De telefoon staat roodgloeiend, zegt Gé Gijsen, adviseur bij de Kamer van Koophandel. Hij en zijn collega’s op de KVK-kantoren staan ondernemers te woord die in de coronacrisis advies nodig hebben. Zo belde onlangs de eigenaar van een meubelbedrijf in paniek het ‘coronaloket’. Hij was de zesde generatie die het runde, en moest nu „noodgedwongen” stoppen. Daar voelt hij zich schuldig over, en machteloos. Zijn winkels hadden het tijdens de lockdowns zwaar te verduren, doordat ze wekenlang gesloten waren. Terwijl de huur van de panden en alle verdere lasten doorliepen. Het gevoel van de ondernemer was dat de overheid hem „nauwelijks” tegemoet was gekomen, zegt Gijsen.
Uit onderzoek dat de Kamer van Koophandel (KVK) deze donderdag publiceert, blijkt dat de coronacrisis tal van ondernemers nog steeds hard raakt. De samenleving mag alweer volop draaien, en de economie zelfs het peil van vóór corona hebben overtroffen – niet elke ondernemer profiteert. Volgens de KVK vindt 86 procent van hen dat ze er redelijk of goed voor staan. Maar de rest heeft het zwaar, weten de adviseurs. Die ondernemers hebben betaalachterstanden of schulden, stress en emotionele klachten.
Van de bijna tweeduizend ondernemers die de KVK ondervroeg, gaf 20 procent aan door de omstandigheden niet of nauwelijks greep te hebben op hun bedrijf. De precaire situatie van het bedrijf raakt bij 14 procent ook het privéleven.
Gijsen: „Veel ondernemers die ons bellen, hebben te maken met grote emoties. Ze voelen onmacht, omdat zij zelf het tij niet kunnen keren.” Sommigen zeggen zelfs dat ze het niet meer zien zitten, vertelt hij. „En soms belt de partner of een ouder, omdat de ondernemer het zelf niet meer trekt.”
Steunpakketten
De KVK noemt zijn onderzoek representatief; het weerspiegelt de samenstelling van het Nederlandse bedrijfsleven. De ondervraagden zijn zzp’ers (ongeveer driekwart van de twee miljoen ondernemers in Nederland) en ondernemers die mensen in dienst hebben. De vragenlijsten werden ingevuld in september 2021, kort voor de meeste steunpakketten zouden aflopen. Dat onder meer de overheidssteun voor loonkosten en de tegemoetkoming in de vaste lasten per 1 oktober zouden aflopen, was al wel bekend. Inmiddels heeft het kabinet overigens een nieuwe steunpakket aangekondigd ter waarde van 1,3 miljard euro.
De KVK begon zijn telefoonlijn voor ondernemers met coronavragen in maart 2020, kort na uitbraak van de pandemie. Het gebruik ervan kreeg weer een impuls na de persconferentie van afgelopen vrijdag, waarin het kabinet strengere coronabeperkingen afkondigde. Zo vroeg een rijschoolhouder of theorielessen ’s avonds nog onder ‘essentiële dienstverlening’ vielen, waardoor ze zouden kunnen doorgaan.
„Helaas niet”, weet Gijsen inmiddels. Praktijkles ’s avonds mag nog wel, de theorie zal overdag moeten. „Maar een verdienmodel kun je niet van de ene op de andere dag omgooien.”
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data76359858-26867a.jpg)
De gedeeltelijke lockdown die na die vrijdag voor drie weken inging, komt bovenop de klappen die bedrijven in september achter de rug dachten te hebben, zegt Gijsen. Als het onderzoek nog eens zou worden uitgevoerd, zouden de resultaten negatiever zijn, vermoedt hij. Want opnieuw worden ondernemers geraakt in hun inkomsten en wordt hun gevoel van onzekerheid versterkt. „Ze zijn bang dat dit de nekslag betekent, dat ze definitief afscheid moeten nemen van het ondernemerschap.”
Een golf van faillissementen door corona is vooralsnog uitgebleven. Door de miljardensteun van de overheid gingen zelfs historisch weinig ondernemers failliet. Uit het KVK-onderzoek blijkt dat 9 procent van de ondernemers het gevoel heeft met hun bedrijf te moeten ‘overleven. Één procent zegt een bankroet te verwachten. Gijsen: „Dat duidt erop dat er misschien nog heel veel faillissementen aankomen.”
Privévermogen
Het KVK-onderzoek bevestigt nog eens dat sectoren als horeca, sportscholen en toerisme het hardst door corona zijn getroffen. Maar de effecten zijn veel breder merkbaar, zegt Josette Dijkhuizen, honorair hoogleraar ondernemerschapsontwikkeling aan de Maastricht Management School. „Het gedrag van consumenten en ondernemers verandert. We zijn massaal online eten gaan bestellen, en digitaal een workshop geven en volgen is heel normaal geworden.”
Die ontwikkeling kan een bedrijf in de kern raken – qua omzet, resultaat, verdienmodel, legt ze uit. Zo is denkbaar dat bioscopen ook op de langere termijn minder bezoekers krijgen omdat mensen meer zijn gaan netflixen. En heeft die exporteur niet permanent klanten verloren toen de grenzen dicht waren en de kwetsbaarheid van complexe toelevering duidelijk werd? En hoe belangrijk zijn de diensten nog van dat startende adviesbureau, als klanten al anderhalf jaar niet bediend zijn?
De ene ondernemer past zich makkelijker aan nieuwe omstandigheden aan dan de ander, zegt adviseur Gijsen. Sommigen zullen nu moeten vaststellen dat stoppen verstandig is. „Maar voor familiebedrijven die meerdere generaties teruggaan, is dat een moeilijke beslissing.”
Ook is de vraag of zo’n ondernemer genoeg vet op de botten heeft om de draad weer op te pakken. Uit het onderzoek van de Kamer van Koophandel blijkt dat één op de drie ondernemers privévermogen heeft moeten aanspreken. Voor 22 procent van hen was dit ook een reservering voor het pensioen.
Oplossingen
De taak van Gijsen aan het coronaloket: luisteren, „rust erin brengen” en dan meedenken over oplossingen. Die kunnen variëren van een doorverwijzing naar kredietverstrekkers tot gecontroleerd stoppen met het bedrijf. In dat laatste geval voorkomt de ondernemer in ieder geval een faillissement met bijkomende „juridische ellende” en onnodig hoge schulden.
Gijsen: „Voor velen is hun bedrijf hun ziel en zaligheid. Vaak zijn er nog genoeg andere mogelijkheden. Je kan een nieuwe webwinkel beginnen, een taxichauffeur kan koerier worden.”