Opinie

Van een lichtpuntje word je geen beter mens

Tragedie Tragedies, rampenfilms, we hebben ze nu meer dan ooit nodig, betoogt
Still uit de omstreden film Don’t Look Up, die deze maand op Netflix in première ging.
Still uit de omstreden film Don’t Look Up, die deze maand op Netflix in première ging. Niko Tavernise / Netflix

De tragedie wordt getekend door de verschrikkelijke afloop, door het einde dat in de sterren geschreven staat. Dat is al zo sinds de vijfde eeuw voor Christus, toen deze vorm van fictie in Athene opbloeide. Maar nu lijkt de tragedie ons te veel te worden. Wat wil je, na twee jaar pandemie, zou je denken. Toch gaat het dieper: we zijn zo gewend geraakt zelf vorm te geven aan ons leven, dat we doodsbang zijn voor onverwachte wendingen en ongunstige uitkomsten. Daardoor missen we iets essentieels: de loutering.

De aversie tegen tragedie laat zich voelen in de reacties op de BBC-dramaserie A Very British Scandal, over het tumultueuze huwelijk van de hertog en hertogin van Argyll uit de jaren zestig. Britse kijkers zijn woedend, ze vinden de serie o zo „miserable” en „depressing”.

De nieuwe Netflix-film Don’t Look Up, waarin een reusachtige komeet de aarde dreigt te vernietigen, krijgt soortgelijke kritieken. Allergisch toont de recensent van de Britse krant The Guardian zich voor de belerende toon jegens klimaatontkenners, vermengd met hysterie in de trant van „We’re all going to die.

Het verhaal, in het kort: een komeet koerst op de aarde aan, maar weinigen onderkennen het gevaar. Sterker, hoe meer astronoom dr. Randall Mindy en zijn student Kate Dibiasky (gespeeld door Leonardo DiCaprio en Jennifer Lawrence) proberen de Amerikaanse president (gespeeld door Meryl Streep) van het gevaar te overtuigen, hoe meer zij onderstreept dat ‘haar’ wetenschappers tot een andere conclusie komen.

Don’t Look Up schuurt onaangenaam tegen de echte wereld aan. Het is makkelijk om in het onwetende hoofd van de NASA dr. Scott Atlas te herkennen, een van Donald Trumps belangrijke adviseurs aan het begin van de coronapandemie. In de zoon van Madame President zien we Donald Trump jr. terug. (De komeetinslag is, zo zegt de astronoom, 99,7 procent zeker. Aha, roept de zoon triomfantelijk, dat is dus géén 100 procent!) In de ceo van een techgigant, die de komeet zal neerhalen en ontginnen voor kostbare grondstoffen, ontwaren we Amazon-baas Jeff Bezos.

Lees ook: Schaterlachend naar de grote kladderadatsch

Het gekke is, in Don’t Look Up willen ook gewone mensen de komeet niet zien. Hoe meer de wetenschappers de boodschap van verdoemenis proberen over te dragen, hoe meer ze in een zee van ironie en entertainment verdrinken. Kijk in godsnaam naar die komeet! schreeuwen de astronoom en zijn student. Nepnieuws! riposteert de president, en haar fans scanderen instemmend: „Kijk niet naar boven!”

De komst van de komeet valt niet te voorspellen, en dat geldt ook voor een nieuwe coronavariant in onze eigen wereld, waar we inmiddels doodmoe zijn. Dat komt door de onzekerheid. Het idee van de mens als speelbal van het lot lijkt steeds meer onverteerbaar. Hoezo kwetsbaar? Wij hebben geleerd: het leven is maakbaar. Wij bepalen, wij ‘participeren’, wij zijn ‘zelfredzaam’. En kan dat niet (die komeet is er nu eenmaal), dán treedt kortsluiting op. Dan ontkennen we de tragedie en laven we ons aan het plezier van het algoritme.

Angst en medelijden

Ironisch genoeg zouden verhalen zoals Don’t Look Up als geroepen moeten komen. De tragedie is immers al eeuwen dé fictievorm die verlichting brengt. Vol angst en medelijden, volgens Aristoteles de basismechanismen van de tragedie, kijken we naar wat de personages meemaken. Vervolgens ervaren we het afschuwelijke einde als een zuivering, zodat we voldaan, zelfs met een gevoel van plezier, verder kunnen.

Maar hier wringt de schoen, want ons leven bestaat inmiddels uit een groot spatscherm tegen angst en medelijden. Je algoritme brengt je geen verhalen die door je bubbel van tevredenheid heen prikken. Het idee alleen al! En dit wordt almaar erger, in deze coronajaren. Loutering? Nee, lichtpuntjes, dát willen we. Goed nieuws. Comfort food. Maar van een lichtpuntje is nog nooit iemand een beter mens geworden.

Miserabele, depressieve verhalen over het slechte in de mens, tragedies vol „sound and fury, signifying nothing”, zoals Macbeth prevelt, rampenfilms over het einde der tijden – we hebben ze nodig, nu meer dan ooit.

Daarom is Don’t Look Up zo goed. De film is satire, maar omdat zoveel in het verhaal onze eigen wereld weerspiegelt, verandert ze in een tragedie, precies zoals in Stanley Kubricks Koude Oorlog-klassieker Dr. Strangelove (1964), waarin de aarde wordt opgeblazen als gevolg van een bizarre serie misverstanden in het conflict tussen de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie.

Het einde van Don’t Look Up is prachtig, een en al catharsis. De komeet is ingeslagen, het gezin zit aan tafel, de verdelging volgt over luttele minuten. De angst kun je voelen, mee lijden gaat vanzelf. Dan gaan ze bidden. En slechts de meest gevoelloze kijker die dan gaat bespotten. Ik bedoel, als je dit moment van dodelijke ernst nu nog ironisch bekijkt, ben je reddeloos verloren. Want hier zien we de acceptatie van chaos en willekeur, zo je wilt zelfs van goddelijke voorzienigheid.

Nee, zo’n tragedie biedt het enige, echte lichtpunt waar een mens van opveert.

Correctie (31 december): In een eerdere versie werd over een astroloog gesproken in plaats van een astronoom.