Recensie

Recensie Muziek

Akoestisch is Oumou Sangaré innemender dan ooit

Pop De Malinese zangeres Oumou Sangaré vertolkt in TivoliVredenburg haar album ‘Mogoya’ akoestisch. In die intieme setting blijkt de emotionele kracht van de liedjes ten volle.

De Malinese zangeres Oumou Sangaré in 2018.
De Malinese zangeres Oumou Sangaré in 2018. Foto Angel Medina/ EPA

Een akoestische Oumou Sangaré is misschien wel de beste Oumou Sangaré. In een setting zonder percussie en zonder druk geproduceerde omlijsting oogde en klonk de Malinese zangeres zondag ontspannener dan ooit. Haar diva-neigingen blijven achterwege in de bovenste zaal van TivoliVredenburg en ze biedt ruimte aan haar muzikanten en vooral aan haar twee danseressen annex zangeressen.

Acoustic heet de tour en het nieuwe album, al is dat een rekbaar begrip, want de elektrische gitaar gaat goed tekeer in de eighties-achtige rocksolo’s. Maar behalve de geplukte kamele n’goni, een instrument dat het midden houdt tussen harp en oed, is er verder slechts vocale kracht te horen op het podium. Het repertoire komt van haar vorige album Mogoya, dat juist sterk gericht was op percussie en productie. Nummers als ‘Kamelemba’ en ‘Bena Bena’ blijken uitgekleed nog mooier. Sangaré wisselt tussen haar donkere stem en indringende uithalen, terwijl haar danseressen Kandy Guira en Emma Lamadji antwoorden met zalvende stemmen of juist jubelroep.

Lees ook het interview met Oumou Sangaré.

In tranen

Het nummer ‘Minata Waraba’ is het meest aangrijpende van de avond. Sangaré schreef het emotionele lied voor haar moeder die ze als vijfjarige al hielp door inkomen te vergaren als zangeres. Zangeres Lamadji blijkt aan het eind van de song in tranen, overmand door gedachten aan haar recent overleden moeder. Sangaré en Guira troosten haar moederlijk en zusterlijk. Het is niet het enige moment waarop blijkt hoezeer ook de muzikanten zich thuis voelen in de intieme setting. Sangaré geeft toe in dertig jaar professionele carrière even te zijn „vergeten” hoe mooi het is om akoestisch te spelen.

De akoestische Sangaré is minder directief, maar des te innemender. Het gebrek aan beat wordt gecompenseerd door het percussieve spel op de kamele n’goni en vooral door handgeklap dat de danseressen opzweept. Geheel in traditie eindigt het concert met een podium vol dansers uit het publiek als Sangaré al backstage is verdwenen.