Op 8 december vond er een debat plaats in de Tweede Kamer over de huisvesting van statushouders. Forum voor Democratie-woordvoerder Freek Jansen greep dat moment aan om de ‘mainstream’ politieke partijen te beschuldigen van het verkwanselen van Nederland. Volgens hem was het land in 1947 voor meer dan 99 procent Nederlands en zijn we door het openzetten van de grenzen inmiddels „afgegleden” naar 74 procent. En deze „gestage vervanging” van de bevolking zal er volgens hem toe leiden dat ergens in de tweede helft van de eenentwintigste eeuw ‘wij’ een minderheid zijn geworden in eigen land. Een situatie die in de meeste grote steden al is bereikt. De schuld voor deze „ondermijning van ons land en onze bevolking” ligt volgens hem bij de mainstream politieke partijen die deze ‘massamigratie’ hebben aangemoedigd en toegestaan. Of in zijn eigen pathetische woorden: „Nederland heeft de Nederlanders verlaten. Jullie hebben de Nederlanders in de steek gelaten.”
Vandaar dat hij mordicus tegen het opnemen van vluchtelingen is („ze moeten gewoon weg”) en hij zou het bovendien ook goed vinden als reeds afgegeven permanente verblijfsvergunningen zouden worden herzien. Maar het liefst had hij de klok teruggedraaid naar 1945 en waren verreweg de meesten van de 2,3 miljoen immigranten (waar dan ook vandaan) nooit toegelaten. Dan was Nederland ook niet opgescheept met hun ongeveer twee miljoen kinderen. Kortom, de categorie die het CBS tegenwoordig aanduidt als ‘Nederlanders met een migratieachtergrond’ (4,3 miljoen mensen). Alleen kan dat woord ‘Nederlander’ wat Jansen betreft dus uit deze definitie verdwijnen.
‘Blank en veilig’
Met dit pleidooi voor een etnostaat, dat nauw aansluit bij de wens van zijn partijleider dat Europa „dominant blank” moet blijven, is Jansen natuurlijk verre van origineel. PVV’ers Geert Wilders en Martin Bosma houden hun kiezers, en andere politici, al jaren het doemscenario voor van ‘omvolking’ en het minderheid worden in eigen land. Nog een stap terug in de tijd komen we uit bij xenofobe politici als Hans Janmaat (Centrum Democraten) en neonazi Joop Glimmerveen, die ten tijde van de immigratie uit Suriname in de jaren zeventig Nederland ‘blank en veilig’ wilden houden.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data78740561-93c410.jpg)
Het moge duidelijk zijn dat als deze politici het voor het zeggen zouden hebben, er een massale deportatie van meer dan vier miljoen Nederlandse burgers op gang zou komen. Dat het uiteindelijk niet zo’n vaart zou lopen, doet niets af aan hun racistische en inhumane toekomstvisie. Al was het alleen maar omdat zij met dergelijke systematisch geventileerde uitspraken miljoenen Nederlanders, van wie een aanzienlijk deel toch al met (institutionele) discriminatie te maken heeft, voortdurend stigmatiseren.
Afgezien van de maatschappelijke schade die een dergelijke retoriek aanricht, hebben de claims een hoog hallucinant karakter. Laten we de bij Forum-aanhangers favoriete (‘Gouden’) eeuw er even bij nemen. Dan blijkt dat nooit in de geschiedenis van Nederland het aandeel immigranten in Amsterdam, en menig andere stad, zo hoog was als toen. Zo was in het midden van de zeventiende eeuw meer dan 40 procent van de Amsterdammers in het buitenland geboren, tegen 37 procent nu. En dat waren niet allemaal rijke en hooggeschoolde immigranten. Het aandeel laaggeschoolden en armen was waarschijnlijk hoger dan nu, en daar kwam voor de hoofdstad nog bij dat de Joden onder hen als de ultieme ‘ander’ werd beschouwd. Met als consequentie dat ze werden uitgesloten van het burgerschap en een groot deel van de arbeidsmarkt.
Nieuw amalgaam
Kijken we naar de langere termijn, dan blijken verreweg de meeste nakomelingen van al die immigranten na twee à drie generaties Amsterdammer te zijn geworden, en daarmee de nieuwe ‘autochtonen’. Alleen bij Joodse Amsterdammers duurde dat veel langer als gevolg van de wettelijke uitsluiting die tot het einde van de 18de eeuw stand hield.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2021/02/data67908079-89afa6.jpg)
Dat wederzijdse proces van integratie beperkt zich niet tot vroeger. Ook in de afgelopen halve eeuw gaat het onverdroten door, niet op de laatste plaats dankzij het onderwijs en de arbeidsmarkt. Nederlanders met een Marokkaanse, Surinaamse, Spaanse of Ghanese achtergrond vormen inmiddels samen met degenen die hier al langer zijn een nieuw amalgaam. In dit verband is overigens ook het immigratie-vriendelijke idee van ‘superdiversiteit’ misleidend, omdat het de kracht van integratie en een zekere homogenisering, of we dat nu leuk vinden of niet, op de langere termijn miskent.
Het idee van ‘minderheid in eigen land’ is uiteindelijk een variant op Hitlers ‘Ewige Jude’ met als kern dat immigranten, zeker als ze van verder weg komen, fundamenteel anders zijn dan degenen bij wie zij zich voegen. Het racistische karakter ligt besloten in de aanname dat nieuwkomers deze kenmerken aan hun nageslacht doorgeven, waardoor Nederland niet alleen ‘ongezelliger’, maar ook onleefbaarder zou worden. Hoogste tijd dat partijen als FVD en de PVV onomwonden op deze fascistoïde omvolkingsfantasieën worden aangesproken.