Commissie: Limburg heeft geen significant afwijkende bestuurscultuur

Rapport Na integriteitsschandalen liet de provincie Limburg de bestuurscultuur in de afgelopen tien jaar onderzoeken. De commissie vond „geen systematisch patroon van omvangrijke integriteitsschendingen”.

De commissie stond onder voorzitterschap van Arno Visser, president van de Algemene Rekenkamer.
De commissie stond onder voorzitterschap van Arno Visser, president van de Algemene Rekenkamer. Foto Sem van der Wal/ANP

Limburg heeft „geen significant afwijkende bestuurscultuur”. De provincie kent ook „geen systematisch patroon van omvangrijke integriteitsschendingen”. Limburg heeft vooral last van een hardnekkig imago en „een zelfbeeld dat niet altijd overeenkomt met de werkelijkheid”. Die worden nog eens versterkt door „activistische” media, NRC in het bijzonder.

Tot die conclusie komt een commissie die in opdracht van de provincie de bestuurscultuur in Limburg in de afgelopen tien jaar onderzocht. Volgens het rapport Engelen bestaan niet is er „wel sprake van machtsuitoefening door bestuurders die niet altijd getuigden van waarden als gematigdheid, proportionaliteit en terughoudendheid”. Diverse bestuurders boden te weinig ruimte voor tegenspraak. Checks and balances waren in het algemeen slecht ontwikkeld.

De commissie stond onder voorzitterschap van Arno Visser, president van de Algemene Rekenkamer. De andere twee leden waren Paul Frissen (decaan en bestuursvoorzitter de Nederlandse School voor Openbaar Bestuur en hoogleraar bestuurskunde aan de Tilburg University) en Kitty Nooy (oud-hoofdofficier van justitie en hoofdverantwoordelijke voor integriteit bij het Openbaar Ministerie).

‘Foto van bestuurscultuur’

Waarnemend commissaris van de koning Johan Remkes gaf hen vorig voorjaar opdracht om „een foto van de bestuurscultuur” in Limburg in de afgelopen tien jaar te maken. Aanleiding vormde het aftreden van het volledige provinciebestuur na een reeks van snel opeenvolgende integriteitsschandalen.

Bij een hiervoor speciaal ingesteld meldpunt konden mensen op kwesties wijzen uit die periode bij provincie, gemeenten en waterschap. In totaal kwamen er 286 meldingen van 144 melders binnen. De commissie trof daarbij geen strafrechtelijk vervolgbare handelingen aan.

De commissie maakt zelf de kanttekening dat ze „uiteraard geen uitgebreide antropologische verkenning” heeft „kunnen doen van de bestuurscultuur van de provincie Limburg, laat staan van de veronderstelde ‘Limburgse bestuurscultuur’ in alle lagen en delen van het Limburgse bestuur”. Het rapport is gebaseerd op veertig gesprekken en honderdvijftig van de gedane meldingen.

‘Framing’

Terwijl de bestuurscultuur in Limburg niet significant afwijkt van elders in Nederland, doen de media „aan framing”. De commissie: „De beschuldigingen in de media vonden een vruchtbare voedingsbodem in een politiek klimaat waarin tijd en aandacht voor hoor en wederhoor ontbraken. Tegelijkertijd bleken beschuldigingen na nader onderzoek regelmatig ongegrond.”

Volgens de gesprekspartners van de commissie leidt „de handelwijze van de media” tot „een ambtelijke en bestuurlijke verkramping. Ambtenaren menen te opereren onder het vergrootglas van de media.”

„Onze feiten kloppen gewoon, we zijn trots op onze vele onthullingen over Limburg”, zegt adjunct-hoofdredacteur Elske Schouten. NRC is verbaasd dat de onderzoekers niet de moeite hebben genomen de krant te bevragen voor dit onderzoek en vraagt hen om opheldering over dit gebrek aan wederhoor.

Lees over een ander recent onderzoek: Het integriteitsbeleid in Limburg rammelde aan alle kanten

Woensdag werd het resultaat van een parlementaire enquête van Provinciale Staten naar een commissariaat van oud-gedeputeerde Ger Koopmans (CDA). De conclusie was dat het integriteitsbeleid van de provincie Limburg rammelde en dat Koopmans de schijn van belangenverstrengeling had gewekt. Het rapport kraakte ook de uitvoering van provinciaal integriteitsbeleid: commissaris van de koning, gedeputeerden en Provinciale Staten maakten onvoldoende werk van hun rollen op dit gebied.