Recensie

Recensie Auto

De Mercedes EQS is een opgestoken middelvinger naar Tesla

Autotest De Mercedes EQS slaat terug met stijl en comfort op het hoogste decadentieniveau, schrijft .
Foto Merlijn Doomernik

In een tv-spotje komt de Mercedes EQS als een gewichtloos herfstblad uit de hemel neergedwarreld. Wat een mop. Het topmodel weegt 2.600 kilo en met vier vleeseters aan boord drie ton. Dan de punchline: ‘This is for you, world.’ Een slee van minstens 121.000 euro een geschenk aan de mensheid noemen; de gulle hand is vanaf heden ook deepfake.

Zijn echte boodschap is de opgestoken middelvinger: fuck Tesla. Met beeldschermen van deur tot deur werd het MBUX Hyperscreen gedoopte dashboard één groot digitaal aquarium: fuck Tesla. In de viplounge premium nappaleer, kunstiger gestikt dan in de duurste Tesla’s: fuck Tesla. De batterijcapaciteit van 107,8 kWh overtreft alle Tesla’s. Kneuterige pogingen tot humor zijn vermoedelijk Mercedes’ antwoord op de met Duitse ernst dollende ongein van de ceo die Tesla’s uitrust met een digitalescheten-opwekkende fart mode. Het merklogo dat Mercedes-dealers op het navigatiedisplay aangeeft draagt medio december een stout kerstmutsje.

De eerste Duitse concurrent van Tesla’s Model S, sinds 2012 het voor Duitsland traumatische symbool van technologisch leiderschap, is een symboolbeladen statement. Tot de Porsche Taycan kwam geen Duitse stekkerwagen in de buurt van Tesla’s actieradius en laadsnelheden. Dat moet de vijf meter 22 lange EQS in één klap rechtzetten met een recordbereik tot 722 kilometer. Het lukt zelfs met die reuzenbatterij niet helemaal, zo moeilijk is het met de huidige lithium-ionbatterijtechnologie Tesla-vermorzelende daden te stellen. Daar zit ondanks efficiencyverbeteringen namelijk enigszins de klad in. Een middenklasser met 50-kWh-batterij haalt gemiddeld 300 kilometer, een grote EV met 100-kWh-pakket maximaal het dubbele. Dat is al even zo en er valt met gewichtsbesparing en aerodynamica wel iets, maar vooralsnog niet revolutionair veel aan te doen. De groei zit in de laadsnelheden. De EQS piekt bij 200 kWh; geen record, wel goed genoeg voor 150 kilometer stroom in een kwartier.

Hoe navrant dat Mercedes als Tesla-aandeelhouder ongeveer bij Musk op schoot zat, toen die rond 2010 de disruptieve messen sleep. Van nabij zagen de Duitsers hem een visionair totaalplan voor de energietransitie uitrollen: auto’s, laadnetwerken, energievoorziening, eigen batterijproductie. Hadden ze die integrale strategie direct gekopieerd, dan waren ze voor batterij- en chiptechnologie nu niet fataal afhankelijk geweest van derden. Maar Mercedes stapte in 2014 weer uit Tesla en behalve winst leek het er weinig van te hebben opgestoken. Wat het vervolgens zelf aan elektrische modellen uitbracht, stelde geen nieuwe normen.

Kousenvoeten

Deze wel. De EQS hoort direct bij de koplopers. In de EQS 580 geeft het display bij vertrek een imposante actieradius van 640 kilometer aan. Vanuit Utrecht zou ik op papier zonder laadstop Berlijn moeten halen. Met een stroomverbruik dat ik op kousenvoeten tot 19 kWh op 100 kilometer weet te nivelleren komt hij ver, al doet een kundig gechauffeerde Model S Long Range er niet voor onder. De EQS slaat terug met stijl en comfort op het hoogste decadentieniveau. Intussen houdt hij je als een politieagent in de gaten. In de vroege ochtend entert het digitale opkikkerprogramma Energizing Comfort als een nachtmerrie ongevraagd mijn comfortzone, waarschijnlijk gealerteerd door concentratieschommelingen in mijn stuurgedrag. Het dashboard en de sfeerverlichting rondom kleuren purperrood als een mobiele hoerenbuurt, en achter glas zien medeweggebruikers me als bejaarde raamprostituee voor schut zitten. Mijn stoel begint mij krachtig te masseren, en uit tientallen speakers komt opwekkende muziek. Het is de tijdgeest. Zo houden werkgevers en verzekeraars straks je gezondheid in de gaten. Intussen zit je in de zevende autohemel en mocht de 580 met Berlijn in zicht de handdoek in de ring dreigen te gooien, dan is de snellader je beste vriend.

Natuurlijk; hij kan shinen, omdat ze 174.000 euro voor hem kunnen vragen. Maar hij beheerst het topklassemétier, mede door de extreem lage luchtweerstandscoëfficiënt van 0.20. Wind- en bandengeruis zijn ondanks het ontbreken van camouflerend motorgeluid nauwelijks hoorbaar. Door de meesturende achteras is de EQS zelfs binnen de bebouwde kom verrassend handzaam en zijn excessieve lengte heeft ook voordelen; ongelimiteerde ruimte achterin en een enorme kofferbak van 610 liter.

Indrukwekkend. Maar een revolutie is hij niet. Zijn macht berust op overkill en niet op grensverleggende techniek. De revolutie is een auto met normale maten die hetzelfde kan voor een kwart van de prijs. Alleen een massaproduct kan het klimatologische verschil maken. Zo’n kostbaar meesterstuk slaat ecologisch nog geen deuk in een pak boter.