Het ene notariskantoor is „een zwakke praktijk die met lapmiddelen bijeen wordt gehouden.” Bij de ander „gaat te veel mis”. Weer een notariskantoor voert zijn „wettelijke verplichtingen te beperkt, of geheel niet” uit. En dan is er de notaris die zonder kritische vragen te stellen bedrijven opricht voor tussenpersonen „die in verband worden gebracht met witwassen”.
Een aanzienlijk deel van de 790 notariskantoren in Nederland heeft zijn zaken niet op orde. Dat blijkt uit vertrouwelijke rapportages van toetsingen door de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (KNB) over de periode 2017-2021, die zijn ingezien door NRC. Zo komen notarissen hun verplichtingen op grond van de Wet ter voorkoming van witwassen en terrorismefinanciering (Wwft) niet na, terwijl zij als ‘poortwachter’ juist een cruciale taak hebben in de bestrijding van witwassen en ondermijning. Ook houden notarissen dossiers niet goed bij, hanteren geen of verouderde algemene voorwaarden en controleren buitenlandse rechtspersonen slecht.
Het notariaat heeft een zwaar jaar achter de rug. Vorig jaar kwam de grootste fraude in de notariële geschiedenis naar buiten. Bestuursvoorzitter Frank Oranje van landsadvocaat Pels Rijcken bleek als notaris in twintig jaar tijd zeker 11 miljoen euro van klanten te hebben gestolen. Uit onderzoek van het Bureau Financieel Toezicht (BFT), toezichthouder op het notariaat, blijkt dat bij de notaristak van het grote Haagse kantoor jarenlang wetten en regels zijn overtreden. Deze week staan daarom vier notarissen van Pels Rijcken voor de tuchtrechter.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2021/10/data77882098-69f4b9.jpg)
Zwaar onderbezet
Naar aanleiding van de fraude beloofde toenmalig minister voor Rechtsbescherming Sander Dekker (VVD) eind vorig jaar een breed en grondig onderzoek naar de staat van het notariaat. De belangrijkste openbare bronnen over die staat zijn de jaarverslagen van het BFT. Daaruit volgt dat Nederland de afgelopen jaren gemiddeld meer dan dertig ‘hoogrisicokantoren’ telde die onder verscherpt toezicht staan vanwege onder meer gebrekkige kwaliteit, integriteit en hun financiële positie. De toezichthouder is volgens critici echter zwaar onderbezet. Voor het toezicht op 790 notariskantoren, 3.400 (kandidaat-)notarissen en hun derdengeldrekeningen (waar dagelijks zeker zo’n 6 miljard euro op staat) telde het BFT vorig jaar 12,5 voltijdsbaan (fte’s).
Het BFT, dat de langdurige fraude bij Pels Rijcken niet ontdekte, houdt ‘risicogericht’ toezicht. Dat betekent dat het lang niet alle notariskantoren bezoekt.
Een representatiever beeld van de toestand van het notariaat volgt uit de wettelijk verplichte kwaliteitstoetsen die de KNB uitvoert. Tweemaal per jaar laat de beroepsorganisatie de kwaliteit van een representatieve dwarsdoorsnede van ’s lands notariskantoren onderzoeken door speciaal daarvoor opgeleide collega-notarissen: zogeheten auditors. Uit de geanonimiseerde rapportages die zij leveren, blijkt dat kwaliteitsproblemen binnen het notariaat wijdverbreid zijn. Een kwart tot een derde van de onderzochte notariskantoren kreeg afgelopen jaren zelfs een verplicht ‘verbetertraject’ opgelegd.
In de tweede helft van vorig jaar ging het om 35 van de 124 onderzochte notariskantoren: 28 procent. In dezelfde periode in 2019 en 2020 gold dat voor 31 respectievelijk 24 procent van de onderzochte kantoren.
Het meest voorkomende kwaliteitsprobleem? De naleving van antiwitwaswet Wwft. Notarissen blijken er al jaren grote moeite mee te hebben. In het jongste onderzoek wordt opgemerkt dat de verplichte verbetertrajecten „voor een groot deel” en „net als voorgaande jaren” betrekking hebben op het ontbreken van het Wwft-risicobeleid dat elk kantoor moet hebben. Zonder dergelijk beleid is tegengaan van witwassen en misbruik van de notaris door criminelen moeilijk.
16 miljard per jaar witgewassen
Volgens de Rijksoverheid wordt in Nederland jaarlijks zo’n 16 miljard euro witgewassen. Het geld, afkomstig uit drugshandel en andere vormen van criminaliteit, krijgt via bijvoorbeeld aankoop van vastgoed een legitieme bestemming. Antiwitwaswet Wwft is bedoeld om zo veel mogelijk van dat soort transacties naar boven te krijgen.
Die antiwitwaswet wijst een aantal ‘poortwachters’ aan, onder wie notarissen. Als spil in het maatschappelijke en economische verkeer zien zij immers van alles voorbijkomen. Wie een huis aanschaft, een bv opricht of een belang erin verkoopt, kan niet om de notaris heen. Alleen die kan de benodigde rechtsgeldige en bindende aktes opmaken.
Vanwege die spilfunctie moeten notarissen hun klanten en rechtshandelingen screenen en verdachte situaties melden aan de opsporingsdiensten. Notarissen voeren hun antiwitwasverplichtingen echter niet van harte uit. Hoewel ze sinds 2003 verplicht zijn ongebruikelijke transacties te melden en hun klanten al jaren een ‘poortwachterstoeslag’ in rekening brengen, vinden veel notarissen het maar onzin dat hun die taak is toebedeeld. „Ook al wordt de poortwachtersrol in toenemende mate als onderdeel van het vak gezien, het gevoel daarmee een oneigenlijke taak uit te voeren – te zeer een opsporingsrol te vervullen – is nogal eens een sterk gevoeld sentiment”, vatten de auditors de stemming samen onder de 134 notariskantoren die zij in de eerste helft van vorig jaar bezochten.
Nyenrode-Hoogleraar fraude en regulering Bob Hoogenboom sprak vorig jaar in NRC in dit verband van „opstandige betrokkenheid”: een combinatie van desinteresse, angst in een opsporingsdossier te belanden en frustratie dat men van opsporingsdiensten of de Financial Intelligence Unit (FIU) nooit te horen krijgt wat er met meldingen is gebeurd. Hoogenboom: „Er speelt ook een commercieel belang. Erst kommt das Fressen, dann kommt die Moral.”
Recordomzetten
Financieel gaat het notarissen al jaren voor de wind, mede door toegenomen werk rond vastgoedtransacties. In 2020 brak het notariaat door de grens van 1 miljard euro omzet. In 2021 lag het gemiddelde bruto-inkomen van een notaris op 334.000 euro: 80.000 euro meer dan twee jaar eerder, blijkt uit cijfers van het BFT.
Recordomzetten betekenen recorddrukte. Uit toetsingsrapportages die NRC inzag, rijst het beeld dat de naleving van de regels mede door die drukte tekortschiet. De grote moeite die het kost geschikt personeel te vinden, helpt ook niet.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2019/02/data41449636-f88b82.jpg)
Auditors constateren onder meer dat de drukte impact heeft op de volledigheid van dossiers. „De werkdruk was er zeer hoog en er werd te weinig aandacht aan de Wwft besteed”, leest het relaas over een kantoor. Elders geeft een gecontroleerde notaris aan dat „het nu eenmaal te druk is” en dat „niet altijd volledige invulling kan worden gegeven” aan wettelijke plichten op grond van antiwitwas- en privacywetgeving.
Collega-poortwachters in de bancaire sector zijn de afgelopen jaren door justitie hard afgerekend op verwaarlozing van hun poortwachtersrol en het laten prevaleren van commerciële motieven. ING, dat in 2018 voor 775 miljoen euro strafvervolging wegens „ernstige nalatigheden bij voorkomen witwassen” afkocht, kreeg het verwijt dat het „business boven compliance” zette: winst maken boven een gedegen witwasaanpak.
De strafrechtelijke aanpak van ING en later ABN Amro leidde tot een explosie van het aantal meldingen van verdachte transacties bij de FIU. Ook bij notarissen is de laatste jaren groei zichtbaar. In 2020 meldden notarissen ruim duizend verdachte transacties: een verdubbeling in vijf jaar tijd. Die bijdrage valt overigens weg tegen het totale aantal meldingen van 772.000, vooral door banken en andere betalingsdienstverleners.
Volgens de KNB is de aandacht van notarissen voor de Wwft „groter dan ooit”. Dat uit de vertrouwelijke toetsingsrapportages blijkt dat een kwart tot een derde van de notarissen verbetertrajecten krijgt opgelegd, is omdat de toetsingen „strenger zijn geworden”. En dat notarissen niet volledig aan de antiwitwaswet voldoen – neem het ontbrekende Wwft-risicobeleid op kantoren – komt doordat de wet „regelmatig wordt aangescherpt”. Daardoor zijn ze de afgelopen paar jaar achtergebleven bij „de veranderde praktijk”, aldus hun beroepsorganisatie. „De Wwft wordt in het notariaat in de praktijk goed nageleefd.” De KNB wijst erop dat de tuchtrechter de afgelopen tien jaar in slechts 16 zaken notarissen maatregelen oplegde vanwege Wwft-gerelateerde kwesties.
Moeizaam afscheid
Het is twijfelachtig of die conclusie stoelt op de beschikbare data. In zijn lijvige onderzoek naar criminele geldstromen in de vastgoedmarkt sprak Nyenrode-hoogleraar Hoogenboom vorig jaar van „navigeren in de mist”. De data ontbreken om op wetenschappelijk verantwoorde wijze uitspraken te doen over hoe en in hoeverre notarissen, al dan niet bewust, betrokken zijn bij fraude en Wwft-overtredingen.
Evenmin is duidelijk of alle problematische notarissen in het vizier zijn. De grootste fraude in de geschiedenis van het notariaat, die bij Pels Rijcken, ging onopgemerkt aan de toezichthouder voorbij.
Een ander probleem lijkt dat van ondermaats presterende en soms zelfs criminele notarissen die wél op de radar staan, niet snel afscheid wordt genomen. De Almeerse notaris Maarten P. werd zes keer geschorst voordat het Amsterdamse gerechtshof hem definitief uit het ambt zette vanwege betrokkenheid bij witwassen. P. had in 2016 ten onrechte een verklaring afgegeven dat een klant anderhalf miljard Venezolaanse bolivars (zo’n 150 miljoen euro) in contanten in bezit had. Niet lang daarna kwam de notaris bij justitie in beeld op verdenking van valsheid in geschrifte, witwassen en niet melden van ongebruikelijke transacties. Maar al die jaren bleef zijn kantoor open. In Notariaat Magazine – het KNB-lijfblad – verklaarde hij in 2018 na een politie-inval zijn gebrekkige alertheid op foute transacties. Hij was volgens zijn psycholoog „niet bang genoeg”. De kop boven het artikel: ‘OM weet te weinig van notariële praktijk’.
Tot frustratie van het Openbaar Ministerie, de politie en de Almeerse burgemeester Franc Weerwind was het kantoor in 2020 nog steeds open. Weerwind – tegenwoordig als minister voor Rechtsbescherming verantwoordelijk voor het notariaat – ging daarop op grond van het bestuursrecht over tot sluiting van het kantoor. Via een kort geding kreeg P. die sluiting van tafel.
De zaak-P. is extreem, maar illustreert dat het lang duurt om van notarissen af te komen die zich niet aan de regels houden en hun praktijk structureel niet op orde hebben. Ook in de kwaliteitstoetsingen van de KNB staan voorbeelden. Zo verzuchten de auditors van een notarispraktijk van ondermaatse kwaliteit waar in 2018, 2020 en 2021 toetsingen plaatsvinden: „Ondanks alle inspanningen van beroepsorganisatie en toezichthouder blijkt dat het heel lastig is om de – gelukkig sporadische – problematische kantoren richting praktijkbeëindiging te bewegen, dan wel te dwingen.”
De KNB wijst er desgevraagd op dat hij geen invloed heeft op hoe de tuchtrechter zijn werk doet. En wat de duur van sommige rechtszaken betreft: „De KNB zou graag zien dat die zo kort mogelijk duren. Dat is in ieders belang, zowel van klanten als van het notariaat zelf.”