Nog eenzamer en nog meer verloren dan normaal zit het meelijwekkende Zittend kind (1974) van kunstenaar Duane Hanson erbij. Het levensechte beeld van een droevige jongen met een chocoladereep in zijn hand heeft normaal gesproken nog museumbezoekers om zich heen. Hier, in het nieuwe publieke Depot van Museum Boijmans Van Beuningen in Rotterdam, zit hij opgesloten in een witte krat, die doet denken aan een vrieskist. Aan één kant is de krat opengeschroefd, zodat bezoekers hem kunnen zien zitten.
Deze zaterdag opent Museum Boijmans Van Beuningen, na een lange aanlooptijd, het nieuwe kunstdepot voor publiek, nadat vrijdag de koning de officiële opening verrichtte. Het depot huist in een prachtig glimmende potvormige toren van architect Winy Maas van MVRDV, pal naast het museumgebouw (dat tot zeker 2028 gesloten is voor renovatie en verbouwing).
Museum Boijmans spreekt zelf van het „het eerste publiek toegankelijke kunstdepot ter wereld”. Daar valt wel iets op af te dingen – internationaal zijn er enkele andere musea die (delen van) hun kunstopslag openstellen. De schaal en toewijding waarmee Boijmans hier bezoekers toegang geeft tot vrijwel álle 151.000 objecten in de collectie, is wel uniek. Normaal tonen musea jaarlijks tussen de 5 en 10 procent van hun collectie, in het depot is dat, verspreid over vijf etages, bijna 100 procent (er zullen altijd werken uitgeleend zijn).
Gesorteerd op materiaal
Om het verschil tussen het museum en het depot uit te leggen, spreekt Boijmans-directeur Sjarel Ex over het „speelbeen” (het museum) en het „standbeen” (het depot). Voor de „esthetische, sublieme ervaring” ga je naar het museum, in het depot „krijg je te zien hoe het beheer van de collectie gaat”. Daar is de kunst niet gesorteerd op stroming – geen impressionisme, surrealisme of abstract expressionisme – maar op materiaal: je struint rondom het centrale atrium langs opslagruimtes vol ‘anorganische materialen klein’, ‘kunststoffen’, ‘metalen’ en ‘hangende objecten’.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data78200368-0c1e85.jpg|https://images.nrc.nl/37__Ou5yrRjt3BswtHtq0a7e7vo=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data78200368-0c1e85.jpg|https://images.nrc.nl/kDUZ7f2jQ1kU8Kfd7ig9iKAQOW0=/5760x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data78200368-0c1e85.jpg)
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2021/11/data78111843-e4918f.jpg)
Genres, tijdperken en stroming, het hangt vaak lukraak door elkaar, al overlappen gebruikte technieken en materialen en kunststromingen een beetje. In de ruimte ‘gecombineerde materialen groot’ tref je bijvoorbeeld vooral grote installaties van hedendaagse kunstenaars, al hangt er ook ineens een klassieke kroonluchter tussen. De ongepolijste presentatie in stellingkasten zorgt voor een prikkelende, nieuwe kijkervaring: de kunst wordt hier niet gepresenteerd als betekenisvol object, maar als kwetsbaar materiaal dat zorgvuldig gekoesterd dient te worden.
En gek genoeg fleuren veel werken daar van op: je ziet ze als het vreemdvormige object dat ze zijn. Neem bijvoorbeeld een van de panelen van Anselm Kiefers stoere, metersgrote drieluik Wohin wir uns wenden im Gewitter der Rosen ist die Nacht mit Dornen erhellt (1998). Opgeslagen in de houten kist zie je niet de afbeelding, maar krijg je oog voor de hoeveelheid materialen op dit doek: verf, prikkeldraad en gedroogde planten. Hoe zouden ze dat conserveren? Antwoord op die vraag krijg je op de tweede etage in een van de restauratieateliers, waar nu de kussentjes van Yayoi Kusama’s beroemde Infinity Mirror Room - Phalli’s Field (1965) worden opgeknapt. En zo krijg je als bezoeker een fascinerende inkijk in de machinekamer van het museum.
Boijmans verdient lof voor alle samenwerkingen met kunstenaars: het gebouw is een totaalkunstwerk
Verhalen vertellen en ontzag wekken voor de kunst, in die twee dingen zijn musea de afgelopen decennia zo goed geworden: en juist die twee elementen zijn in het depot van Boijmans afwezig. De kunst wordt onttoverd, je dient het zelf uit te zoeken. Als bezoeker struin je door de gangen, en scan je de vitrines met QR-codes in de depot-app. Met de tekstjes, quizjes, beeld- en geluidsfragmenten wordt de bezoekers alsnog stevig aan de hand gehouden, maar doordat de app alleen de kunstwerken laat zien die je ‘verzameld’ hebt, geeft het je toch het gevoel dat je zelf richting bepaalt.
Onder begeleiding
De depotruimtes zijn alleen onder begeleiding te zien. In elke ruimte mogen ieder uur slechts dertien mensen naar binnen tijdens een instaprondleiding, onder begeleiding van een gids en beveiliger. De tijd moet leren of dat voldoende is om iedereen (Boijmans rekent op 150.000 bezoekers per jaar) een voldaan gevoel te geven. Vanaf de gang krijg je door de ramen wel een indruk, maar blijft de kunst op afstand.
Op verschillende etages heeft het depot expositieruimtes voor presentaties over conserveren en beheren. Die zijn op het moment vrij leeg, de grootste ruimte is zelfs nog niet in gebruik. Het geeft het gevoel dat het gebouw op de groei is gebouwd.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data78155863-7834af.jpg|https://images.nrc.nl/ZpodOGNQAP_a4TqzKq2ROoNFFt4=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data78155863-7834af.jpg|https://images.nrc.nl/7FVrCrq8K-A6g88TNHDq1sUgdmo=/5760x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data78155863-7834af.jpg)
Magistraal zijn de vitrines die kunstenaar Marieke van Diemen ontwierp voor het atrium. Ze hangen in het enorme trappenhuis en ondanks het gebruik van zware H-balken lijken ze te zweven in de ruimte. In die vitrines presenteert het museum enkele hoogtepunten uit de collectie, je kunt ze vanaf verschillende verdiepingen van alle kanten bekijken. Spectaculair is het wanneer je vanaf de zesde etage met de expres-lift naar beneden zoeft: alsof de kunstwerken in het atrium in een bevroren waterval zijn blijven hangen.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2021/11/data78084788-2c9b37.jpg)
Het Boijmans verdient sowieso lof voor de vele samenwerkingen die het met kunstenaars is aangegaan: van de prettig vreemde tussenverdieping van kunstenaar/ontwerper John Körmeling in het entreegebied, de troostrijke videokunst van Pipilotti Rist buiten voor de deur, de speciale glimmende tasjes van Susan Bijl (in Rotterdam alomtegenwoordig), het glimmende mozaïek van Susan Drummen op de bovenste etage: ze maken van het gebouw een totaalkunstwerk.
De nadruk op transparantie en openheid maakt wel dat je extra nieuwsgierig wordt naar die paar deuren die dicht blijven: douane-entrepotdok (waar kunstobjecten onder toezicht van de douane wachten op de juiste invoerpapieren), de klimaatinstallaties, de kantoren. Dat je zelfs die zou willen zien, is misschien de grootste verdienste van dit depot: door te onttoveren wordt de nieuwsgierigheid geprikkeld.