Er zijn van die momenten dat je als bestuurder even flink moet slikken, zo vertelt de Nijmeegse burgemeester Hubert Bruls (CDA). Bijvoorbeeld als een ondernemer je in de talkshow Op1 tijdens een discussie over het vuurwerkverbod doodleuk omschrijft als „die dikke bal gehakt”.
Terwijl hij het zit te vertellen aan de telefoon windt Bruls zich er opnieuw over op. „Het is heel ernstig als een gezagsdrager zó wordt weggezet, maar niemand aan tafel zegt er iets van. Diederik Gommers zit gewoon mee te lachen!”
Bruls is heel wat gewend. In zijn mailbox komen elke dag berichten binnen van boze burgers die de voorzitter van het Veiligheidsberaad (de 25 voorzitters van de veiligheidsregio’s) vaak persoonlijk aanspreken. „Dat is soms heel grof hoor, maak je maar geen illusies.”
Maar Bruls weet ook dat hij de beledigingen van zich af moet laten glijden. De toon rond corona in Nederland is al zo verhit. „Jullie zijn ook moordenaars”, riepen demonstranten zaterdag tijdens een demonstratie in Amsterdam, naar aanleiding van een (vals) gerucht dat een van de relschoppers die vrijdag in Rotterdam was neergeschoten inmiddels was overleden.
Bestuurders in Nederland proberen het hoofd koel te houden. Met geregeld terugkerende coronabetogingen, voetbalsupporters die voorlopig niet naar het stadion mogen en afnemende steun voor het coronabeleid is de situatie al lastig genoeg. Niet alleen bij de zorg, ook bij politie en hulpdiensten is de rek er na ruim anderhalf jaar na het begin van de epidemie er wel zo’n beetje uit. „We blijven de komende weken extra alert”, zegt de burgemeester van Groningen, Koen Schuiling (VVD). „Maar ik zeg er wel bij: zolang het kan.”
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data78919548-b62850.jpg)
Dilemma
Bij het handhaven van de rust in hun stad staan burgemeesters voor een dilemma. Aan de ene kant willen ze hard optreden. „Voor geweld of de dreiging met geweld mag je als overheid nooit wijken”, zegt Paul Depla (PvdA), burgemeester van Breda. Aan de andere kant willen ze voorkomen dat vreedzame betogers tegen het coronabeleid radicaliseren doordat ze het gevoel krijgen in de hoek te worden gezet. Depla: „Je moet oppassen dat de groep die geweld gebruikt niet groter wordt, en dus moet je in gesprek blijven met de mensen die op vreedzame manier kritiek willen uiten op het coronabeleid.”
Op het eerste oog leken de hevige rellen in Rotterdam het werk van een brede coalitie: antivaxxers, de harde kern van voetbalclub Feyenoord, kansarme jongeren uit Rotterdam-West. Maar burgemeesters houden de verschillende groepen angstvallig uit elkaar. Bruls zegt dat hij zich niet wil „laten gijzelen” door hooligans en „radikalinski’s” die uit zijn op een confrontatie. „We hebben het over niet meer dan een paar duizend mensen op 17,5 miljoen Nederlanders.”
Hier in Nederland maken we van alles een onderhandelingsfeest
Niet overal ging het dit weekend verkeerd. Bij Paul Depla gingen vrijdag „de alarmbellen” in zijn hoofd af, toen hij hoorde wat er in Rotterdam was gebeurd: in Breda stond zaterdag een grote demonstratie gepland. „Je gaat dan gelijk opschalen in de voorbereiding, met mensen die actief zijn in de wijken.” Uiteindelijk bleef de sfeer gemoedelijk en feestelijk.
Groningen had minder geluk. Zondag demonstreerden tussen vijfhonderd en duizend mensen tegen de coronamaatregelen. Zonder escalatie, zonder vernielingen en met – volgens Schuiling – „veel volwassenen” in de stoet. Daarna ging het toch mis, toen jongeren via sociale media werden opgeroepen om zich met vuurwerk te verzamelen voor het treinstation van Groningen. Even later trok een groep van vijftig à zeventig jongeren naar de Grote Markt. „We hebben nog geprobeerd om met ze te praten”, zegt Schuiling. „Toen er toch winkelruiten sneuvelden, is de ME in actie gekomen.”
Denk niet dat de rellende jongeren in de markt werden gemotiveerd door de discussie over de mogelijke invoering van 2G, zegt Schuiling: „Wat je hier ziet, is dat een klein groepje jongeren corona gebruikt om zichzelf te legitimeren en dingen te roepen als ‘we willen onze vrijheid terug’.”
Borrelt
Het borrelt in de onderbuik van Nederland, zo zegt Tweede Kamerlid Attje Kuiken (PvdA). Ze wil de rellen absoluut niet vergoeilijken. Maar door de corona-epidemie worden bestaande problemen uitvergroot: het gebrek aan kansen, lage lonen en flexcontracten, de problemen op de huizenmarkt. Het soms zwalkende coronabeleid draagt volgens Kuiken bij aan het ongenoegen: „Het wantrouwen in de maatschappij gedijt op de gebroken beloften van dit kabinet.”
Ook de Groningse burgemeester Schuiling vindt het coronabeleid niet duidelijk genoeg. Neem het vuurwerkverbod van Oudjaar, dat na ontkennende berichten alsnog van kracht wordt. „In Nederland maken we van alles een onderhandelingsfeest”, zegt Schuiling. Terwijl je in een crisis vooral behoefte hebt aan duidelijke regels.” Paul Depla is het daar mee eens. „Als het te veel op compromiswerk lijkt, neemt de steun voor maatregelen snel af.”
PvdA-woordvoerder Attje Kuiken waarschuwt voor het wekken van valse verwachtingen. Terwijl het kabinet filosofeerde over het grotendeels openhouden van de samenleving met behulp van 2G, liet zij doorschemeren dat een zwaardere lockdown wat haar betreft onvermijdelijk was. „We zitten er niet om populair te zijn”, zegt Kuiken.
Ook burgemeester Bruls pleit voor een heldere boodschap. Maar bestuurders mogen soms ook iets vertellen over de twijfels die ze hebben en de dilemma’s waar ze voor staan. Laatst kreeg de burgemeester een lange e-mail waarin een Nijmegenaar beleefd uitlegde waarom hij tegen vaccinatie was. Binnenkort gaat Bruls bij hem op bezoek.