In de Ethiopische hoofdstad Addis Abeba zijn zondag tienduizenden demonstranten de straat op gegaan om hun steun te betuigen aan premier Abiy Ahmed en het regeringsleger. Dat melden internationale persbureaus. De regering had burgers opgeroepen te demonstreren tegen de Tigrese rebellen van het Volksbevrijdingsfront TPLF, die vanuit de noordelijke regio Tigray bezig zijn aan een opmars richting Addis Abeba. Ook in andere regeringsgezinde steden gingen demonstranten de straat op.
Op het centrale Meskelplein in de hoofdstad klonk veel nationalistische retoriek. Burgemeester Adanech Abebe zei dat „de vijanden” van Ethiopië de „heldhaftige” bevolking willen „terroriseren”, en bezwoer dat het volk zijn vrijheid niet zou opofferen: „De plaats van TPLF is in de hel”, aldus Abebe. Ook hekelde ze de rol van de Amerikaanse president Joe Biden, die voor de tweede keer in een maand tijd sancties afkondigde tegen de Ethiopische regering voor „grove mensenrechtenschendingen”. Ook maande Biden de rebellen niet naar Addis Abeba te trekken.
Eerder deze week riep premier Ahmed de nationale noodtoestand uit en vorige week droeg hij burgers op om zich te mobiliseren en desnoods zelf hun wijken te verdedigen tegen de oprukkende rebellen.
‘Opruimactie’
Een aantal rebellenleiders van het TPLF heeft gezegd de hoofdstad te zullen innemen als dat noodzakelijk is om minister-president Ahmed ten val te brengen. De angst dat zo’n inname gepaard zal gaan met bloedvergieten is echter overdreven, zei een woordvoerder van de rebellen zondag tegen persbureau AFP. „Addis Abeba is een smeltkroes. Er wonen mensen met allerlei verschillende belangen. Om te zeggen dat de stad een bloedbad wordt als wij er binnen trekken, is volslagen belachelijk.”
Ooggetuigen melden volgens persbureaus dat zaterdag in Addis Abeba Tigreërs zijn opgepakt en afgevoerd in vrachtwagens van het leger. De politie verklaarde later dat er een „opruimactie” had plaatsgevonden.
Het conflict tussen de rebellen en het regeringsleger, met duizenden doden en meer dan twee miljoen ontheemden tot gevolg, ontbrandde in november vorig jaar. Toen bezette het leger Mekelle, de hoofdstad van Tigray. Aanleiding was onvrede bij de regering over de steeds onafhankelijkere koers van het TPLF, de machthebber in Tigray. Daarnaast was de actie volgens de regering een reactie op aanvallen door TPLF-troepen op legerkampen. Afgelopen juni heroverden de TPLF-rebellen Mekelle. Sindsdien sloten ze een alliantie met andere rebellengroepen en hebben ze het initiatief in de strijd tegen het gedemoraliseerde regeringsleger.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data78203061-c264ab.jpg)