Kika Sprangers

Foto Andreas Terlaak

Interview

Jazzpoëzie van jazzbelofte Kika Sprangers

Nieuw album Tijdens de lockdown nam saxofoniste Kika Sprangers als ‘jazzartist in residence’ in Utrecht met haar kwintet haar nieuwe album op in een verlaten TivoliVredenburg.

Lege zalen, verlaten kleedkamers, uitgestorven gangen. Lang klonk er door de lockdowns geen muziek meer in TivoliVredenburg. Behalve in de nok, op de negende verdieping in Cloud Nine, de jazz-zaal. Daar zat saxofoniste Kika Sprangers een jaar geleden dagelijks te werken aan haar muziek. Fluwelen strofen blies ze. Vaak in haar eentje, soms in duo improviserend, want er kon en mocht nog weinig qua samenspel. De akoestiek was „oneindig”, in het verder, op de portier na, verlaten muziekgebouw. Een surrealistisch gegeven, lacht Kika Sprangers (27). „De verlichting ging automatisch uit na twee uur. Moest ik weer even zwaaien zodat het aansprong.”

In de lockdown van januari 2021 voelde ze zich aanvankelijk creatief uitgedoofd. Niet optreden, niet reizen. „Veel mensen namen aan dat ik thuis vast veel aan het schrijven was”, zegt ze. „Eén stuk ja. Maar vervolgens wist ik niet meer waar ik het vandaan moest halen.” Uren staarde de in Nijmegen geboren, aan het Utrechts conservatorium afgestudeerde saxofoniste uit het raam. „Wat is er nu nog? vroeg ik me af. Het enige wat overbleef was mijn verbeelding. En dat is precies wat ons menselijk maakt, dacht ik: het vermogen te verbeelden. Dat werd mijn uitweg in Tivoli.”

Sprangers abstracte jazzpoëzie met wolkjes van klank en pakkende nummers vol melodische en harmonische vindingrijkheid valt al enige tijd op. Nog maar vier jaar terug was ze een veelbelovend jazztalent in de Young Vip-tour, die werkte aan hoogwaardig eigen repertoire, met debuut-EP Leaves of Lily als visitekaartje. In de jaren erna groeide haar kwintet uit tot een large ensemble met blazers en zangeressen.

Nu is haar vierde plaat uit: Mind’s Eye, in lockdownstilte gemaakte opnames met haar kwintet. „De connectie één op één met mijn bandleden werd intens. En het leverde muzikaal steeds iets mooi nieuws op. Saxofoon (alt en sopraan) met alleen bas, gestreken of juist geplukte noten. Of drums en sax, hoe lang is dat leuk, dacht ik? Maar juist door al die ruimte, letterlijk en figuurlijk, zonder de anderen, was er veel te onderzoeken.”

De stem als extra instrument

Wat meteen al in de titelsong opvalt, is het fraaie unisono geluid, de woordloze zang van Anna Serierse en de sax in een gelijkwaardige, symbiotische rol. Delicaat en meevoerend. Juist doordat Sprangers de stem in composities inzet als een extra instrument. „Anna’s gehoor en bereik is absurd. Ik kan alles voor haar bedenken en ze zingt het, als ware ze een blaasinstrument. Vaak hoor je in jazz de stem heel dichtbij, heel voorin. Dat schept afstand tussen de zanger en de band. Ik wil het gelijkwaardig. Woordloos komt ze dan heel dicht bij mijn eigen spel, met veel emotie.”

TivoliVredenburg in Utrecht is niet zomaar haar werkplek, sinds september 2020 is Sprangers er jazzartist in residence. Als nieuwe maker krijgt ze onder de hoede van het podium en met steun van het Fonds Podiumkunsten twee jaar vrij spel om muziek te ontwikkelen, les te nemen bij inspirerende musici in het buitenland en samenwerkingen aan te gaan. Een ware jackpot voor de jonge maker. „Het is een echt heel luxueus traject om je zo als jazzmuzikant te mogen verdiepen. Met wel een hele verantwoordelijkheid qua budgettering trouwens.” Dat ze in aanmerking kwam voor de subsidie als talentvolle ‘nieuwe maker’, kwam in coronatijd zonder optredens precies op het goede moment. Een lichte zucht. Sprangers zag het afgelopen jaar genoeg collega’s twijfelen over de houdbaarheid van hun muziekcarrière en afhaken.

Kika Sprangers Foto Andreas Terlaak

Dromen van New York

De vraag van Tivoli wat ze nog echt wil leren raakte bij de saxofoniste een snaar. Ze is ambitieus en gretig. „Ik zie het bijna als de masterstudie die ik altijd nog wilde doen, die ik zelf kan vormgeven met per project een kritisch team van coaches voor creatieve en zakelijke hulp.” Ze was al in Berlijn voor lessen bij klarinettist Claudio Puntin, in april wil ze naar New York. Ze droomt van lessen bij de vermaarde componist en orkestleider Maria Schneider. Voor haar vorige album No Man’s Land, met strijkersensemble Pynarello, scherpte Sprangers haar compositieskills „vrij intuïtief” aan met hulp van arrangeur Rob Horsting.

Ik wilde Anna Serierse’s stem als een gelijkwaardig extra instrument laten klinken

Dat ze afgelopen zomer ook de Rogier van Otterloo Award kreeg was onverwacht. Het is een compositie-opdracht - „in de geest van componist en dirigent Rogier van Otterloo” voor het Jong Metropole Orkest plus tienduizend euro.

„De wind staat gunstig”, concludeert Kika Sprangers, wat verlegen. „Maar ik wil vooral nog zoveel beter worden! Ik heb mijn bandsound wel gevonden maar ik probeer vooral een lange carrièrelijn te creëren.”

Als vrouw in de jazz heeft ze een uitzonderingspositie, voelt ze. „Al wilde ik daar eerst helemaal niets van weten. Ik wil niet op North Sea Jazz staan als specifiek vrouwelijke bandleider. Maar intussen denk ik ook: juist in deze tijd zijn vrouwelijke rolmodellen toch heel belangrijk. Zoals voor mij Maria Schneider, saxofonist Tineke Postma of gitarist Corrie van Binsbergen ook een verschil maakten. Ik kan me aan hen spiegelen.”

Natuurlijk, knikt ze. Seksisme is in jazz nog steeds een gegeven. Zich stellig manifesteren als bandleider leverde haar wel eens de opmerking op ‘of ze misschien ongesteld was?’ „Zeker bij oudere generaties kan nog echt een machocultuurtje hangen. Het belegen ‘je speelt best goed - voor een meisje’ hoor ik gelukkig al een tijd niet meer, maar een zekere rangorde is soms nog voelbaar. Of er wordt bij een podium automatisch zaken gedaan met de mannelijke pianist. Terwijl ik de boel heb georganiseerd.” Ergerlijk ook: de recensies waar de uiterlijkheden - „je looks, hoe je je gedraagt op het podium” - vanaf druipen. „Al op mijn zeventiende kreeg ik tijdens een commerciële klus het advies dat ik met een korter jurkje heus meer kon opvallen op televisie.”

Met collega’s wisselt ze de platitudes en kleinerende opmerkingen uit. Tegelijk, merkt ze, groeit de bewustwording. „Ik ben er nu toch wel optimistisch over. Want zeker mijn generatie muzikanten, vrouw én ook zeker man, accepteert het gewoon niet meer. Dat nu veel bespreekbaar is vind ik goed en tof.”

Tournee Kika Sprangers, t/m 21 april. Inl: kikasprangers.nl