Zijn filmpjes gaan over waarom Marokkaanse Nederlanders merkkleding zo belangrijk vinden (970.448 keer bekeken), of hij vraagt jongens uit Marokko of ze met meiden uit Nederland willen trouwen (428.445). Salaheddine Benchikhi is een van populairste YouTubers onder Marokkaanse Nederlanders. Zijn filmpjes over Marokkanen, moslims en de islam in Nederland worden duizenden keren bekeken.
Maar ook al is hij groot op YouTube, het media-establishment ziet hem niet staan. „Ik ben niet aaibaar genoeg voor de NPO. De publieke omroep wil het liefst Marokkaanse moslims die hun moslim-identiteit nauwelijks of niet ventileren. Daarom zie je zoveel seculiere figuren op tv die vanbuiten een kleurtje hebben, maar vanbinnen draaien op witte software.”
De 41-jarige Salaheddine Benchikhi is schrijver, interviewer, documentairemaker en theatermaker. Geboren in Casablanca, Marokko, opgegroeid in Rotterdam Zuid. Op school wisten de docenten niet zo goed wat ze met hem aan moesten. „Niet omdat ik irritant was, maar ik werd niet uitgedaagd en verveelde me. Dat botste wel eens met de leraren.”
Door hoepels springen
Ook de omgeving waarin Benchikhi opgroeide hielp niet echt. „Het was of in de haven werken of iets maatschappelijks, ik had geen andere voorbeelden. Dus werd het hbo Maatschappelijk Werk en Dienstverlening. Achteraf gezien had ik beter voor de School voor de Journalistiek of de filmacademie kunnen kiezen.”
Benchikhi begon twintig jaar geleden zijn carrière voor de camera bij de publieke omroep. Hij presenteerde en maakte documentaires voor de VPRO en NPS (nu NTR). „Ik merkte al gauw dat ik door teveel hoepels moest om een eigen idee voor een film of documentaire erdoorheen te krijgen.”
„Ik zag dat mijn sketches Ab en Sal, die ik maakte voor NTR, erg goed op YouTube werden bekeken. Vooral door jongeren. Dit gaf de doorslag om te stoppen bij de publieke omroep. Ik kocht een camera en microfoon en mijn YouTube-kanaal Salaheddine was een feit.”
Je ziet veel seculiere figuren op tv die vanbuiten een kleurtje hebben, maar vanbinnen draaien op witte software
Dit pakte goed uit. Eerst hield hij straatinterviews met voornamelijk Marokkaans-Nederlandse jongeren. „Dat was nieuw in 2008. Ik was de eerste. Het kostte me toen nog geld om het te maken. Maar ik moest doorgaan. Ik wilde niet in mijn comfortzone blijven.”
Hoe groter zijn ‘fanbase’ op YouTube werd, hoe serieuzer de onderwerpen. Zo sprak hij met Johan Derksen en Jan Roos over de dood en God (339.000 keer bekeken) en discussieert hij regelmatig met moslims en niet-moslims over de islam.
In de vierdelige YouTube-serie De laatste verhalen van de eerste generatie Marokkanen spreekt Benchikhi met zes oudere Marokkaanse mannen. Zij emigreerden in de jaren zestig en zeventig naar Nederland om te werken. „De verhalen van deze generatie Marokkaanse Nederlanders kan ik over enkele jaren niet meer zelf horen. Het was voor mij vijf voor twaalf.”
Wat vinden ze van sushi?
Wie waren de influencers van deze eerste generatie Marokkanen in Nederland? Wat vinden ze van sushi? En waar gaven zij hun salaris aan uit? Vragen waar Bechikhi graag het antwoord op wilde horen. En het liefst rechtstreeks van deze pioniers. Ook de kinderen en kleinkinderen van deze Marokkaanse gastarbeiders willen weten hoe het leven in Nederland van hun opa’s en vaders in de jaren zestig en zeventig was. „Op de zaterdagavond, als de familie bij elkaar is, wordt er naar de serie gekeken.”
Naast het maken van YouTube-video’s treedt Benchikhi op in het theater. Vanaf woensdag pakt hij zijn theatertour Van Mekka naar Marrakesh op na Corona. De show bestaat uit een live-optreden, gevolgd door een docu-film. „Ik ga op zoek naar mijn identiteit als moslim, Marokkaan en Nederlander.” In de documentaire laat hij zien hoe de islam in Marokko is neergestreken en waarom Marokkanen moslim zijn. „Het is een geschiedenis die de Marokkaanse Nederlanders vaak niet kennen. Dit wordt op scholen niet gegeven.”
Als hij bij de NPO was gebleven, dan was hij „maar een nummertje geweest bij een omroep”. „Ik kan nu volledig mijn ding doen. Ik zal nooit iets maken waar ik me niet goed bij voel. Dat maakt me niet zo geschikt voor de NPO. De NPO roept wel ‘We willen meer kleur’, maar als puntje bij paaltje komt, dan merk je er niks van. Ik zie geen programma’s van makers die zijn ontstaan vanuit eigen verhaal, hun eigen identiteit. En al helemaal niet als het te islamitisch is. Zoals heel mijn kanaal. Dat zou niet passen binnen de NPO. De publieke omroep zit vastgeroest in zijn eigen witte tunnelvisie.”