„Vrohta endi bivunga quamon over mii, bihtekoda mii thimsternissi.” Zangeres Sanne Rambags zingt het met zichtbaar plezier. Soepel, alsof ze opgroeide met deze vreemde taal. Het is Oudnederlands zoals het gesproken werd in de vroege Middeleeuwen. Niet alleen klinkt dit ‘Vrees en beving kwamen over mij en duisternis bedekte mij’ volstrekt natuurlijk, het staat bovendien in een stevig rock-arrangement met een sterke melodielijn die de taal van duizend jaar geleden bijna hitgevoelig maakt.
Voor het album Miin Triuwa (mijn trouw) bestudeerde Rambags de taal intensief met hulp van linguïsten. Gitarist Bram Stadhouders schreef suites die hij vervolgens met percussionist Joost Lijbaart tot een rijk georkestreerd geheel smeedde. Het trio speelde als Under The Surface de afgelopen jaren over de hele wereld met voornamelijk geïmproviseerde muziek. In coronatijd ging het roer om. Het indrukwekkende resultaat moeten we misschien maar jazzfolk noemen. De bandleden, aangevuld met bassist en multi-instrumentalist, lijken zelf nog steeds onder de indruk van het proces, het spelplezier spat eraf.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2020/07/data59354496-9d1d73.jpg)
Mystieke imitaties
Er klinkt veel wind tijdens de cd-presentatie in het Bimhuis. Die komt niet vanaf het IJ, waar het stormt, maar van mystieke muzikale imitaties. Een strijkstok gaat langs een stang, een veelvoud aan kralen, belletjes en schelpen ritselen en klingelen, Rambags’ ademtocht fluit door de microfoon. Zodra ze haar stem verheft en uithaalt, zwellen ook de drums aan en transformeert Under The Surface in een progrockband.
De zachtere en rondere klanken, zoals ‘th’ die ook in het Engels zit, maken het Oudnederlands minder hoekig. Rambags lijkt er haar thuis in te hebben gevonden. Ze baseerde zich op overgeleverde teksten zoals de Wachtendonckse Psalmen en de Egmondse Willeram, maar al zingend zet ze de oude taal volledig naar haar hand. De tekst over vrees en beving wordt vervolgd met een rockend: „Endi ik quath wie sal gevan mii vetheron also duvon, ik vliugan sal.” Ofwel: ‘En ik zei, wie zal mij geven vederen als van een duif, en ik zal vliegen.’
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2022/02/data81327918-2fe830.jpg)