Tweede Kamerleden moeten twee keer zoveel ambtelijke ondersteuning krijgen als nu het geval is, dat schrijft de Raad voor het Openbaar Bestuur (ROB) in een donderdag verschenen advies. Een „substantiële uitbreiding” van de ondersteuning is een „noodzakelijke voorwaarde voor een sterke democratie,” aldus de raad.
De ROB, die aan regering en parlement advies uitbrengt over de inrichting en het functioneren van de overheid, ziet bij Tweede Kamerleden een terughoudendheid om goede ondersteuning voor zichzelf te organiseren. Kamerleden hebben het zeer druk, vanwege onder meer een toenemende competitie om aandacht in de media, steeds meer en kleinere fracties en door incidenten gedreven politiek. Als gevolg van de hoge werkdruk functioneren de checks and balances van de parlementaire democratie niet meer goed: in de praktijk is het parlement niet meer goed opgewassen tegen de regering, aldus de raad. Volksvertegenwoordigers kunnen hun taken als controleurs van de regering en wetgevers niet meer goed uitoefenen.
In Nederland worden parlementariërs behalve door een ambtelijke organisatie voor de Tweede Kamer als geheel, ook door de fracties individueel ondersteund. Op basis van internationaal vergelijkend onderzoek constateert de raad dat de ondersteuning van Tweede Kamerleden relatief gering is. Recentelijk was er veel te doen om gebrekkige ondersteuning van Kamerleden. Verschillende Kamerleden vielen uit vanwege burn-out-klachten, anderen verlieten om „persoonlijke redenen” de politiek. Kamervoorzitter Vera Bergkamp (D66) sloeg in mei alarm over de werkdruk van leden van het parlement, die ze een gevolg noemde van „het samenspel tussen kabinet en Kamer”.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2021/05/data71416699-88fdcc.jpg)