Als een vogel komt de camera aangevlogen boven een polder. Er is een klein wijkje zichtbaar, verderop ligt een stad. Dan daalt de camera af naar grondniveau. Een pad van vlonders kronkelt langs houten huizen. Ieder huis is omgeven door bomen. Je hoort de vogeltjes zingen. Er is geen auto te zien, geen asfalt of beton, zelfs geen baksteen. Alles lijkt van hout of glas, omgeven door al dat groen.
Zo moet het eruit gaan zien, de Houten Stad, te bouwen in een polder bij Weesp. Op een festival in de Zuiderkerk wordt in het laatste weekend van september de animatie van het project op een groot scherm vertoond. Het is de eerste keer dat de initiatiefnemers en de architecten ermee naar buiten treden. Dit stukje polder moet een bos worden, met betaalbare woningen erin. Die huizen moeten voor een groot deel zelfvoorzienend zijn, met hun eigen wateropslag en energiesysteem.
Vanuit het publiek is er lof voor het ontwerp, want het ziet er prachtig uit. Wie wil er niet in een bos wonen, en ook nog dicht bij Amsterdam?
Maar er zijn ook vragen, bijvoorbeeld over praktische zaken, zoals toegang voor de brandweer. Op lang niet alle vragen volgt een sluitend antwoord. „Dit is een droom, niet de werkelijkheid”, zegt architect Misak Terzibasiyan, een van de ontwerpers.
Tien minuten fietsen
Aan een belangrijke voorwaarde om die droom te realiseren is wel voldaan, denken de initiatiefnemers. Er is een locatie om de Houten Stad te bouwen. Die ligt in de Aetsveldsepolder, net achter de dijk langs het Amsterdam-Rijnkanaal, op hooguit tien minuten fietsen van de rand van Weesp.
:format(jpeg):fill(f8f8f8,true)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/data77659156-bd2708.png|https://images.nrc.nl/BcI0r3Zo5lk2f9OZDMhhmqYH9fk=/1920x/filters:no_upscale():format(jpeg):fill(f8f8f8,true)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/data77659156-bd2708.png|https://images.nrc.nl/-rh9OCJTRYaT-h6Bjazo8lU6-vU=/5760x/filters:no_upscale():format(jpeg):fill(f8f8f8,true)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/data77659156-bd2708.png)
Het idee voor de Houten Stad komt uit de koker van Boudewijn Richel, organisator van de Vakantiebeurs voor Bijzondere Reizen en het G10 Festival van de Economie en Filosofie. Maar zo’n festival met schrijvers en denkers over grote kwesties, zoals dat in september weer in de Zuiderkerk werd gehouden, dat is vooral theorie. Hij vond het tijd om ideeën in de praktijk te brengen. Iets bouwen, bijvoorbeeld. Op andere bijeenkomsten had Richel over thermisch hout en accoya hout gehoord. „Dat is hard, maar ook soepel, het kan niet rotten, is sterker dan beton. Daar wilde ik iets mee doen”, vertelt Richel in een Amsterdams café.
Richel wilde ook een beurs over bijzondere woonvormen organiseren, door de coronamaatregelen ging die niet door. Hij hield er wel contacten aan over, onder anderen met Terzibasiyan. Samen ontwikkelden ze het ontwerp voor de Houten Stad. „Nou ja, stad”, zegt Richel, „nederzetting vind ik eigenlijk een mooier woord.”
Die nederzetting met 79 huizen onderscheidt zich niet alleen door de architectuur en het groen. De bewoners moeten zich ook op een bijzondere manier organiseren, in een zogeheten ‘coop’, een coöperatie. Richel: „De bewoners worden verantwoordelijk voor het bestuur. Maar wie er komen wonen en hoe dat bepaald wordt, dat is nog niet uitgewerkt.”
Met dit ontwerp worden allerlei problemen tegelijk aangepakt, meent Richel. Er komen betaalbare woningen, van tussen de 100.000 en 250.000 euro, in een bos met bomen die CO2 vastleggen, in een woonvorm waar mensen meer contact met elkaar hebben, en zonder zware constructies die de bodem belasten. Aanvankelijk tijdelijk, voor 15 jaar. Maar de huizen zijn bouwpakketten, die kunnen elders weer opgebouwd worden.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data77568905-bec7b3.jpg|https://images.nrc.nl/zMOpDhWLBssTAMdVkzuHZZu4-AA=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data77568905-bec7b3.jpg|https://images.nrc.nl/tbPWN3QU7DF4xAUjcao0D7aZhAQ=/5760x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data77568905-bec7b3.jpg)
Weesp is een heel goede plek om dit ontwerp te realiseren, vindt Richel. „Ik wil daar graag wonen. De oostkant van Amsterdam is aantrekkelijk.” En er is onbebouwde grond, althans weiland. „55 procent van de grond in Nederland is landbouwgrond. Wat moeten we met die eindeloze bietenvelden?”
Hij kreeg contact met Bouwfonds, eigenaar van de kavels in Weesp. Dat voelde wel voor zijn initiatief, zegt Richel. Nu zijn de percelen verpacht aan een boer. Bij de gemeente wordt een verzoek ingediend om principesteun voor het ontwerp. Als alles meezit, is er in maart een positief besluit en kunnen de huizen en de bomen, sommige acht meter hoog, er nog in 2022 staan. Richel nodigt raadsleden uit voor de presentatie in de Zuiderkerk.
Wie wil er niet in een bos wonen, en ook nog dicht bij Amsterdam?
Maar de uitnodiging heeft een averechts effect. Richel heeft eerder contact gehad met Christian Pfeiffer, fractievoorzitter van GroenLinks in Weesp. Hij verwacht dat die medestander is. Dat klopt, tot op zekere hoogte. Pfeiffer: „Ik vond zijn manier van denken verfrissend. Maar ik heb direct gezegd: de plek is verkeerd.”
Als Pfeiffer de uitnodiging voor de presentatie krijgt, is dat voor hem een bevestiging van de indruk die hij al had: Richel is een doorzetter. Hij besluit er via de raad een stokje voor te steken. Pfeiffer: „De Aetsveldsepolder is al heel lang beoogd als woningbouwlocatie. Allerlei projectontwikkelaars hebben daar grond gekocht met speculatief oogpunt.” Dus als er een gaat bouwen, is het hek van de dam, zo is de vrees.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data62871884-75d354.jpg)
Daarbij komt dat Weesp binnen een half jaar zal fuseren met Amsterdam. Om het karakter van Weesp te beschermen, zijn er zogeheten kernwaarden opgesteld. Behoud van het open landschap is daar een van. De raad moet „als een bok op de haverkist” zitten, als het gaat om deze kernwaarden, zegt Pfeiffer tegen zijn mederaadsleden tijdens de vergadering in september.
Pfeiffer treft daar vooral medestanders. Fractievoorzitter Lars Boom van de Weesper Stadspartij (WSP) noemt het voorstel plagerig „een GroenLinks-plan”. Hijzelf vindt het een „fantastisch mooi initiatief”. Maar in de polder bouwen, daar is hij ook tegen. Dertien van de zestien raadsleden stemmen voor de motie van Pfeiffer, die de gemeente oproept geen medewerking aan het voorstel te verlenen. Wethouder John Vos stelt dat hij dat al niet van plan was.
‘De monsters uit Amsterdam’
Richel zegt verrast te zijn door de tegenstand uit de raad. „Ze zagen blijkbaar de monsters uit Amsterdam al komen en waren bang voor een domino-effect.”
Hij laat zich er niet door uit het veld slaan. „Ik ga het doorzetten, maar niet daar.” Hij heeft diverse andere percelen in Weesp op het oog. „Ik ben bereid stevig te betalen. Mensen zijn altijd tegen, daar gaan we vanuit.” Ook elders in het land is hij bezig om te kijken of er een houten stad kan komen, onder andere bij Leerdam. „Ik ben vol vertrouwen dat het ontwerp zich in werkelijkheid gaat omzetten.”
Pfeiffer heeft nog wel een suggestie. „Het is ook wel makkelijk om een weiland te pakken. Zet nog een stap en kijk of je zoiets op een leegstaand industrieterrein kan realiseren.” En in een mail aan Richel schrijft hij begin oktober: „Ik zie zeker mogelijkheden dit binnen Weesp te realiseren, alleen hangt alles af van de schaal en de plek.”
Er is nog hoop, concludeert Richel.