Dio (Dionisio Matias) worstelt er zichtbaar mee. Steeds als hij nu helemaal denkt te begrijpen hoe hedendaagse ideeën over gender en seksualiteit met elkaar samenhangen, brengen zijn vrienden Diederik (Diederik Kreike) en Smita (Smita James) een nieuwe nuance aan. Hoe kan je het ooit snappen als er steeds iets nieuws lijkt bij te komen?
De openingsscène van de theatervoorstelling Fok me hokje, die vanaf november op tour gaat, grijpt de verwarring van Dio aan om het publiek mee te nemen. Zoals steeds bij voorstellingen van Studio 52nd pluizen de makers in het stuk een thema uit dat maatschappelijk veel discussie oplevert. Het bijzondere aan de methode van de jeugdtheatergroep is dat de teksten worden geschreven door middelbare scholieren die zelf een verbintenis met het thema hebben.
Amsterdam Oost
Voor Fok me hokje werkten ze met een groep van twaalf lhbti-jongeren en vier niet-lhbti’ers. Artistiek leider Fanneke Verhallen: „We zijn begonnen met die eerste groep, maar we dachten: het gaat juist over de ontmoeting en uitwisseling tussen lhbtiq+’ers en niet-lhbtiq+’ers. Toen hebben we de groep aangevuld met enkele jongeren uit Amsterdam Oost, omdat daar in het voorjaar van 2020 een flink aantal homofobe incidenten had plaatsgevonden. Om het gevoel van veiligheid binnen beide groepen te waarborgen hebben ze ieder apart teksten geschreven en hebben ze elkaar pas bij de eerste try-out van het stuk ontmoet.
„De jongeren kregen in eerste instantie schrijfopdrachten op basis van onder andere een bezoek aan de tentoonstelling What A Genderful World in het Tropenmuseum en gesprekssessies met jeugdpsychiater en lhbtiq+-activist Glenn Helberg. Uiteindelijk worden ze allemaal tijdens het ‘schrijfweekend’ aan een van de acteurs gekoppeld. Die ontmoeting is in het proces heel belangrijk omdat de acteurs en regisseur dan kunnen zien wie welke tekst geschreven heeft, en er ook uitwisseling vanuit hun eigen ervaringen ontstaat. Het viel de acteurs in dit geval op dat de jongeren van nu alweer veel complexer en vrijer over seksualiteit denken dan wij vroeger.”
Ik ben in een homofobe omgeving opgegroeid en dit heeft geholpen
Vanuit zo’n 160 pagina’s tekst destilleerden regisseur Gable Roelofsen en dramaturg Saar Vandenberghe het uiteindelijke script. Roelofsen: „In dat stadium blikken we ook terug op het proces. Daarom is zo’n schrijfweekend ook zo belangrijk, Glenn weet feilloos het ijs te breken om iedereen vanuit diens eigen ervaring te laten spreken, en juist vanuit die eerlijkheid leer je als maker je eigen blinde vlekken zien. We zitten in een transitieproces over wat we aanvaardbaar vinden in het maatschappelijk debat, inclusief het taalgebruik dat daarbij hoort. Niemand weet het eindpunt, wij ook niet, dus we willen die zoektocht centraal stellen.”
Vandenberghe: „Ja, een van de trans-schrijvers vroeg of we in de voorstelling ook ruimte gingen maken voor gendereuforie in plaats van alleen voor genderdysforie. Die term kende ik nog helemaal niet, en dat heeft mijn blik op het materiaal een andere kant opgestuurd – ik realiseerde me dat ik te veel met een problematiserende insteek werkte en te weinig ruimte gaf aan het vieren van je gender of seksualiteit.”
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2021/10/data77698149-3ddddd.jpg)
Polarisatie en verharding
Voor Sanam Gommers, een van de schrijvers, heeft het proces ook persoonlijk veel opgeleverd. „Het is heel cool om te zien dat je teksten in een theatervoorstelling terecht zijn gekomen, ik schep er de hele tijd over op. Het zorgt er ook voor dat ik me gezien voel, ik ben in een homofobe omgeving opgegroeid en dit heeft geholpen. Ik kan mezelf wel blijven vertellen dat het oké is om op jongens en meisjes te vallen, maar het is heel fijn om het in een voorstelling te zien en andere mensen te ontmoeten die ermee strugglen.”
Verhallen: „In gemeenschappen waar het gesprek over gender en seksualiteit niet plaatsvindt, treedt snel polarisatie en verharding op. Het is heel belangrijk dat die gesprekken worden opengebroken, en ik geloof steeds meer dat theater daar een grote rol in kan spelen, doordat het ervaringen en mensen centraal stelt in plaats van meningen of theorie. Via theater kun je met empathie naar een thema leren kijken, en herstel je de menselijkheid die in het maatschappelijke debat en scheldpartijen op het schoolplein vaak verloren gaat.”