Het lukte de ene partijleider beter dan de andere, maar wat VVD, D66, CDA en ChristenUnie woensdag bij de presentatie van hun coalitieakkoord vooral wilden laten zien, was bescheidenheid, misschien zelfs deemoedigheid. Omdat er de afgelopen jaren zoveel was misgelopen – bij de Toeslagenaffaire, de gaswinning in Groningen, en de manier van politiek bedrijven op het Binnenhof met heel veel achterkamertjesoverleg. „Er is”, zei Mark Rutte, „veel wantrouwen tegen bestuur en politiek.” Hij had het over „een moeilijke tijd”.
Door het hele akkoord, met de titel Omzien naar elkaar, vooruitkijken naar de toekomst, loopt als rode draad dat de komende jaren vooral veel moet worden „hersteld”. Hun eigen fouten. Want op een andere manier kun je dat niet lezen: de partijen van Rutte III zitten weer in Rutte IV.
Geld geen probleem
Op het podium in de hal van de Tweede Kamer zag je ingetogen tevredenheid over de ambitieuze plannen voor onderwijs, huizenbouw, defensie. Daar zijn vele miljarden voor. En voor klimaat en tegen stikstof: 60 miljard. Geld is geen probleem.
Je zag ook hoe D66, CDA en ChristenUnie graag wilden bewijzen dat ze niet voor niets opnieuw gingen samenwerken met VVD’er Mark Rutte, die zij in het voorjaar nog tot symbool maakten van de verziekte bestuurscultuur in Den Haag. Ze steunden toen allemaal een motie van afkeuring tegen hem.
Nu wilden de drie partijleiders ‘vooruitkijken naar de toekomst’. Ze benadrukten steeds wat zíj in de onderhandelingen hadden bereikt. Sigrid Kaag van D66 begon over de „hervorming en verdieping van de EU”. CDA-leider Wopke Hoekstra noemde de middenklasse die het beter zou krijgen en de basisbeurs die terugkwam. Gert-Jan Segers van de ChristenUnie was blij met de extra hulp en aandacht voor de mensen „aan de rafelranden van onze samenleving”.
Het ‘omzien naar elkaar’ toonde Rutte vooral zelf. Hij draaide zich vol aandacht naar de collega’s die na hem aan het woord kwamen, en glimlachte als hij leek te vinden dat iets mooi was gezegd. Kaag en Segers knikten elkaar en ook Rutte een paar keer vriendelijk toe. Hoekstra keek vooral naar zijn tekst en de mensen in de zaal.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2021/09/data76872322-50021d.jpg)
Toeslagenaffaire
Nog niet zo lang geleden leek het onvoorstelbaar dat zij met z’n vieren op zo’n podium zouden staan, aan het begin van een nieuwe regeerperiode. Segers wilde in april niets meer te maken hebben met Rutte, Kaag haalde in de zomer hard uit naar Rutte én naar de partij van Segers, en Hoekstra maakte na de verkiezingen niet de indruk dat hij graag wilde meedoen aan een nieuw kabinet. Nu vond hij dat de plannen „van a tot z het christen-democratische gedachtegoed ademen”.
Deze coalitie leek ook onlogisch omdat Rutte III, met déze vier partijen, bijna een jaar geleden was afgetreden, omdat de overheid ouders jarenlang onterecht had behandeld als criminelen, in de Toeslagenaffaire. En dan ga je toch weer samen door? Het was een vraag die de partijleiders woensdagmiddag steeds maar weer te horen kregen. Ze gingen laten zíén dat ze het nu allemaal heel anders gingen aanpakken, was bijna steeds het antwoord. Wie nu in de problemen raakt door de overheid, is de belofte in het coalitieakkoord, loopt niet meer tegen een muur op van bureaucratie en onwil: „Mensen moeten altijd persoonlijk in contact kunnen komen met de overheid.” De Nationale Ombudsman krijgt meer geld, net als de sociale advocatuur. En het is de bedoeling dat de toeslagen verdwijnen.
/s3/static.nrc.nl/liveblog/files/2021/12/web-1312binakkoord-1.jpg)
‘Ontzettend hard werken’
Na de presentatie werd Rutte gevraagd of er met al het geld dat wordt uitgegeven misschien iets werd afgekocht. Maar zo moest je het volgens hem niet zien. „Het wordt ontzettend hard werken”, zei hij een paar keer. „Mensen zullen zich afvragen: wat laat die gast zien in de praktijk. Bring it on!”
Rutte zei dat hij graag door wil als premier. Hoekstra liet weten dat hij „vanuit het kabinet” het CDA zal leiden, maar wilde nog niet zeggen op welk ministerie hij terechtkomt: „Er is wel land in zicht.” Segers zei opnieuw dat hij fractievoorzitter blijft. Kaag, die op het Binnenhof wordt genoemd als minister van Financiën, wilde er als enige niets over kwijt.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2021/10/data77434695-9eabdb.jpg)