Om haar fans een fijne jaarwisseling te wensen deelde Sezen Aksu, de ongekroonde koningin van de Turkse popmuziek, begin januari een video van haar liedje ‘Sahane Bir Sey Yasamak’ (‘Hoe prachtig is het leven’) op haar YouTube-kanaal. Hoewel het nummer al vijf jaar oud is, en niet behoort tot Aksu’s vele hits, leidde het tot een enorme rel. Prominente politici en religieuze groepen haalden uit naar Aksu omdat ze Adam en Eva in het lied ‘onwetend’ noemt.
De eerste die de aandacht vestigde op de gewraakte passage over de ‘vader en moeder van de mensheid’ was Halil Konakçi, de omstreden imam van de Melike Sultan-moskee in Ankara. Hij noemde Aksu’s tekst haatzaaien. „We eisen een autoriteit die optreedt tegen schurken die vijandig staan ten opzichte van religie. Hunne Heiligheden Adam en Eva zijn nooit onwetend”, zei hij tijdens een preek in Bursa. Konakci riep op tot herstel van het kalifaat dat in 1924 is afgeschaft door Mustafa Kemal Atatürk, de stichter van de seculiere Turkse republiek.
Dit leek het startschot voor een georkestreerde campagne tegen Aksu. Nog dezelfde avond betoogden conservatieven voor Aksu’s huis in de chique wijk Bebek in Istanbul. De politie liet deze betogers voor de verandering hun gang gaan.
Staatsdepartement voor religieuze zaken
De volgende dag mengde de directeur van Diyanet, het machtige staatsdepartement voor religieuze zaken, zich in de discussie. In een online verklaring wees hij erop dat Adam en Eva door Allah worden geprezen in de Koran en geliefd zijn bij moslims over de hele wereld. „Daarom is het noodzakelijk om, ongeacht de bedoeling en de context, extreem gevoelig en voorzichtig te zijn met iedere verklaring, beschrijving of verwijzing naar vooraanstaande personen in de islam.”
Zo werd een in de vergetelheid geraakt lied binnen enkele dagen landelijk nieuws, dat tot in het parlement toe werd besproken. Het gebeurt niet vaak dat Diyanet zo’n geliefde popster op de korrel neemt. Maar het departement stelt zich steeds nadrukkelijker op als een soort moraalpolitie, die zich voortdurend mengt in politieke en maatschappelijke debatten, met name wanneer het gaat over het gezin, vrouwen en de jeugd.
Het is triest dat de republiek geleidelijk verschuift van de seculiere, democratische rechtsstaat naar de kant waar religieuze elementen domineren
Nuri Alan oud-president van de Raad van State
Diyanet krijgt daarvoor alle ruimte van president Erdogan, die het departement een grote rol heeft toebedeeld in zijn ‘Nieuwe Turkije’. In de republiek die Atatürk stichtte op de resten van het Ottomaanse Rijk, stond Diyanet in dienst van de seculiere staat. Maar onder Erdogan is het meer een instrument geworden voor de islamisering van de samenleving. Diyanet heeft ruim 100.000 mensen in dienst en een begroting van 16,1 miljard lira (ruim 1 miljard euro) – meer dan veel ministeries en staatsinstellingen.
Aksu is door conservatieve advocaten uit Ankara aangeklaagd wegens belediging van religieuze waarden. Dit leidt tot discussie over de grenzen van kunst en de vrijheid van meningsuiting. Enerzijds is belediging van religieuze waarden strafbaar in Turkije. Dit vaag gedefinieerde wetsartikel wordt de laatste jaren steeds vaker gebruikt om artiesten en intellectuelen te vervolgen.
Seculiere grondwet
Critici werpen tegen dat Turkije nog altijd een seculiere grondwet heeft, waarin de vrijheid van meningsuiting is verankerd. „Het is triest dat de republiek geleidelijk verschuift van de seculiere, democratische rechtsstaat naar de kant waar religieuze elementen domineren”, zei Nuri Alan, oud-president van de Raad van State, tegen Deutsche Welle Türkçe. „Als dit in de toekomst geen halt wordt toegeroepen, dan kan dit tot moeilijke situaties leiden voor Turkije.”
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2021/12/data79632705-f2f6d9.jpg)
De controverse over Aksu werd door Erdogan aangegrepen om de aandacht af te leiden van de economische crisis. Na het vrijdaggebed vorige week pookte hij het vuurtje op, zonder Aksu bij naam te noemen. „Het is onze plicht om de tongen eruit te rukken van degenen die hem [Adam] belasteren.” Erdogan bedrijft steeds meer identiteitspolitiek om de polarisatie tussen seculieren en religieuzen aan te wakkeren en de steun te behouden van arme, conservatieve kiezers die hard zijn getroffen door de crisis.
Aksu kreeg ook bijval. Ruim tweehonderd muzikanten, schrijvers, academici en journalisten publiceerden een gezamenlijke steunverklaring. „We willen geen land zijn waar Aksu’s vrijheid van meningsuiting wordt beperkt en ze wordt bedreigd met ‘het uitrukken van haar tong’”, schreven ze. Ekrem Imamoglu, de burgemeester van Istanbul van de seculiere oppositiepartij CHP, twitterde: „Artiesten zullen spreken. Ze zijn de innerlijke stem van dit land. Niemand kan hen doen verstommen om de [politieke] agenda te veranderen.”
Aksu zelf reageerde strijdbaar op alle ophef en publiceerde een nieuwe songtekst, getiteld ‘Jager’: „Je kunt me niet beschadigen/ Ik ben al aangeslagen/ Pijn waar ik ook kijk/ Verdriet wat ik ook zie/ Ik ben jouw prooi, jager/ Schiet me neer.”