Recensie

Recensie Muziek

Juan Pedro García Oliva (2001) wint eerste Europese editie van YPF concours

Klassiek Waar je bij de andere finalisten van de YPF Piano Competition op het puntje van je stoel moest zitten, liet Juan Pedro García Oliva je echt luisteren.

Spanjaard Juan Pedro García Oliva (2001), bachelorstudent aan het Conservatorium van Amsterdam, won zondag de finale en de publieksprijs van de YPF European Piano Competition.
Spanjaard Juan Pedro García Oliva (2001), bachelorstudent aan het Conservatorium van Amsterdam, won zondag de finale en de publieksprijs van de YPF European Piano Competition. Foto Foppe Schut

Europa heeft er een pianistenconcours bij: de YPF Piano Competition, tot dit jaar alleen toegankelijk voor Nederlandse pianisten, is vanaf nu open voor pianisten tot en met 27 jaar uit heel Europa. Spanjaard Juan Pedro García Oliva (2001), bachelorstudent aan het Conservatorium van Amsterdam, won zondag de finale en de publieksprijs. Met het Pianoconcert van Robert Schumann maakte hij diepe indruk op de jury en het publiek. Daarbij won hij ook de prijs voor de beste uitvoering van de opdrachtcompositie Ti’afa’a van componist Reza Namavar. Eerder in het concours sleepte hij al de kamermuziekprijs in de wacht, met zijn uitvoering van Brahms’ Derde pianokwartet samen met studenten van het Amsterdamse conservatorium. De Grand Prix Youri Egorov, die de jury alleen bij uitzonderlijke prestatie toekent, bleef onuitgereikt. De Grand Prix Youri Egorov, die de jury alleen bij uitzonderlijke prestatie toekent, bleef onuitgereikt.

Lees ook: ‘De pianisten die hier spelen zijn voor mij de dragers van onze muzikale toekomst’

García Oliva’s grootste concurrent was Noah Zhou (2001), student aan het Engelse Royal College of Music, die de tweede prijs won met gespierd en warmbloedig spel. Van zijn hoofdwerk, Beethovens Vijfde pianoconcert, maakte hij een showpiece. Beethovens arpeggio’s stortten zich als roofvogels omlaag en in zijn volle akkoorden hoorde je Romantische berglandschappen galmen. Soms leek het alsof het hele orkest uit Zhou’s vingers stroomde. Maar zijn lichaamstaal was soms wat praatziek: bij elke cadens in de Finale zwaaide hij vervaarlijk achterover. Geen wonder dat hij na afloop het zweet van zijn voorhoofd moest vegen.

De derde prijs ging naar Carlos Marín Rayo (1994), net als García Oliva student aan het Amsterdams Conservatorium. Zijn prachtig delicate uitvoering van Namavars opdrachtcompositie werd overschaduwd door een onoplettende bladomslaander. Marín Rayo moest zelf stoppen met spelen om de losse pagina’s weer in de juiste volgorde te leggen. Een nachtmerrie voor een pianist, die je terug hoorde in Marín Rayo’s Beethoven: soms smeulde er echte intimiteit tussen hem en een alert Phion onder leiding van Antony Hermus, maar voor het grootste deel bleef Marín Rayo zoeken en weifelen.

García Oliva bespeelde de gulden middenweg. Onwrikbaar sterk was hij in Schumanns Pianoconcert. Als water vloeiden de noten uit García Olivia’s vingers, een beekje in de zachtste delen, maar een kraakheldere stroom in de luide. Het mooiste was het Intermezzo: Schumanns lange lijnen spoelden door de zaal. Waar je bij de andere finalisten steeds op het puntje van je stoel moest zitten, kon je de muziek bij García Oliva gewoon over je heen laten komen. Bij hem vergat je dat het een wedstrijd was.

De helft van het publiek vertrok nog voor het eind van het juryberaad, maar het overgebleven publiek overbrugde de tijd met Chopin gespeeld door pianiste Yang Yang Cai, winnares van het toen nog Nederlandse YPF concours in 2019. Nu liet ze horen dat ze zich ook makkelijk kan meten met Europese concurrentie. Chopin’s Derde sonate bruiste en glinsterde in haar handen.