Groei je als de tienjarige Stan op in Houston, Texas in 1969, dan moet je coming-of-ageverhaal wel draaien om de maanlanding van Apollo 11. Houston is immers de stad van NASA, van ‘Mission Control’. Ook Stans vader werkt voor het ruimteagentschap, helaas als saaie pennenlikker.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/04/data84243850-d22fce.jpg)
De apotheose blijkt een anticlimax. Het gezin zit bij de maanlanding rond de buis gekluisterd. De oudere kinderen vervelen zich en Stan is al ingedommeld als Neil Armstrong zijn eerste stap zet. Krijgt hij daarvan later geen spijt, vraagt pa zich bezorgd af. Ach, je weet hoe het geheugen werkt, antwoordt ma. „Ook als hij sliep, zal hij denken dat hij alles heeft gezien.”
Dat vat Apollo 10 ½ fraai samen, Richard Linklaters nostalgische terugblik op zijn kindertijd. Zo’n film is per definitie een constructie, want wie herinnert zich zijn kindertijd echt? Je verzint eerder iets op basis van sterke verhalen, brieven, foto’s, filmpjes en vage impressies in een brein waarvan geen cel meer hetzelfde is als toen. Zoiets kan je indikken tot indringend zelfonderzoek, zoals Tarkovski in Spiegel. Of tot een literair drama, zoals Kenneth Branagh in Belfast of Paolo Sorrentino in The Hand of God. Of je concentreert je op hoe het was om kind te zijn in die tijd en op die plek, zoals Fellini in Amarcord en Richard Linklater in zijn vermakelijke Apollo 10 ½.
Linklater houdt het breed, smeedt zijn mijmeringen tot een impressionistisch mozaïek met ‘period detail’ – nieuwsflitsen, tv, reclame in een combinatie hybride van animatie en rotoscoping, het bewerken van live action-film.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data84101184-240a25.jpg|https://images.nrc.nl/wATPw0GXpWymnz7_crHlhI6e7a8=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data84101184-240a25.jpg|https://images.nrc.nl/B-z7KgB9bQlne6y7-kVcEzScjoE=/5760x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data84101184-240a25.jpg)
Still uit de animatiefilm ‘Apollo 10 ½’ van Richard Linklater.
Foto Netflix
Het blijkt een al bijna exotische wereld van doem én techno-optimisme. Vietnam, rassenrellen, politieke moorden: voor een Texaans jochie is dat in 1969 slechts ruis. Relevant zijn klasgenoten en de speelhal, ma’s kookkunst met spam en geleipudding, de lp’s van hippe zus Vicky, de complottheorieën van oma. En de Astrodome, ’s werelds eerste overdekte stadion met digitaal geanimeerd scorebord. Door Stans innemende ‘stream of consciousness’ weeft Linklater een kinderfantasie: NASA ronselt hem als voor-verkenner van de maan.
Nostalgie is Richard Linklater goed toevertrouwd. Hij brak in 1993 door met Dazed en Confused, over een Texaanse high school in de jaren zeventig, bijna een sequel van Apollo 10 ½. Jammer dat deze film alleen op Netflix te zien is, maar goed: in Linklaters Houston staat de televisie ook centraal, toen nog als grote eenmaker. Met slechts drie kanalen is de beeldbuis het kampvuur waar gezin, natie en – bij de maanlanding – zelfs de hele wereld zich om schaart.