórt wel bij ons.”

Sinds de zomer hebben zo’n honderd mensen geholpen. Schoonmakers, maar ook de stationsmanager, de opdrachtgever dus, heeft meegeschilderd, net als eigenaren en werknemers van de stationswinkels. Via social media melden zich ook vrijwilligers, en soms schilderen studenten mee van opleidingen waar United Painting gastlessen geeft. Reizigers blijven vaak staan voor een praatje. Urhahn: „Veel mensen hebben wel een paar verloren minuten voor hun trein gaat.”

Foto Olivier Middendorp

Abdelaziz Mamon raakte betrokken bij United Painting toen het collectief een project deed in het azc waar hij woonde. Nu heeft hij een verblijfsvergunning en doet hij een ICT-opleiding. United Painting werd goedgekeurd als stageplek. Wat dit met ICT te maken heeft? „Niet veel”, grinnikt hij. „Door corona kon ik geen stageplek vinden, en ik wil verder in de kunst. Als kind in Soedan was ik altijd al met kleur bezig, zat ik altijd te tekenen.”

Monnikenwerk

Mamon is er vrijwel dagelijks, de schilderaar naast hem, Emma Hameleers (35), komt eens per week. Ze is jurist, nam ontslag, op zoek naar wat ze wél wilde in het leven. „Toen kwam corona”, zegt ze, „en vond ik het lastig verbinding met mensen te blijven maken. Via een creatieve cursus kwam ik hier terecht.” Met een superdun penseeltje werkt ze de randen van roze cirkels af. „Het is niet ingewikkeld”, zegt ze, „maar wel monnikenwerk. Heel fijn.” Ze heeft weer het gevoel dat ze ergens bij hoort, al is het dan straks voorbij. „Dat is oké. Deze tunnel is in transitie, en ik ook.”

Het ontwerp op de ongeveer 150 meter lange muren bestaat uit strakke vormen in elf vooral zachte kleuren. De variatie in patronen is enorm, toch straalt het eenheid uit. Gevraagd naar het geheim, klapt Dre Urhahn zijn laptop open om een programma te laten zien dat een vriend voor de gelegenheid schreef. „Het is een collaboratief ontwerp”, zegt hij, „dat werkt alleen binnen een strak kader. Dat kader is geïnspireerd op de zwart-wit geblokte vloer in de stationshal, die uit de jaren 80 stamt. Daar zit een ritme in, met als basisvormen de I en de H. Als je daar geometrische vormen aan toevoegt, krijg je weer nieuwe patronen. Wat gebeurt er als je die vormen gaat inkleuren? Wat is werkbaar?”

En daar is dat programma voor. De I en H liggen vast. Iedereen kan desgewenst zelf klikken om vormen toe te voegen en kleuren te kiezen, en zo een stuk muur te ontwerpen. Urhahn doet het voor. Hij zegt: „En als je eruit bent, klik je híér en dan krijg je een werkplan: welke vakken en kleuren eerst, welke daarna?” Een laserwaterpas helpt het patroon strak op de muur te krijgen.

Foto Olivier Middendorp

Het ritme voelen

Je kunt het kunstwerk, vindt Urhahn, vergelijken met muziek. Daar had hij het ook over met de ontwerper van de vloer, die kwam kijken. Urhahn: „Zijn vloer was een strakke jazzbeat en nu hebben wij er een vernieuwende remix van gemaakt als ode aan de oosttunnel. De muur is hiphop. We hopen dat passanten tijdens hun aankomst, vertrek of overstap het ritme even kunnen voelen.”

Reageren

Reageren op dit artikel kan alleen met een abonnement. Heeft u al een abonnement, log dan hieronder in.