Vanaf de repetitievloer klinkt een zachte weeklacht, dit gaat over in gehinnik tussen lachen en huilen en mondt uit in sensueel kreunen. De flamboyante Afghaans-Nederlandse performer en choreograaf Raoni Muzho Saleh (30) zit met geloken ogen voor de groep, die diens geluiden en bewegingen overneemt, uitvergroot, verkent: call and response. De deelnemers kreunen, glimlachen, snikken en fronsen.
Het experimentele Rotterdamse kunstinstituut WORM werkt dit jaar rondom het thema koren en nodigde Saleh uit om in oktober een ‘kreunkoor’ te vormen. Vandaag is de derde bijeenkomst voor de presentatie op 30 oktober. NRC mag bij de repetitie zijn. De kunstenaar vraagt er rekening mee te houden dat twee van de acht deelnemers non-binair zijn en hen niet met hij of zij te benoemen: „Iedereen is welkom.”
Als het dragpersonage Lashes maakt Saleh sinds 2018 performances rondom allerlei soorten moaning, kreunen. „Ik wilde mijn ervaringen verder delen. Zo nodigde ik elke week vrienden uit om in studio in het donker drie uur samen te kreunen. In de tijd van de Black Lives Matter-protesten organiseerde ik Mourning Socialities, rituele bijeenkomsten waarin samenzijn en rouwen elkaar versterkten. Het hielp mensen zich op andere manieren kenbaar te maken en naar elkaar en zichzelf te luisteren.”
De sfeer is intiem. Er wordt gelachen en af en toe pauze gehouden rond een tafeltje met kaarslicht, thee en kerstomaatjes. Tijdens de improvisaties is het alsof mensen via de geluiden die ze maken met elkaar praten en pijn, verdriet, woede en vreugde delen. Soms klinkt het grappig, mooi of uiterst muzikaal.
Laïla Ghait (architect, 58) doet mee vanuit haar fascinatie voor de menselijke stem, „zoals die woordeloos, direct uit het lichaam komt”. Ze herinnert zich hoe in Egypte, waar ze opgroeide, vrouwen ritueel krijsten bij bruiloften en begrafenissen.
Saleh: „Ik deel een techniek en onderzoek hoe ik die kan overdragen, met welke methode en taalgebruik. Ik wil niet als goeroe gezien worden. Ik leer hoe mensen kunnen luisteren naar de kreun in zichzelf, maar ook welke verhalen of beelden het kreunen van de ander oproept. Hoe wordt mijn lichaam bewogen door het gekreun van een ander?”
Na een sessie van drie uur is het napraten bij wat iemand ‘vegan junkfood’ noemt, patatten met een salade eroverheen. Waar ze rug aan rug begonnen, oefenden ze vandaag ook met face to face kreunen. Ghait: „Het verraste me dat elkaar aankijken tijdens het kreunen niet lastig was. Het gaf een extra dimensie.”
Riad Salameh (26, onderzoeker kunst en technologie uit Libanon) doet ook mee om mensen te leren kennen in zijn nieuwe woonplaats Rotterdam. „Tijdens het kreunen komen herinneringen en beelden op. Het verandert en versterkt mij. Toen ik na de vorige bijeenkomst naar huis wandelde, merkte ik dat ik aan het zingen was. Ik ben altijd wat gereserveerd, maar nu voelde ik de noodzaak me uit te drukken met mijn stem.”
Een andere deelnemer knikt: „Ik voel weer wat ik voel.”